Samenvatting opvoedondersteuning periode 1.1
CH 1 lesdoelen:
-De student heeft kennisgenomen van het begrip opvoedondersteuning
-De student heeft kennisgenomen van de invloed van het krijgen van kinderen op ouder
-De student heeft kennisgenomen van de verwachtingen van ouders ten opzichte van het krijgen van kinderen
-De student heeft kennisgenomen in de fasen van ouderschap
-De student heeft kennisgenomen van de verschillen in opvoeden tussen vaders en moeders
-De student heeft kennisgenomen van het begrip pedagogisch besef
-De student heeft kennisgenomen van de veranderende rol van ouders in de afgelopen jaren
Wat is opvoedondersteuning?:
Laagdrempelige, gelaagde ondersteuning van ouders en opvoedingsverantwoordelijken bij de opvoeding van
kinderen. Gericht op activiteiten die tot doel hebben om ouders en opvoedingsverantwoordelijken steun te
bieden bij het opvoeden. Focus op - opvoeders - interactie tussen opvoeder en kind - leefomgeving van
gezinnen.
Voor en nadelen van het krijgen van kinderen:
Welke factoren spelen een rol als partners bewust zwanger probeert te raken?
-Biologische factoren: Leeftijd van de partners
-Psychologische factoren: Het gevoel dat de tijd er rijp voor is (sociale klok), het gevoel geschikt te zijn voor
ouderschap, het gevoel dat er sprake is van een duurzame relatie waarbinnen een kind kan opgroeien. Als een
vrouw een kind alleen wilt opvoeden, zal zij vooral ook kijken naar de sociale factoren en haar sociale netwerk.
-Sociale factoren: druk van de omgeving (vb. ouders), de actuele werk -en woonsituatie van de partners,
financiële situatie, mogelijkheid van kinderopvang, de mogelijkheid van ondersteuning uit de omgeving.
-Religieuze factoren: Goddelijke opdracht om kinderen te baren.
Transitie naar het ouderschap:
-Aanpassing aan het ouderschap verloopt beter als de keuzen weloverwogen is, en het paar een realistisch en
duidelijk beeld heeft over de inhoud van het ouderschap.
-Het krijgen van het eerste kind is positief maar heeft tijdelijk effect op het geluksgevoel van mensen. Met
name vrouwen zijn het gelukkigst, een jaar voor de geboorte van het eerste kind. Na de geboorte neemt het
geluksgevoel af. Vrouwen zitten rond 2-3 jaar terug op hun eigen niveau, mannen na ongeveer 1 jaar.
-De afname van het geluksgevoel binnen de relatie neemt onder andere af door het gebrek aan quallity time
(communiceren, activiteiten uitvoeren), voor vrouwen is dit een voorwaarde om de relatie op peil te houden.
, -We zien meer traditionele rolverhoudingen na de geboorte van het eerste kind.
-De eerste jaren van het ouderschap zijn tropenjaren en ze verlangen een grote flexibiliteit en
aanpassingsvermogen van beide ouders. Stres gerelateerd aan het ouderschap tast de kwaliteit van de relatie
aan.
-Tegen de tijd dat he kind de 7e verjaardag viert, neemt de tevredenheid van de relatie weer toe.
-Er bestaan wel grote interindividuele verschillen in de tevredenheidscurves!
Psychologische crisisperiode of psychologische disbalans:
De overgang naar het ouderschap verloopt voor de meeste jongvolwassenen maar ook toekomstige vaders,
bepaald niet ongemerkt.
-Het algemene gevoel van welbevinden neemt
niet af bij het krijgen van een kind. Dat komt door
positieve gevoelens die een kind bij een ouder
oproept. Ouder worden brengt zowel vreugde als
verdriet met zich mee.
Intergenerationele overdacht:
We baseren ons veel al op onze eigen ervaringen.
Tijdens onze kinderjaren hebben we beelden
ontwikkeld over wat ouderschap en opvoeding
inhouden: moeders werken minder dan vaders
etc. Deze beelden werken door in de wijze
waarop we het ouderschap inhoud en vorm
willen geven; Intergenerationele overdracht.
Fasen van ouderschap Newburger:
Ouderschap is een dynamisch proces. De rol
verandert in de tijd.
Parental awareness: De toenemende ouderlijke
bewustzijn/het pedagogische besef
Het reflecteert de flexibiliteit en de complexiteit van
het denken van de ouder over zijn/haar rol en die
van het kind. De ouder kan doormiddel van het
toenemend pedagogisch besef het gedrag van het
kind steeds beter duiden en de opvoeding richting
geven. Pedagogisch besef staat voor het geheel
van verwachtingen, beleving, sensitiviteit en
empathie van ouders tegenover hun kind
Parental attitudes: de houding ten opzichte van het
ouderschap
Flexibel adaptief vermogen: Kunnen inspelen op
onverwachte situaties.
