Samenvatting College 7 implantologie 3

College 7: Implantologie 3 OE Parodontologie 3 (periode 3.1)

Uitwerking college en aantekeningen:

Mondhygiëne bij implantaten 2017:
• Onderdeel nazorg protocol
• Overeenkomsten met paro
• Verschillen door bouw peri-implantaire weefsel en suprastructuren

 Vestibulair en linguaal: hand of electrische borstel
- Maakt geen verschil!
 Interproximaal : superfoss en ragers
 Hulpmiddelen voor specifeke situaties
 Mondspoelmiddelen



* Grote voorkeur voor het reinigen van implantaten:
- ragers
- superfoss: tpv overgangsgbied implantaatabutment

 het belang van zachtjes fossen!
NIET fossen wanneer de windingen bloot komen te liggen.
Dit zorgt ervoor dat de foss gaat rafelen
en materiaal
achter blijf dat gaat ontsteken.


Geen implant foss bij:
 Recessie/botverlies ruwe implantaten
 Diagnose PI en/of recessie: voorkeur ragers

Specifeke hulpmiddelen:
• Tampongaas
• Veterband
• Specifeke borstels
• Prothese borstel

Mondspoelmiddelen:
• Antiseptisch !
• Ontstekingsremmer
• Zelfmedicatie
• Ondersteuning mondhygëne
• Chloorhexidine ( 0.12 %)
• Bruine verkleuring
• Tijdelijk smaakverlies

Specifeke aanbevelingen:
• Esthetische zone: niet stokeren of ragen, anders wordt de papil afgeplat  black triangle
• Zijdelingse delen: ragers, sof picks, super-/implant foss, (single/end tufed) borstel, gaas etc.
• Edentaat: knopimplantaten/steg  met een borstel, superfoss, gaas of rager.


College 7: Implantologie 3 OE Parodontologie 3 (periode 3.1)
1