Week 1 & 2 M8
EMBRYOLOGIE HOORCOLLEGE 1
HC 8.1 Embryologie urogenitaal-stelsel
Leerdoelen:
- Beschrijving van de ontwikkeling van het mannelijk en vrouwelijk urinair stelsel
- Beschrijven ontwikkeling mannelijk en vrouwelijk inwendig en uitwendig genitaal
stelsel
- Beschrijven hoe de twee stelsels zich verhouden tijdens de ontwikkeling
- Beschrijven hoe en wanneer enkele aangeboren afwijkingen in deze twee stelsels
kunnen ontstaan
Ontwikkeling van het urinestelsel
Herkomst van het bronweefsel:
- Ectoderm (buitenkant, huid & zintuigen)
- Mesoderm (tussen de twee bladen, spier/cardio en urogenitaal stelsel)
- Endoderm (maag-darmstelsel, longen & luchtwegen)
→ Veel interactie tussen deze bronnen, met name tussen endo- en mesoderm
Intra-embryonaal mesoderm:
- IEM ontstaat over de gehele lengte van de kiemschijf met uitzondering van de bieden
die bekend staan als:
o Stomatopharyngeale membraan (kopzijde)
o Cloacale membraan
Ontwikkeling mesoderm/endoderm:
- Axiaal mesoderm (as van het embryo) = chorda
- Paraxiaal mesoderm
- Intermediair mesoderm
- Laterale/zijplaat mesoderm
- Endodermale kiemblad
Intermediair mesoderm:
- Proliferatie (= sterke groei) van het intermediair mesoderm werpt een plooi op in de
buikholte, de plica urogenitalis
o Komt tot ontwikkeling vanaf dag 26
- Wanneer weefel aan de ventrale zijde samenkomt, dan wordt het endoderm een
buisvormige structuur in het lichaam.
, Week 1 & 2 M8
Endoderm: Cloaca:
- Voordarm
- Middendarm
- Achterdarm
o In het laatste gedeelte zit een verwijding,
gemeenschappelijke uitgang (urine,
ontlasting) → = cloaca
▪ Cloacale membraan = het gedeelte
aan de staartzijde waar geen
ecotderm wordt aangelegd.
o Uitgroei nabij de cloaca = de allantois → bij
navelstreng
Niersystemen:
- Plica urogenitalis is onder te verdelen in:
o Pronefros (= voornier, hoog in embryo) → gaat in regressie
o Mesonefros (= tussennier) → wordt deel gonade, met name van belang bij
mannelijke ontwikkeling
o Metanefros (eindnier, definitieve nier) → wordt nier
Niersystemen:
- In de streng ontwikkelen zich segmentaal blaasjes
- Inhoud van die holtes (mesonefroblaasjes) komt terecht in de ductus mesonefricus =
buis van Wolff
, Week 1 & 2 M8
Mesonefros:
Mesonefrosblaasjes krijgen aansluiting op gemeenschappelijk afvoergang: ductus
mesonephricus = buis van Wolff
Mesonefroblaasjes platten af, ingroei van vaatjes
Vaatjes vormen kluwentjes (= glomerulus)
- Het craniala deel verdwijnt rond het einde van de tweede maand
- Het caudale deel van de buis van Wolff en een aantal nefrogene buisjes blijven
bestaan en gaan bijdragen aan het genitaal stelsel
Metanefros:
- Ontstaat in de vijfde week, lumbaal ter hoogte van het
bekken
- Metanefros heeft zijn eigen verzamelbuis = de ureter
- Metanefros is de definitieve nier
Ureter:
- Buis van wolff groeit tot in de cloaca
- Vanuit de buis van Wolff groeit uitstulping naar lateraal tot in de metanefros =
ureterknop
, Week 1 & 2 M8
De metanefros (definiteve nier) ontstaat uit 2 bronnen:
- Metanefrogeen mesoderm → urine vormende delen
o Glomerulus
o Proximale tubulus
o Lis van Henle
o Distabele tubulus
- Ureterknop → urine afvoerende delen (uitgroei buis van Wolff)
o Ureter
o Nierbekken
o Nierkelken
o Verzamelbuisjes
Ureterknop → groeit in de metanefros en vertakt zich.
