Cellulaire niveau
Hoofdstuk 1
Before Mendel
Grieken dachten: Vloeistof van papa + mama voeg je samen (blending inheritance)
o Je krijgt verlies van genetische variatie
Darwin dacht: Bij het maken van sperma/eicel wordt er uit elke cel van lichaam extractie
genomen(gemmules)
Mendel (1865)
Wetten van erfenis
Ouder heeft van alles 2 en geeft daar 1 van door
Verschil met rest
o Deed systematisch proeven
o Genen als deeltjes en niet vloeistoffen
Herontdekt in 1900
Als je eenmaal code heb gekraakt kan je het bij meerdere organisme gebruiken
Hoofdstuk 8
Complexe organismen hebben
Een lagere genen dichtheid
Grotere genen (meer een grotere introns)
Meer herhaaldelijk DNA (bij mens 50%)
Template (matrijs, noncoding) wordt afgelezen. mRNA is gelijk aan coding streng
RNA-synthese start door RNA polymerase II (heeft een CTD gebonden, vol met fosfaat groepen met
energie)
RNA is zelfde als nontemplate streng
Introns er uitknippen
D.m.v. RNA eiwitcomplexen plekken aan
miRNA
Bindt aan RISC en zorgt ervoor dat deel DNA niet wordt afgelezen
Hoofdstuk 8(algemeen proces) en 12 (specifieke proces) in afbeelding
, Hoofdstuk 12
DNA raakt los van histonen door acetylering
Je zet lading op DNA wat afstoot van histoon
DNA bindt vast aan histonen door methylering
Je haalt binding weg van DNA wat zorgt voor aanhechting aan histoon
Een X-chromosoom wordt uitgeschakeld door Xi-coating protein die bindt aan 1 van de 2 X
chromsomen
Hoofdstuk 10
cDNA: deel van genoom welke tot expressie komt
Geen signaalsequentie
Geen intronen
Versterken van gen
Klonen (links)
o Restrictie enzymen knippen DNA op
specifieke sequentie
Herkennen palindroom sequentie:
die met zichzelf kan buigen en alsnog
past
o Dan zet je het in bacterie
o Selecteren welke bacterie je moet isoleren
Door verschil kleur, werkzame
functie is uit bacterie gehaald
Reverse transcriptase: van mRNA, DNA maken
PCR (Polymerase chain reaction, rechts)
o Hoge temperatuur zorgt voor splitsing DNA
o DNA synthese
o Herhaling hiervan geeft veel DNA strengen van gewenste gen
Hoofdstuk 1
Before Mendel
Grieken dachten: Vloeistof van papa + mama voeg je samen (blending inheritance)
o Je krijgt verlies van genetische variatie
Darwin dacht: Bij het maken van sperma/eicel wordt er uit elke cel van lichaam extractie
genomen(gemmules)
Mendel (1865)
Wetten van erfenis
Ouder heeft van alles 2 en geeft daar 1 van door
Verschil met rest
o Deed systematisch proeven
o Genen als deeltjes en niet vloeistoffen
Herontdekt in 1900
Als je eenmaal code heb gekraakt kan je het bij meerdere organisme gebruiken
Hoofdstuk 8
Complexe organismen hebben
Een lagere genen dichtheid
Grotere genen (meer een grotere introns)
Meer herhaaldelijk DNA (bij mens 50%)
Template (matrijs, noncoding) wordt afgelezen. mRNA is gelijk aan coding streng
RNA-synthese start door RNA polymerase II (heeft een CTD gebonden, vol met fosfaat groepen met
energie)
RNA is zelfde als nontemplate streng
Introns er uitknippen
D.m.v. RNA eiwitcomplexen plekken aan
miRNA
Bindt aan RISC en zorgt ervoor dat deel DNA niet wordt afgelezen
Hoofdstuk 8(algemeen proces) en 12 (specifieke proces) in afbeelding
, Hoofdstuk 12
DNA raakt los van histonen door acetylering
Je zet lading op DNA wat afstoot van histoon
DNA bindt vast aan histonen door methylering
Je haalt binding weg van DNA wat zorgt voor aanhechting aan histoon
Een X-chromosoom wordt uitgeschakeld door Xi-coating protein die bindt aan 1 van de 2 X
chromsomen
Hoofdstuk 10
cDNA: deel van genoom welke tot expressie komt
Geen signaalsequentie
Geen intronen
Versterken van gen
Klonen (links)
o Restrictie enzymen knippen DNA op
specifieke sequentie
Herkennen palindroom sequentie:
die met zichzelf kan buigen en alsnog
past
o Dan zet je het in bacterie
o Selecteren welke bacterie je moet isoleren
Door verschil kleur, werkzame
functie is uit bacterie gehaald
Reverse transcriptase: van mRNA, DNA maken
PCR (Polymerase chain reaction, rechts)
o Hoge temperatuur zorgt voor splitsing DNA
o DNA synthese
o Herhaling hiervan geeft veel DNA strengen van gewenste gen