Geography
§1 De opbouw van de aarde
Een verschrompelde appel?
De aarde is 4.5 miljard jaar oud.
Van de korst tot de kern
Aarde is opgebouwd uit 3 lagen Van binnen naar buiten:
• Kern: vast
• Mantel: vloeibaar
• Korst: vast
De kern is 5000 graden Celsius. Deze is vast door het gewicht van het gesteente dat erboven ligt.
Door de hitte van de kern beweegt het vloeibare gesteente in de mantel Convectiestromen.
Twee soorten aardkorst
2 soorten aardkorst:
• Oceanische korst: gemiddeld 8 km dik, van basalt, zwaarder, dunner
• Continentale korst: gemiddeld 40 – 80 km dik, van graniet, lichter, dikker
Sinds 1950 wordt de platentektoniek pas echt goed bestudeerd. Tegenwoordig weten we, dankzij
satellieten, dat er midoceanische ruggen en diepzeetroggen zijn.
Bron 6 bladzijde 47: de opbouw van de aarde
Lithosfeer: aardkorst. Door de enorme hitte van de kern zijn er convectiestromingen in de mantel.
Deze convectiestromingen circuleren, Dit zorgt voor de bewegingen van de platen.
§ 2 Platentektoniek en aardbevingen
Verschillende plaatbewegingen
Door de hitte van de kern zijn er convectiestromingen in de mantel. Door deze bewegingen bestaat
de aardkorst uit verschillende aardkorstplaten of schollen.
3 verschillende bewegingen:
• Convergentie: Het naar elkaar toegaan. Je spreekt van convergentie als twee aardplaten botsen.
Als een oceanische plaat botst met een continentale plaat spreek je van subductie. De oceanische
plaat zal onder de aardplaat duiken.
• Divergentie: 2 aardplaten gaan uit elkaar. Magma komt in het midden omhoog en vormt nieuw
gesteente midoceanische ruggen
• Transform: Het langs elkaar bewegen van 2 aardplaten in tegenovergestelde richting.
, Platentektoniek (het bewegen van de aardplaten)
De aardkorst bestaat uit platen die bewegen door convectiestromen in de mantel.
Divergentie komt er magma omhoog, dit stolt tot basalt en zo ontstaat er een nieuwe aardkorst.
Daarom ontstaat er bij midoceanische ruggen continu een nieuwe oceanische korst.
Subductiezone duikt de oceaanbodem onder de continentale plaat. Er is dus een kringloop van
gesteente.
Magma zit onder de aardkorst en lava is hetzelfde als magma, maar bevindt zich boven de
aardkorst.
Aardbevingen
Platen bewegen langs of tegen elkaar, de spanning die zich jarenlang heeft opgebouwd komt in een
keer vrij. De zwaarste aardbevingen ontstaan bij convergente en transforme bewegingen.
Haard/Hypocentrum: De exacte plek van de aardbeving in de aardkorst.
Epicentrum: De plaats aan het oppervlak boven de haard, hier is de aardbeving het heftigst.
De verwoestende kracht van een aardbeving zit niet alleen in de trilling maar ook in de
daaropvolgende aardverschuivingen en tsunami’s. Bij een aardbeving op oceaanbodem kunnen
enorme vloedgolven (tsunami’s) ontstaan die ondiepe kustgebieden verwoesten.
Bron 12 bladzijde 49: de schaal van Richter
De schaal van Richter: geeft aan hoeveel energie er vrijkomt bij een aardbeving. Een aardbeving met
een kracht van 6 op de schaal van Richter is 10 keer zo hard als een aardbeving op de schaal van 5.
Een aardbeving met een kracht van 7 op de schaal van Richter is 100 keer zo hard als een op de
schaal van 5.
§3 Vulkanisme
Vulkanisme bij divergerende platen
De vorm en opbouw van een vulkaan ontstaat door:
• De manier van uitbarsting effusief of explosief
• Samenstelling van magma dunne of dikke magma
• Temperatuur van het (gesmolten) gesteente.
Een midoceanische rug ontstaat doordat magma bij een divergente breuk omhoogkomt. Het magma
is dun en stroomt gemakkelijk naar buiten omdat er immers ruimte genoeg is. Hierdoor verloopt bij
de midoceanische ruggen een uitbarsting rustig: een effusieve eruptie. Omdat de lava erg vloeibaar
is, stroomt het ver weg, voordat het stolt tot basalt. Er vormt zich hierdoor een schildvulkaan: een
niet zo’n steile vulkaan.