CH 1 lesdoelen:
-De student heeft kennisgenomen van het begrip opvoedondersteuning
-De student heeft kennisgenomen van de invloed van het krijgen van kinderen op ouder
-De student heeft kennisgenomen van de verwachtingen van ouders ten opzichte van het krijgen van kinderen
-De student heeft kennisgenomen in de fasen van ouderschap
-De student heeft kennisgenomen van de verschillen in opvoeden tussen vaders en moeders
-De student heeft kennisgenomen van het begrip pedagogisch besef
-De student heeft kennisgenomen van de veranderende rol van ouders in de afgelopen jaren
Wat is opvoedondersteuning?:
Laagdrempelige, gelaagde ondersteuning van ouders en opvoedingsverantwoordelijken bij de opvoeding van
kinderen. Gericht op activiteiten die tot doel hebben om ouders en opvoedingsverantwoordelijken steun te
bieden bij het opvoeden. Focus op - opvoeders - interactie tussen opvoeder en kind - leefomgeving van
gezinnen.
Voor en nadelen van het krijgen van kinderen:
Welke factoren spelen een rol als partners bewust zwanger probeert te raken?
-Biologische factoren: Leeftijd van de partners
-Psychologische factoren: Het gevoel dat de tijd er rijp voor is (sociale klok), het gevoel geschikt te zijn voor
ouderschap, het gevoel dat er sprake is van een duurzame relatie waarbinnen een kind kan opgroeien. Als een
vrouw een kind alleen wilt opvoeden, zal zij vooral ook kijken naar de sociale factoren en haar sociale netwerk.
-Sociale factoren: druk van de omgeving (vb. ouders), de actuele werk -en woonsituatie van de partners,
financiële situatie, mogelijkheid van kinderopvang, de mogelijkheid van ondersteuning uit de omgeving.
-Religieuze factoren: Goddelijke opdracht om kinderen te baren.
Transitie naar het ouderschap:
-Aanpassing aan het ouderschap verloopt beter als de keuzen weloverwogen is, en het paar een realistisch en
duidelijk beeld heeft over de inhoud van het ouderschap.
-Het krijgen van het eerste kind is positief maar heeft tijdelijk effect op het geluksgevoel van mensen. Met
name vrouwen zijn het gelukkigst, een jaar voor de geboorte van het eerste kind. Na de geboorte neemt het
geluksgevoel af. Vrouwen zitten rond 2-3 jaar terug op hun eigen niveau, mannen na ongeveer 1 jaar.
-De afname van het geluksgevoel binnen de relatie neemt onder andere af door het gebrek aan quallity time
(communiceren, activiteiten uitvoeren), voor vrouwen is dit een voorwaarde om de relatie op peil te houden.
, -We zien meer traditionele rolverhoudingen na de geboorte van het eerste kind.
-De eerste jaren van het ouderschap zijn tropenjaren en ze verlangen een grote flexibiliteit en
aanpassingsvermogen van beide ouders. Stres gerelateerd aan het ouderschap tast de kwaliteit van de relatie
aan.
-Tegen de tijd dat he kind de 7e verjaardag viert, neemt de tevredenheid van de relatie weer toe.
-Er bestaan wel grote interindividuele verschillen in de tevredenheidscurves!
Psychologische crisisperiode of psychologische disbalans:
De overgang naar het ouderschap verloopt voor de meeste jongvolwassenen maar ook toekomstige vaders,
bepaald niet ongemerkt.
-Het algemene gevoel van welbevinden neemt
niet af bij het krijgen van een kind. Dat komt door
positieve gevoelens die een kind bij een ouder
oproept. Ouder worden brengt zowel vreugde als
verdriet met zich mee.
Intergenerationele overdacht:
We baseren ons veel al op onze eigen ervaringen.
Tijdens onze kinderjaren hebben we beelden
ontwikkeld over wat ouderschap en opvoeding
inhouden: moeders werken minder dan vaders
etc. Deze beelden werken door in de wijze
waarop we het ouderschap inhoud en vorm
willen geven; Intergenerationele overdracht.
Fasen van ouderschap Newburger:
Ouderschap is een dynamisch proces. De rol
verandert in de tijd.
Parental awareness: De toenemende ouderlijke
bewustzijn/het pedagogische besef
Het reflecteert de flexibiliteit en de complexiteit van
het denken van de ouder over zijn/haar rol en die
van het kind. De ouder kan doormiddel van het
toenemend pedagogisch besef het gedrag van het
kind steeds beter duiden en de opvoeding richting
geven. Pedagogisch besef staat voor het geheel
van verwachtingen, beleving, sensitiviteit en
empathie van ouders tegenover hun kind
Parental attitudes: de houding ten opzichte van het
ouderschap
Flexibel adaptief vermogen: Kunnen inspelen op
onverwachte situaties.