Nefronontwikkeling → blaasjes worden uiteindelijk buisjes → sluiten uiteindelijk aan op het
lumen →kapsel ontstaat = kapsel van Bowman
Nefron ontwikkeling
Nefron = kleinste functionele eenheid van de nier
EMBRYOLOGIE HOORCOLLEGE 1
HC 8.1 Embryologie urogenitaal-stelsel
Leerdoelen:
- Beschrijving van de ontwikkeling van het mannelijk en vrouwelijk urinair stelsel
- Beschrijven ontwikkeling mannelijk en vrouwelijk inwendig en uitwendig genitaal
stelsel
- Beschrijven hoe de twee stelsels zich verhouden tijdens de ontwikkeling
- Beschrijven hoe en wanneer enkele aangeboren afwijkingen in deze twee stelsels
kunnen ontstaan
Ontwikkeling van het urinestelsel
Herkomst van het bronweefsel:
- Ectoderm (buitenkant, huid & zintuigen)
- Mesoderm (tussen de twee bladen, spier/cardio en urogenitaal stelsel)
- Endoderm (maag-darmstelsel, longen & luchtwegen)
→ Veel interactie tussen deze bronnen, met name tussen endo- en mesoderm
Intra-embryonaal mesoderm:
- IEM ontstaat over de gehele lengte van de kiemschijf met uitzondering van de bieden
die bekend staan als:
o Stomatopharyngeale membraan (kopzijde)
o Cloacale membraan
Ontwikkeling mesoderm/endoderm:
- Axiaal mesoderm (as van het embryo) = chorda
- Paraxiaal mesoderm
- Intermediair mesoderm
- Laterale/zijplaat mesoderm
- Endodermale kiemblad
Intermediair mesoderm:
- Proliferatie (= sterke groei) van het intermediair mesoderm werpt een plooi op in de
buikholte, de plica urogenitalis
o Komt tot ontwikkeling vanaf dag 26
- Wanneer weefel aan de ventrale zijde samenkomt, dan wordt het endoderm een
buisvormige structuur in het lichaam.
, Week 1 & 2 M8
Endoderm: Cloaca:
- Voordarm
- Middendarm
- Achterdarm
o In het laatste gedeelte zit een verwijding,
gemeenschappelijke uitgang (urine,
ontlasting) → = cloaca
▪ Cloacale membraan = het gedeelte
aan de staartzijde waar geen
ecotderm wordt aangelegd.
o Uitgroei nabij de cloaca = de allantois → bij
navelstreng
Niersystemen:
- Plica urogenitalis is onder te verdelen in:
o Pronefros (= voornier, hoog in embryo) → gaat in regressie
o Mesonefros (= tussennier) → wordt deel gonade, met name van belang bij
mannelijke ontwikkeling
o Metanefros (eindnier, definitieve nier) → wordt nier
Niersystemen:
- In de streng ontwikkelen zich segmentaal blaasjes
- Inhoud van die holtes (mesonefroblaasjes) komt terecht in de ductus mesonefricus =
buis van Wolff
, Week 1 & 2 M8
Mesonefros:
Mesonefrosblaasjes krijgen aansluiting op gemeenschappelijk afvoergang: ductus
mesonephricus = buis van Wolff
Mesonefroblaasjes platten af, ingroei van vaatjes
Vaatjes vormen kluwentjes (= glomerulus)
- Het craniala deel verdwijnt rond het einde van de tweede maand
- Het caudale deel van de buis van Wolff en een aantal nefrogene buisjes blijven
bestaan en gaan bijdragen aan het genitaal stelsel
Metanefros:
- Ontstaat in de vijfde week, lumbaal ter hoogte van het
bekken
- Metanefros heeft zijn eigen verzamelbuis = de ureter
- Metanefros is de definitieve nier
Ureter:
- Buis van wolff groeit tot in de cloaca
- Vanuit de buis van Wolff groeit uitstulping naar lateraal tot in de metanefros =
ureterknop
, Week 1 & 2 M8
De metanefros (definiteve nier) ontstaat uit 2 bronnen:
- Metanefrogeen mesoderm → urine vormende delen
o Glomerulus
o Proximale tubulus
o Lis van Henle
o Distabele tubulus
- Ureterknop → urine afvoerende delen (uitgroei buis van Wolff)
o Ureter
o Nierbekken
o Nierkelken
o Verzamelbuisjes
Ureterknop → groeit in de metanefros en vertakt zich.
Nefronontwikkeling → blaasjes worden uiteindelijk buisjes → sluiten uiteindelijk aan op het
lumen →kapsel ontstaat = kapsel van Bowman
Nefron ontwikkeling
Nefron = kleinste functionele eenheid van de nier