2 en 3 Primaire preventie voorkomen
PRECEDE-PROCEED Secundaire preventie vroegtijdig detecteren
Model Tertiaire preventie mensen zijn al ziek. Ernst beperken.
Model is deductief: van breed naar smal (trechter)
PRECEDE – Fase 1 t/m 4 Fase 1: Sociale analyse
- Analyse kwaliteit van leven
- Analyse van de volksgezondheid
Stap 1 en 2: kijken naar dingen die
bijdragen aan het probleem. Fase 2: Epidemiologische analyse
a. Gezondheid met cijfers kijken naar gezondheidsproblemen
- Prevalentie: aantal gevallen met bepaalde ziekte
- Incidentie: hoeveel nieuwe gevallen er in een periode bijkomen
- Mortaliteit: aantal sterfgevallen
- Morbiditeit: aantal ziektegevallen
Uit deze cijfers kan je de echte risicogroep bepalen = doelgroep.
b. Gedrag en omgeving welke gedrags- en omgevingsfactoren
dragen bij aan het gezondheidsprobleem.
- Gedragsfactoren: hoe draagt jouw gedrag en leefstijl bij aan
probleem = exogeen (van buitenaf)
- Omgevingsfactoren: sociale, fysieke, economische factoren die
bijdragen aan het probleem = exogeen en systeemfactoren
- Rehabilitatiefactoren: dingen die al in jou zitten, bijv. leeftijd.
= endogeen (van binnenuit, niet te veranderen).
Theorie: Social Cognitive Theory
Vanaf deze stap kijken naar dingen Fase 3: Educational en Ecological assessment
die bijdragen aan de oplossing van het - Identificeren van causale factoren die moeten veranderen om
probleem. proces van gedrags- en omgevingsverandering te initiëren.
- Predisposing: zit in jezelf
Wat je zelf denkt en vindt. Eigen mening, kennis, attitude.
- Reinforcing: komt uit omgeving
Reacties van anderen op jouw gedrag (feedback, invloed)
- Enabling: algemene regels
Regels, wetten, vaardigheden, tijd, geld, skills, beschikbaar
vervoer.
Uit deze gegevens determinanten kiezen op belangrijkheid en
veranderbaarheid om de interventie op te richten.
Theorie: Health Belief Model
, Fase 4: Administrative and Policy Assessment
- Interventie-ontwikkeling.
- Programma klaar voor implementatie: strategie, doelgroep,
boodschap en kanalen
- PRO krijgt al vorm: beleid, regelgeving, organisatie
Vier soorten interventies:
Matching: matchen ecologische levels aan programmacomponenten
Mapping: specifieke interventies gebaseerd op theorie en eerder
onderzoek.
Pooling: door community geprefereerde interventie minder bewijs
Patching: interventies die gaps vullen bewezen effectief.
PROCEED – Fase 5 t/m 8 Fase 5: Implementatie van het programma
- Datacollectie plannen beschikbaar voor evaluatie van proces.
Fase 6: procesevaluatie
- Evaluatie van het protocol
Fase 7: impactevaluatie
- Evaluatie van factoren: gedrag, lifestyle en omgeving
Fase 8: uitkomstevaluatie
- Evaluatie van de gezondheid en kwaliteit van leven
- Lange termijn
- Daadwerkelijke impact van interventie
Wasilewski et al., 2005 – Theoretical Fase 2: gedrags- en leefstijlfactoren
framework of PRECEDE-PROCEED Model - Inactiviteit: staand beroep
- Gebrek aan ergonomische richtlijnen
VERPLICHT
Fase 2: omgevingsfactoren
Klachten bij supermarktmedewerkers - Design werkplek: hoogte werkblad
- Ondersteuning sociale omgeving: managers toezien op naleven
regels omtrent pauze, ergonomische werkplek.
Fase 2: rehabilitatiefactoren
- Zwakke rug of verlaagde spierkracht
Vrouwen zijn risicogroep, want: hogere incidentie.
Fase 3
- Predisposing: kennis over ergonomie werkplek
- Reinforcing: support van managers
- Enabling: geld beschikbaar voor verbeteren werkplek
Fase 4: interventie
Ergonomisch trainingsprogramma, gericht op:
- Werknemer
Predisposing factor: gebrek aan kennis en bewustzijn
Enabling factor: gebrek aan beschikbaarheid educatie
- Werkgever
Reinforcing factor: steun van managers
Enabling factor: betere fysieke werkplek
, Uitstapjes Gezondheidsbevordering: alle activiteiten om mensen te stimuleren
zich op vrijwillige basis gezonder te gaan gedragen.
Objectieve gezondheid: gezondheid bepaald door deskundige (arts)
Subjectieve gezondheid: gezondheid ervaren door een individu
Sociale gezondheid: gezondheid bepaald door sociale omgeving
- “Je kan gewoon overal aan meedoen”
Methode: op theorie gebaseerde techniek om determinanten te
beïnvloeden learning by observation (SCT).
Strategie: praktische manier om methode toe te passen rolmodel
4. Gedragsfactoren Botsoneanu et al., 2011 – To test or not Wat bepaalt dat mensen een genetische test op het risico-gen van
Fase 2 PRECEDE- to test? The role of attitudes, vormen van kanker ondergaan?
PROCEED Model knowledge, and religious involvement
among US adults on intent-to-obtain - Determinanten van ondergaan genetische test.
adult genetic testing - Theoretisch perspectief: Theory of Planned Behavior
VERPLICHT Doelgroep segmentatie
- Religieuze betrokkenheid
- Eerdere ervaring met genetische test
Gericht op twee determinanten (predisposing)
- Kennis over genetische testen
- Attitude t.o.v. genetische testen
Methode
Kwantitatief survey onder representatieve steekproef US (N = 1824).
Resultaten
Positief
- Meer ervaring hogere intentie om test te ondergaan
- Positieve attitude hogere intentie om test te ondergaan
- Hogere intentie om test te ondergaan bij te genezen ziektes
Negatief
- Meer religieus betrokken negatievere attitude t.o.v. test
- Meer kennis over test minder hoge intentie om test te
ondergaan.
Tegenstrijdigheden met TPB
- TPB stelt dat meer kennis leidt tot hogere gedragsintentie.
- TPB stelt een significante relatie tussen kennis en attitude.
Verklaring: kennis werd gemeten door vragen over 2 ongeneeslijke
ziektes, waardoor mensen kunnen kiezen voor onzekerheidsvermijding.
Overeenkomsten met TPB
- Positieve relatie attitude en gedragsintentie.
Barbour et al., 2011 – Avoiding health Wat bepaalt dat mensen expliciet gezondheidsinformatie vermijden?
information
- Determinanten van het vermijden van gezondheidsinfo.
VERPLICHT - Theoretisch perspectief: Uncertainty Management Theory
= risicotijd vermijden (tijd tot uitslag), dus test niet doen.