Boek: Praktijkboek geïntegreerde cognitieve gedragstherapie.
Protocollaire behandeling op maat. – H15
Inhoudsopgave
Boek: Praktijkboek geïntegreerde cognitieve gedragstherapie. Protocollaire behandeling op maat. –
H15....................................................................................................................................................................................................................................1
Hoofdstuk 15: Geïntegreerde cognitieve gedragstherapie en ongewenste gewoonten.
Trichotillomanie en excoriatiestoornis..............................................................................................................................................2
15.1. Inleiding....................................................................................................................................................................................................2
15.2. Diagnostische criteria en kenmerkende pathologie...............................................................................................2
15.3. Etiologische factoren.....................................................................................................................................................................2
15.4. Behandelonderzoek.......................................................................................................................................................................3
15.5. Behandeling: cognitieve gedragstherapie gebaseerd op zelfcontroleprobleem...............................3
15.6. Terugvalpreventie............................................................................................................................................................................4
, 2
Hoofdstuk 15: Geïntegreerde cognitieve gedragstherapie en ongewenste gewoonten.
Trichotillomanie en excoriatiestoornis
15.1. Inleiding
Vrijwel iedereen heeft wel een ongewenste gewoonte, bijvoorbeeld snoepen of nagelbijten. Binnen
de DSM-5 wordt een aantal varianten onderscheiden waarbij het gewoontegedrag een dermate
ernstige vorm heeft aangenomen dat mensen als het ware in de ban leven van de neiging om aan
het gedrag toe te geven. Binnen de Obsessieve-Compulsieve en verwante stoornissen’ vallen
trichotillomanie (haaruittrekstoornis) en excoriatiestoornis (huidpulkstoornis).
15.2. Diagnostische criteria en kenmerkende pathologie
Trichotillomanie= Aandoening waarbij mensen drang voelen om hun eigen haren uit te trekken.
Meestal strijkt men eerst over de haren of betast die om 1 haar te selecteren en deze dan vervolgens
met duim en wijsvinger uit te trekken.
DSM-5 criteria:
A. Herhaald uittrekken van de eigen haren, wat leidt tot waarneembaar haarverlies
B. Herhaalde pogingen om met het uittrekken van haren te stoppen.
C. Er is sprake van duidelijk lijden of beperkingen in het sociaal of beroepsmatig functioneren
of in het functioneren op andere belangrijke gebieden (bijv. vermijdingsgedrag of
emotionele gevolgen).
D. De klachten zijn niet toe te schrijven aan of het gevolg van een andere medische of
psychische aandoening
In de DSM-IV gold ook de criteria ‘een gevoel van spanning vooraf’ en ‘lust, bevrediging of
opluchting tijdens het uittrekken van het haar’. Deze 2 criteria zijn verdwenen in de DSM-5, omdat
van de patiënten die regelmatig haartrekken een kwart deze criteria niet herkent. Net als bij de
excoriatiestoornis, vindt het automatisch haartrekken vooral plaats in voor de patiënt prettige
situaties.
Bij excoriatiestoornis gaat men terugkerend krabben aan wondjes of onregelmatigheden van de
huid, waardoor de huid beschadigd raakt. Het gewoontegedrag begint vaak in de adolescentie.
DSM-5 criteria:
A. Herhaald krabben aan de huid zodanig dat wondjes ontstaan.
B. Herhaalde pogingen om met het krabben aan de huid te stoppen.
C. Er is sprake van duidelijk lijden of beperkingen in het sociaal of beroepsmatig functioneren
of in het functioneren op andere belangrijke gebieden (bijv. vermijdingsgedrag of
emotionele gevolgen).
D. De klachten zijn niet toe te schrijven aan of het gevolg van een andere medische of
psychische aandoening
15.3. Etiologische factoren
Trichotillomanie komt vaker binnen families voor, maar het is de vraag of het erfelijk is of dat het
komt van aangeleerd gedrag. Uit onderzoek dat gebaseerd is op CGT (gebaseerd op habit reversal
training) en zelfcontroleprocedures bij ongewenste gewoonten, komt naar voren dat
trichotillomanie en excoriatiestoornis aangeleerd gedrag is wat ook afgeleerd kan worden in
therapie. Er kan geredeneerd worden dat men ooit heeft ervaren dat een nerveuze gewoonte zoals
het trekken van haren kortstondig helpt om van zorgen, spanning of verveling afgeleid te worden.
Door frequente herhaling is het een gewoonte geworden.