Samenvatting Financiën P8
PowerPoint Week 1
Onderwerp = Managementinformatie (H11, H12, H13)
Managementinformatie = ‘’Informatie die inzicht geeft in de ontwikkeling en prestaties van
processen, mensen, middelen, kapitaal en kennis om de organisatie te beheersen, bij te sturen en
te ontwikkelen’’.
Randvoorwaarden : Betrouwbaar, relevant, tijdig, specifiek, beschikbaar, meetbaar en
vergelijkbaar.
Nettowerkkapitaal (Net Working Capital) : Het deel van de vlottende activa (Current Assets) dat
met lang vermogen (Long Term Liabilities) is gefinancierd. Netto werkkapitaal is nodig om aan de
kortlopende verplichtingen te kunnen voldoen.
- Netto werkkapitaal = Vlottende activa – Kort vreemd vermogen
Integrale kostprijs (Absorption Costing) : alle kosten worden als product kosten gezien. Kan pas
achteraf! dus wordt gerekend met de normale bezetting (Gem. benutting capaciteit op lange
termijn). Ook wel de kosten per eenheid (kostprijs). Totale kosten / Productieomvang.
- Integrale kostprijs = ( Totale vaste kosten / Normale bezetting ) +
( Totale variabele kosten bij de begrote bezetting / begrote bezetting )
Direct costing (DC- methode): Kostencalculatie waarbij de variabele kosten aan de producten
worden toegerekend. Vaste kosten worden gezien als capaciteitskosten die aan een periode
gekoppeld worden waarin de capaciteit beschikbaar is. Onderscheid geen bezettingsresultaat.
Variabele kosten - > Productkosten Vaste kosten - > Periode kosten
- Bedrijfsresultaat = Omzet - Variabele kosten - Vaste kosten
- Variabele kosten per product (DC kostprijs) =
Afzet x ( Totale variabele kosten / Werkelijke productie )
Kostprijzen – Geven inzicht in bepalingen van verkoopprijzen, offerte calculaties, bepaling van de
winstgevendheid etc.
,Samenvatting JR Samenvatting:
Samenvatting Financiën P8
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
AC Methode Resultatenrekening: (berekenen winst)
+ Omzet = Afzet x Verkoopprijs
- Totale kosten verkoop = Afzet x Integrale kostprijs (AC kostprijs) -->
( Totale vaste kosten / Normale bezetting )
+
( Totale variabele kosten bij de begrote bezetting / begrote bezetting)
= Verkoop / transactie resultaat
+ Bezettingsresultaat = ( Verwachte bezetting – Normale bezetting ) x
( Vaste kosten / Normale bezetting ) --> ( is tarief vaste kosten )
= Winst
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
DC Methode Resultatenrekening: (berekenen winst)
+ Omzet = Afzet x Verkoopprijs
- Variabel kosten verkopen = Afzet x Variabele kosten per product (DC kostprijs) -->
Afzet x ( Totale variabele kosten / Werkelijke productie )
= Dekkingsbijdrage
- Vaste kosten
= Winst
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
- Verschil winst AC en DC = Voorraadmutatie x ( Constante kosten / Normale productie )
Winstverschil komt door voorraadmutatie. Voorraad bestaat uit nog niet verkochte producten.
Kostprijs DC = V / W
Kostprijs AC = V / W + C / N
Kostprijs per product is bij AC methode C / N hoger dan bij DC methode.
Voorraadtoename = Wordt winst AC methode groter dan Winst DC methode.
Voorraadafname = Wordt winst AC methode kleiner dan Winst DC methode.
Deel van de vaste kosten komt niet ten laste van de periode waarin de productie ervan plaatsvond.
Dit wordt (via voorraadtoename) ten laste gebracht van de winst van de periode waarin de
daadwerkelijke verkoop plaatsvindt.
,Samenvatting JR Samenvatting:
Samenvatting Financiën P8
- AC begrippen:
Transactieresultaat = Welk resultaat is er behaald met de verkoop. Dus winst per product x afzet.
Bezettingsresultaat = Correctie op het transactie resultaat omdat werkelijke (begrote productie)
afwijkt van de normale productie.
Werkelijke bezetting > Normale bezetting → Overbezettingswinst
Werkelijke bezetting < Normale bezetting → Onderbezettingsverlies
Winst / Totaal bedrijfs resultaat = Het transactieresultaat + het bezettingsresultaat
- DC begrippen:
Kostprijs omzet = Enkel de variabele kosten van de omzet, dus geen constante kosten in berekend.
Dekkingsbijdrage = Dekt de vaste kosten, met marge. Dit kan ook per product (Totaal / afzet).
Vaste / Constante kosten = Volledig als periodieke kosten.
, Samenvatting JR Samenvatting:
Samenvatting Financiën P8
PowerPoint Week 2
Onderwerp = Budget
Budget = De kwantitatieve uitdrukking van een bepaalde activiteit voor een komende periode.
Hierbij is meestal sprake van een taakstellend karakter.
- Budget is voor periodes tot 1 jaar. - Voor periodes langer dan 1 jaar is er de begroting.
- Budget kan ook alleen betrekking hebben op opbrengsten of alleen op kosten
- Budget kan ook gaan over inkomsten en uitgaven (i.p.v. opbrengsten en kosten)
Functies van budget:
- Planning - Communicatie en coördinatie
- Taakstelling : Bv. Assemblagekosten op €4 houden.
- Autorisatie : Bv. Manager is bevoegd om kosten op dit niveau te maken.
- Evaluatie : In hoeverre komt de realisatie overeen met de planning.
Feedback & Feedforward :
Budgetten zijn vaak financieel van aard. Deze financiële indicatoren zijn altijd:
- Lagging indicators : Ze lopen achter de feiten aan.
- Leading indicators : toekomstgerichte indicatoren:
Balanced Scorecard: Heeft 4 perspectieven :
- Financieel - Klant
- Interne processen - Innovatie en leervermogen
Is een soort informatie systeem met gegevens over de betreffende
onderwerpen. Daarop is af te lezen wat wel en niet goed gaat. Zo
kunnen er maatregelen genomen worden.
Budgetten kunnen voor verschillende posten worden gebruikt: opbrengsten, kosten liquiditeit etc.
Masterbudget = De verzameling van alle kleinere budgetten voor een organisatie. Dit resulteert in
een geschatte balans en resultatenrekening per einde van de budgetperiode.