HOOFDSTUK 2 TUSSEN DE OORLOGEN
PARAGRAAF 1 WELV AART EN CRISIS IN DE VERENIGDE STATEN
WELV AART IN DE JAREN 1920
In 1928 waren de Amerikanen tevreden en optimistisch. De VS werd alleen maar rijker tijdens
het interbellum en was al het rijkste land ter wereld.
Interbellum: periode tussen de twee wereldoorlogen.
Het industrieel kapitalisme bloeide door bijvoorbeeld de snelgroeiende auto- en
elektrotechnische industrie. De productie nam toe door onder andere de lopende band,
waardoor er sneller en goedkoper kon worden geproduceerd.
Lopende band: productiesysteem waarbij werknemers werken aan voorbijkomende
producten.
Een gevolg hiervan was dat de lonen omhoog gingen en prijzen omlaag. Dit allemaal leidde
tot meer vraag naar nieuwe producten en al snel werd de VS een consumptiemaatschappij.
Consumptiemaatschappij: samenleving waarin veel consumptiegoederen worden
verkocht.
CRISIS IN DE JAREN 1930
Door de economische groei waren veel Amerikanen erg optimistisch en kochten ze
aandelen op de beurs.
Beurs: gebouw waar in aandelen wordt gehandeld.
Maar de aandeelkoersen gingen op 24 oktober 1929 op de belangrijkste beurs, Wall Street in
New York, snel omlaag. Deze beurskrach veroorzaakte een economische crisis (depressie).
Beurskrach: sterke en snelle daling van de aandelenkoersen op de beurs.
Economische crisis (depressie): lange tijd van economische achteruitgang en
werkloosheid.
24 oktober wordt daarom ook wel ‘zwarte donderdag’ genoemd en de tijd erna ‘de grote
depressie’. En deze datum was dan ook een keerpunt in de geschiedenis.
Keerpunt: belangrijke snelle verandering
In 1932 was het inkomen van de VS gehalveerd en waren er 12 miljoen mensen werkloos. De
daklozen woonden in zelfgemaakte houten huisjes die hoovervilles heten, vernoemd naar
hun president Hoover.
Door handelscontacten in de wereld werd de crisis ook over Europa en de kolonies verspreid.
De directe oorzaak van deze economische wereldcrisis was dus de beurskrach in New York,
maar een indirecte oorzaak was de overproductie in de VS. Want toen het goed ging met
de economie gingen mensen meer produceren, maar toen de economie plots instortte
waren er veel overschotten,
, De crisis werd nog erger doordat veel Amerikanen geld hadden geleend om bijv. aandelen
of goederen te kopen. Kopen op krediet was dus normaal geworden, maar toen het crisis
werd, konden mensen die rente niet meer betalen door de lage lonen of zelfs werkloosheid.
Krediet: lening
DE OVERHEID GRIJPT I N
Hoover verloor zijn macht als president, omdat hij dacht dat de economische crisis vanzelf
zou stoppen en de overheid zich er dus ook niet mee hoefde te bemoeien.
Nu werd Franklin Delano Roosevelt (van de Democratische partij) de nieuwe president van
Amerika. Hij noemde zijn aanpak op de crisis ‘de New Deal’. Deze aanpak kwam er op neer
dat de overheid zich intensief met de economie ging bemoeien en daarvoor meer geld
uitgaf dan het binnenkreeg.
Zo werden mensen aan het werk gezet bij openbare werken, kocht de overheid producten
die boven de marktprijs lagen, hield toezicht op banken en kregen boeren die hun productie
beperkten subsidie.
Subsidie: financiële steun van de overheid
Langzaam ging het beter met de economie, maar de crisis ging niet echt voorbij. Er waren in
1938 nog wel negen miljoen mensen werkloos.
De crisis eindigde pas echt door de Tweede wereldoorlog.
ECONOMIE EN CULTUUR
In de jaren 1920 veranderde het dagelijks leven weer door de bloeiende economie. Mensen
hadden weer meer geld en vrij tijd en gingen daarom ook weer meer leuke dingen doen, de
mentaliteit veranderde Deze periode werd ook wel de roaring twenties genoemd.
Amerikanen maakten zich zorgen over het verlies van traditionele normen en waarden. Ze
zagen vooral het alcoholgebruik als probleem. Er kwam een verbod op, maar toch bleven
veel Amerikanen stiekem drinken.
Ook werden filmen en bioscopen weer populair. Van Disney tot Charlie Chaplin werd
populair.
