Samenvatting Week 5 Inleiding recht (privaatrecht)

Week 5
Kelly-arrest
- Wrongful birth vordering
 De ouders vorderen schadevergoeding van het ziekenhuis voor de kosten
van het levensonderhoud van de baby tot haar 21ste verjaardag.
 Juridische grondslag: de geneeskundige behandelingsovereenkomst.
- Wrongful life vordering
 Baby Kelly vordert (vertegenwoordigd door haar ouders) een
schadevergoeding van het ziekenhuis voor de kosten van het
levensonderhoud vanaf haar 21ste verjaardag.
 De beroepsfout van de verloskundige van het LUMC is een onrechtmatige
daad jegens baby Kelly.
 Baby Kelly heeft geen overeenkomst met het ziekenhuis, maar wel
recht op schadevergoeding.
 Onrechtmatige daad = van een onrechtmatige daad is
sprake wanneer je een inbreuk maakt op iemands recht. Je handelt
op onbehoorlijke wijze of je doet iets dat in strijd is met een
wettelijke plicht.

Publiek recht vs privaat recht.
- Publiekrecht = de verhouding tussen de overheid en de burger. De overheid staat
boven de burger.
 Algemeen belang.
 Ongelijke partijen.
 Handhaving overheid.
- Privaatrecht = de verhouding tussen burgers. De burgers staan als gelijk.
 Particuliere belang van individuen.
 Gelijke partijen.
 Handhaving burgers
 Onderscheid dwingend en aanvullend recht (zie ook kopje contactsvrijheid).
 Regels van dwingend recht zijn regels waarvan de wetgever niet heeft
gewild dat ervan wordt afgeweken. Burgers kunnen daar dan ook niet
van afwijken.
o Contactvrijheid = partijen mogen afspreken wat zij
willen en daarmee recht voor zichzelf scheppen.
Partijen mogen zelf uitmaken met wie, onder welke
voorwaarden en wanneer ze een contract aangaan.
o 3 categorieën van gevallen waarin het dwingend recht
sterk naar voren komt.
1. De gevallen waarin de wet iemand in bescherming
neemt tegen zichzelf.
2. Vormvoorschriften = bij de meeste handelingen die
in het privaatrechtelijk verkeer verricht, wordt niet
geëist dat dit op een bepaalde manier geschiedt.

, 3. De gevallen waarin de wet de ene persoon
beschermt tegen een ander die machtiger geacht
wordt.
 Bij aanvullend recht mag wel bij onderling goedvinden worden
afgeweken. Bij het formuleren van de regels van aanvullend recht
heeft de wetgever er ook rekening mee gehouden hoe partijen
waarschijnlijk zelf de zaken zouden hebben geregeld wanneer zij wek
een voorziening hadden getroffen.
 Hoe weten we of een bepaling dwingend of aanvullend van aard is?
1. De wetgever geeft soms uitdrukkelijk aan of een wet dwingend is.
2. Het valt soms ook uit de formulering op te maken.
3. Men kan zich oriënteren op de aard van de materie die geregeld wordt.
4. Men kan de a contrario-redenering hanteren.

- Deregulering = het terugdringen van de grote hoeveelheid overheidsvoorschriften.
- Privatisering = het overhevelen naar de particuliere sector van taken die voorheen
door de overheid werden gericht.

Het burgerlijk wetboek.
- De Code Napoléon legde de principes van de Franse Revolutie officieel in een
burgerlijk wetboek vast en de burgers werden voortaan geacht dit nieuwe Burgerlijk
Wetboek te kennen.
 Deze principes zijn:
 Vrijheid.
 Gelijkheid.
 Broederschap.

Natuurlijke rechtspersonen.
- Boek 1: personen- en familierecht.
 Titel 1: algemene bepalingen.
 Artikel 1.
Allen die zich in Nederland bevinden, zijn vrij en bevoegd tot het genot
van de burgerlijke rechten. Persoonlijke dienstbaarheden, van welke
aard of onder welke benaming ook, worden niet geduld.
 Personenrecht = de regels omtrent de persoon die drager is van burgerlijke
rechten en plichten.
 Familierecht = “de niet op geld waardeerbare rechten en plichten” van
personen.
- Boek 2: rechtspersonen.
- Boek 3: algemeen vermogensrecht.
 Vermogensrecht = betreft “de op geld waardeerbare rechten en plichten” van
personen.
- Boek 4: erfrecht.
- Boek 5: zakelijke rechten.
 Artikel 5:1 BW: Eigendom is het meest omvattende recht dat een persoon op
een zaak kan hebben.
- Boek 6: algemeen verbintenisrecht.