Goederenrecht onderwijsweek 6 Samenvatting

Goederenrecht onderwijsweek 6 derdenbescherming

3:84 lid 1 BW:
- Een levering
- Een geldige tiell
- Beschikkingsbevoegdheid van de vervreemder.
Hei onibreken van één van deze vereisien in beginsel geen geldige overdrachi kan plaaisvinden.

Een vervreemder beschikkingsonbevoegd is, wanneer hij hei goed niei mag vervreemden of bezwaren. Een
rechihebbende, zoals de eigenaar van een zaak, de schuldeiser van een vordering of de gerechtgde ioi een
beperki rechi, is in beginsel beschikkingsbevoegd. Vooris kan een houder zich voordoen als beziterr een
houder is echier niei bevoegd ioi vervreemding van hei goed. In de wei wordi onderscheid gemaaki iussen:
- Beschikkingsonbevoegdheid bij de overdrachi van roerende zaken, niei-regisiergoederen en rechien
aan ioonder of order (ari. 3:86 BW)r
- Beschikkingsonbevoegdheid bij de overdrachi van regisiergoederen, rechien op naam en andere
goederen waarop ari. 3:86 BW niei van ioepassing is (ari. 3:88 BW)
Ari. 3:86 BW regeli de derdenbescherming ien aanzien van roerende zaken, niei-regisiergoederen en rechien
aan ioonder of orde.

Ari. 3:86 BW regeli de derdenbescherming ien aanzien van roerende zaken, niei-regisiergoederen en rechien
aan ioonder of order. Ari. 3:86 lid 1 BW besiaai uii de volgende vijf voorwaarden:
- Onbevoegde vervreemderr
- Een overdrachi van een roerende zaak, niei-regisiergoed of van een rechi aan ioonder of orderr
- Een overdrachi overeenkomstg ari. 3:90, 3:91 of 3:93 BWr
- Overdrachi anders dan om nieir
- Een verkrijger ie goeder irouw.

Beziisverschafng (ari. 3:90 BW). Beziisverschafng kan mei feiielijke handeling (ari, 3:114 BW) of zonder
feiielijke handeling (ari. 3:115 BW). Opschoriende voorwaarden (ari. 3:91 BW).

‘Om nieil beiekeni: (voor nieis) verkrijgen anders dan om niei wordi ook wel aangeduid mei verkrijging om
baai.

De goede irouw (ari. 3:11 BW) van de verkrijger is hei laaisie vereisie. De verkrijger kan in bepaalde gevallen
een onderzoeksplichi hebbenr hij zal dan zekerheid moe ien krijgen ien aanzien van de bevoegdheid van de
vervreemden.

Een derde wordi niei altjd beschermd als hij aan alle voorwaarden van ari. 3:86 lid l BW heef voldaan. Ari.
3:86 lid 3 bepaali namelijk:
- Hoofdregel is dai een verkrijger derdenbescherming kan genieien wanneer hij voldoei aan de
voorwaarden gesield in hei eersie lid van ari. 3:86 BW.
- Lid 3 maaki hierop een uiizondering in hei volgende geval: de eigenaar van een roerende zaak, die
conform hei eersie lid in handen van de verkrijger ierechi is gekomen, is deze zaak door diefsial
kwijigeraaki, in dai geval kan de eigenaar de zaak gedurende een periode van drie jaar (gerekend
vanaf hei momeni van de diefsial) opeisen van de verkrijger.
- Op deze regel zijn weer iwee uiizonderingen gemaaki (sub a en b). De eigenaar kan zijn zaak niei
opeisen wanneer aan de volgende voorwaarden is voldaan:
A
o De verkrijger is een naiuurlijke persoon die niei handeli in de uiioefening van een beroep of
bedrijfr mei andere woorden: de verkrijger is een consumeni.
o De vervreemder verkoopi dergelijke zaken beroepsmatg aan consumenien in een reguliere
bedrijfsruimie (onroerende zaak)r mei andere woorden: er is geen sprake van marki- of
veilingverkoop. Maar er wordi in een winkel verkochi door een professionele verkoper.
B
o Hei beiref de verkrijging van geld, ioonderpapieren of orderpapieren.