, Hoofdstuk 1; verkenning
Methodisch werken is een manier om de stappen die je maakt om bij jouw doel te komen zo goed mogelijk en
controleerbaar maakt. Dit is een manier om structuur aan te brengen in dit proces.
Kenmerken:
→ Je handelen is doelgericht
o Begint altijd met eerst je doel vaststellen en het goed formuleren van dit doel
o Er moet altijd een doel zijn en is de doelstelling nog te groot/lastig maak tussendoelen/subdoelen
→ Je handelen is systematisch
o Na het vaststellen van je doel ga je volgorde geven aan de stappen die gezet moeten worden om dit
doel te behalen, je stelt ook prioriteiten.
→ Je handelen is procesmatig
o Alle stappen die je doet zorgen voor ontwikkeling en sluiten aan op de fase ervoor of erna
→ Je handelen is bewust
o Je weet wat je doet en waarom, je kan alle stappen onderbouwen volgbaar en controleerbaar
Voordelen:
→ Je kunt beter vooruitkijken, waardoor je meer controle hebt over wat er gebeurd en de kans op fouten
neemt af.
o Het zorgt voor rust en jij weet wat er gaat gebeuren en zo kan je alvast inspelen op situaties
→ Je maakt voor een ander inzichtelijk welk proces je wilt volgen
o Hulpverleningsproces inzichtelijk maken je kan andere uitleggen wat de plannen zijn.
o Verschil te maken tussen kwaliteit en kwantiteit
→ Je kunt je eigen handelen evalueren en op grond daarvan eventueel je proces bijstellen
o Reflecteren/inzien van inschattingsfouten en daarop het proces positief aanpassen
→ Je maakt je proces overdraagbaar aan andere
o Ontwerp van het plan zichtbaar maken voor andere (client wordt niet de dupe van onvoorziene
gebeurtenissen
→ Je werkt efficiënt en effectief
o Vaak is tijd gekoppeld aan geld dus is efficiënt en effectief werken belangrijk
Methode = vaste, weldoordachte manier van handelen om een zeker doel te bereiken
Methodiek = overzicht van meerdere methoden
Competenties van sociaal werkers: (motto: ‘zo snel mogelijk, zo goed mogelijk en zo dicht mogelijk bij huis’)
- Versterkt eigen kracht en zelfregie
- Stuurt aan op betrokkenheid en participatie
- Is zichtbaar en werkt outreachend (reageert op (zorg)signalen)
- Verheldert vragen en behoeften
- Helt cliënten contact te maken
- Inspireert tot ander gedrag
- Werkt samen en versterkt netwerken
- Beweegt zich in uiteenlopende leef- en systeemwerelden
- Heeft oog voor verhoudingen en kan inspelen op veranderingen
- Benut professionele ruimte
1. Relatie met de client tot stand te brengen en in stand te houden.
2. Methodische werken
3. Reflecteer je en leg je verantwoording af en stel je bij
Empowerment = het op zoek gaan naar de eigen kracht van de mens