PARAGRAAF 1 WELV AART EN CRISIS IN DE VERENIGDE STATEN
WELV AART IN DE JAREN 1920
In 1928 waren de Amerikanen tevreden en optimistisch. De VS werd alleen maar rijker tijdens
het interbellum en was al het rijkste land ter wereld.
Interbellum: periode tussen de twee wereldoorlogen.
Het industrieel kapitalisme bloeide door bijvoorbeeld de snelgroeiende auto- en
elektrotechnische industrie. De productie nam toe door onder andere de lopende band,
waardoor er sneller en goedkoper kon worden geproduceerd.
Lopende band: productiesysteem waarbij werknemers werken aan voorbijkomende
producten.
Een gevolg hiervan was dat de lonen omhoog gingen en prijzen omlaag. Dit allemaal leidde
tot meer vraag naar nieuwe producten en al snel werd de VS een consumptiemaatschappij.
Consumptiemaatschappij: samenleving waarin veel consumptiegoederen worden
verkocht.
CRISIS IN DE JAREN 1930
Door de economische groei waren veel Amerikanen erg optimistisch en kochten ze
aandelen op de beurs.
Beurs: gebouw waar in aandelen wordt gehandeld.
Maar de aandeelkoersen gingen op 24 oktober 1929 op de belangrijkste beurs, Wall Street in
New York, snel omlaag. Deze beurskrach veroorzaakte een economische crisis (depressie).
Beurskrach: sterke en snelle daling van de aandelenkoersen op de beurs.
Economische crisis (depressie): lange tijd van economische achteruitgang en
werkloosheid.
24 oktober wordt daarom ook wel ‘zwarte donderdag’ genoemd en de tijd erna ‘de grote
depressie’. En deze datum was dan ook een keerpunt in de geschiedenis.
Keerpunt: belangrijke snelle verandering
In 1932 was het inkomen van de VS gehalveerd en waren er 12 miljoen mensen werkloos. De
daklozen woonden in zelfgemaakte houten huisjes die hoovervilles heten, vernoemd naar
hun president Hoover.
Door handelscontacten in de wereld werd de crisis ook over Europa en de kolonies verspreid.
De directe oorzaak van deze economische wereldcrisis was dus de beurskrach in New York,
maar een indirecte oorzaak was de overproductie in de VS. Want toen het goed ging met
de economie gingen mensen meer produceren, maar toen de economie plots instortte
waren er veel overschotten,
, De crisis werd nog erger doordat veel Amerikanen geld hadden geleend om bijv. aandelen
of goederen te kopen. Kopen op krediet was dus normaal geworden, maar toen het crisis
werd, konden mensen die rente niet meer betalen door de lage lonen of zelfs werkloosheid.
Krediet: lening
DE OVERHEID GRIJPT I N
Hoover verloor zijn macht als president, omdat hij dacht dat de economische crisis vanzelf
zou stoppen en de overheid zich er dus ook niet mee hoefde te bemoeien.
Nu werd Franklin Delano Roosevelt (van de Democratische partij) de nieuwe president van
Amerika. Hij noemde zijn aanpak op de crisis ‘de New Deal’. Deze aanpak kwam er op neer
dat de overheid zich intensief met de economie ging bemoeien en daarvoor meer geld
uitgaf dan het binnenkreeg.
Zo werden mensen aan het werk gezet bij openbare werken, kocht de overheid producten
die boven de marktprijs lagen, hield toezicht op banken en kregen boeren die hun productie
beperkten subsidie.
Subsidie: financiële steun van de overheid
Langzaam ging het beter met de economie, maar de crisis ging niet echt voorbij. Er waren in
1938 nog wel negen miljoen mensen werkloos.
De crisis eindigde pas echt door de Tweede wereldoorlog.
ECONOMIE EN CULTUUR
In de jaren 1920 veranderde het dagelijks leven weer door de bloeiende economie. Mensen
hadden weer meer geld en vrij tijd en gingen daarom ook weer meer leuke dingen doen, de
mentaliteit veranderde Deze periode werd ook wel de roaring twenties genoemd.
Amerikanen maakten zich zorgen over het verlies van traditionele normen en waarden. Ze
zagen vooral het alcoholgebruik als probleem. Er kwam een verbod op, maar toch bleven
veel Amerikanen stiekem drinken.
Ook werden filmen en bioscopen weer populair. Van Disney tot Charlie Chaplin werd
populair.