§1 De opbouw van de aarde
Een verschrompelde appel?
De aarde is 4.5 miljard jaar oud.
Van de korst tot de kern
Aarde is opgebouwd uit 3 lagen Van binnen naar buiten:
• Kern: vast
• Mantel: vloeibaar
• Korst: vast
De kern is 5000 graden Celsius. Deze is vast door het gewicht van het gesteente dat erboven ligt.
Door de hitte van de kern beweegt het vloeibare gesteente in de mantel Convectiestromen.
Twee soorten aardkorst
2 soorten aardkorst:
• Oceanische korst: gemiddeld 8 km dik, van basalt, zwaarder, dunner
• Continentale korst: gemiddeld 40 – 80 km dik, van graniet, lichter, dikker
Sinds 1950 wordt de platentektoniek pas echt goed bestudeerd. Tegenwoordig weten we, dankzij
satellieten, dat er midoceanische ruggen en diepzeetroggen zijn.
Bron 6 bladzijde 47: de opbouw van de aarde
Lithosfeer: aardkorst. Door de enorme hitte van de kern zijn er convectiestromingen in de mantel.
Deze convectiestromingen circuleren, Dit zorgt voor de bewegingen van de platen.
§ 2 Platentektoniek en aardbevingen
Verschillende plaatbewegingen
Door de hitte van de kern zijn er convectiestromingen in de mantel. Door deze bewegingen bestaat
de aardkorst uit verschillende aardkorstplaten of schollen.
3 verschillende bewegingen:
• Convergentie: Het naar elkaar toegaan. Je spreekt van convergentie als twee aardplaten botsen.
Als een oceanische plaat botst met een continentale plaat spreek je van subductie. De oceanische
plaat zal onder de aardplaat duiken.
• Divergentie: 2 aardplaten gaan uit elkaar. Magma komt in het midden omhoog en vormt nieuw
gesteente midoceanische ruggen
• Transform: Het langs elkaar bewegen van 2 aardplaten in tegenovergestelde richting.
, Platentektoniek (het bewegen van de aardplaten)
De aardkorst bestaat uit platen die bewegen door convectiestromen in de mantel.
Divergentie komt er magma omhoog, dit stolt tot basalt en zo ontstaat er een nieuwe aardkorst.
Daarom ontstaat er bij midoceanische ruggen continu een nieuwe oceanische korst.
Subductiezone duikt de oceaanbodem onder de continentale plaat. Er is dus een kringloop van
gesteente.
Magma zit onder de aardkorst en lava is hetzelfde als magma, maar bevindt zich boven de
aardkorst.
Aardbevingen
Platen bewegen langs of tegen elkaar, de spanning die zich jarenlang heeft opgebouwd komt in een
keer vrij. De zwaarste aardbevingen ontstaan bij convergente en transforme bewegingen.
Haard/Hypocentrum: De exacte plek van de aardbeving in de aardkorst.
Epicentrum: De plaats aan het oppervlak boven de haard, hier is de aardbeving het heftigst.
De verwoestende kracht van een aardbeving zit niet alleen in de trilling maar ook in de
daaropvolgende aardverschuivingen en tsunami’s. Bij een aardbeving op oceaanbodem kunnen
enorme vloedgolven (tsunami’s) ontstaan die ondiepe kustgebieden verwoesten.
Bron 12 bladzijde 49: de schaal van Richter
De schaal van Richter: geeft aan hoeveel energie er vrijkomt bij een aardbeving. Een aardbeving met
een kracht van 6 op de schaal van Richter is 10 keer zo hard als een aardbeving op de schaal van 5.
Een aardbeving met een kracht van 7 op de schaal van Richter is 100 keer zo hard als een op de
schaal van 5.
§3 Vulkanisme
Vulkanisme bij divergerende platen
De vorm en opbouw van een vulkaan ontstaat door:
• De manier van uitbarsting effusief of explosief
• Samenstelling van magma dunne of dikke magma
• Temperatuur van het (gesmolten) gesteente.
Een midoceanische rug ontstaat doordat magma bij een divergente breuk omhoogkomt. Het magma
is dun en stroomt gemakkelijk naar buiten omdat er immers ruimte genoeg is. Hierdoor verloopt bij
de midoceanische ruggen een uitbarsting rustig: een effusieve eruptie. Omdat de lava erg vloeibaar
is, stroomt het ver weg, voordat het stolt tot basalt. Er vormt zich hierdoor een schildvulkaan: een
niet zo’n steile vulkaan.