COURSE 1 HOORCOLLEGE
LES 0; WORKSHOP
De woning moet natuurlijk sterk en stijf genoeg zijn maar als er geen samenhang is tussen de
afzonderlijke delen kan de woning nog als een kaartenhuis in elkaar storten. De constructie moet dus
ook stabiel zijn. Schrijven, schoren en momentvaste knopen kunnen zorgen voor stabiliteit.
LES 1; BOUWMETHODES EN MCA
Leerdoelen
- De student kent de eigenschappen van de verschillende bouwmethoden en kan op basis van
verschillende criteria een onderbouwde keuze maken voor het toepassen van een bouwmethode
voor een eenvoudig gebouw in een bepaalde situatie.
- De student kan met behulp van ontwerpregels een eenvoudig gebouw dimensioneren en
schematiseren. Van dit belastingschema kan hij de bijbehorende D- en M-lijn tekenen.
- De student kan de belastingen bepalen van een gebouw(deel en een gewichtsberekening maken
voor de fundering.
Tijdens een bezoek aan de bouwplaats zie je dat woningen op veel verschillende manieren gebouwd
worden. Traditioneel gemetseld, kalkzandsteen elementen, staalbouw, prefab beton, HSB bouw, in
het werk gestort beton en nog meer methoden.
Er zijn 3 soort bouwmethodes.
1. Massieve structuren: rondom dragende wanden, draagstructuur legt plattegrond in twee
richtingen vast (woningbouw);
2. Schrijvenstructuren: aan één zijde dragende wanden, draagstructuur legt plattegrond in één
richting vast (flatgebouwen);
3. Kolomstructuur: alleen dragende kolommen (en evt. gevels), draagstructuur laat plattegrond in
twee richtingen vrij (kantoor/schoolgebouwen)
Materiaaleigenschappen:
- Beton:
- Kan goed druksterkte opnemen
- Kan niet zo goed treksterkte opnemen
- Elasticiteitsmodulus
- Duurzaamheid
- vochtgevoeligheid
- Staal:
- zeer hoge trek- en druksterkte
- Hout:
- Loofhout (hardhout): hogere druk- en treksterkte, grote duurzaamheid, kan onbehandeld
toegepast worden
- Lagere trek- en druksterkte ten opzichte van staal en beton, dus hogere constructiehoogten
- Flexibel
- Relatief laag gewicht
- Gevoelig voor vocht
- Steen:
- Kan goed druksterkte opnemen
- Kan niet zo goed treksterke opnemen
, - Weerstand tegen mechanische beschadiging
- Zeer gering onderhoud
- Flexibiliteit, ook na de bouw, waardoor veranderingen met kleine ingrepen mogelijk zijn
MCA: multi-criteria analyse
Keuzeaspecten: wat speelt mee in de keuze voor een bouwmethode?
Weging per aspect: hoe belangrijk vindt je dit aspect?
Score per aspect per bouwmethode: hoe goed scoort de bouwmethode op een bepaald aspect?
Bouwmethode 1 Bouwmethode Bouwmethode Enz.
2 3
Weging Score Score Score
Aspect 1 3 6
Aspect 2 2 8
Aspect 3 4 7
Aspect 4 2 10
Aspect 5 5 5
Enz.
totaalscore 107
Keuzeaspecten:
Voorbereidingstijd: tijd voor je kunt gaan bouwen.
- Korte voorbereidingstijd: stapelbouw
- Lange voorbereidingstijd: prefabricatie, gietbouw en skeletbouw
Bouwtijd:
- Korte bouwtijd: prefabricatie (3 maanden±), gietbouw en skeletbouw
- Lange bouwtijd: stapelbouw (metselen)
- Beton in werk gestort rekening houden met uitharden van beton
Inzet materieel:
- Materiaal verbruik je
- Materieel gebruik je vaker
- Eenvoudige hulpmiddelen: stapelbouw
- Complexe hulpmiddelen: gietbouw, skeletbouw en prefabricatie
Arbeidsomstandigheden
- Veel arbeid: stapelbouw
- Weinig arbeid: gietbouw, skeletbouw en prefabricatie
Bereikbaarheid
Flexibiliteit casco / aanpasbaarheid
- Flexibel tijdens uitvoering: stapelbouw
- Flexibel in gebruik: stapelbouw en skeletbouw
- Prefabricatie is helemaal niet flexibel, alle elementen komen uit de fabriek en zijn al klaar
Installaties
- Breedplaatvloer: dunne schil beton (5cm) installaties in de vloer beton erover
- Kanaalplaatvloeren
- Prefabricatie staat vast
Vorm van het gebouw
LES 2; SCHEMATISEREN EN ONTWERPREGELS
Leerdoelen
LES 0; WORKSHOP
De woning moet natuurlijk sterk en stijf genoeg zijn maar als er geen samenhang is tussen de
afzonderlijke delen kan de woning nog als een kaartenhuis in elkaar storten. De constructie moet dus
ook stabiel zijn. Schrijven, schoren en momentvaste knopen kunnen zorgen voor stabiliteit.
LES 1; BOUWMETHODES EN MCA
Leerdoelen
- De student kent de eigenschappen van de verschillende bouwmethoden en kan op basis van
verschillende criteria een onderbouwde keuze maken voor het toepassen van een bouwmethode
voor een eenvoudig gebouw in een bepaalde situatie.
- De student kan met behulp van ontwerpregels een eenvoudig gebouw dimensioneren en
schematiseren. Van dit belastingschema kan hij de bijbehorende D- en M-lijn tekenen.
- De student kan de belastingen bepalen van een gebouw(deel en een gewichtsberekening maken
voor de fundering.
Tijdens een bezoek aan de bouwplaats zie je dat woningen op veel verschillende manieren gebouwd
worden. Traditioneel gemetseld, kalkzandsteen elementen, staalbouw, prefab beton, HSB bouw, in
het werk gestort beton en nog meer methoden.
Er zijn 3 soort bouwmethodes.
1. Massieve structuren: rondom dragende wanden, draagstructuur legt plattegrond in twee
richtingen vast (woningbouw);
2. Schrijvenstructuren: aan één zijde dragende wanden, draagstructuur legt plattegrond in één
richting vast (flatgebouwen);
3. Kolomstructuur: alleen dragende kolommen (en evt. gevels), draagstructuur laat plattegrond in
twee richtingen vrij (kantoor/schoolgebouwen)
Materiaaleigenschappen:
- Beton:
- Kan goed druksterkte opnemen
- Kan niet zo goed treksterkte opnemen
- Elasticiteitsmodulus
- Duurzaamheid
- vochtgevoeligheid
- Staal:
- zeer hoge trek- en druksterkte
- Hout:
- Loofhout (hardhout): hogere druk- en treksterkte, grote duurzaamheid, kan onbehandeld
toegepast worden
- Lagere trek- en druksterkte ten opzichte van staal en beton, dus hogere constructiehoogten
- Flexibel
- Relatief laag gewicht
- Gevoelig voor vocht
- Steen:
- Kan goed druksterkte opnemen
- Kan niet zo goed treksterke opnemen
, - Weerstand tegen mechanische beschadiging
- Zeer gering onderhoud
- Flexibiliteit, ook na de bouw, waardoor veranderingen met kleine ingrepen mogelijk zijn
MCA: multi-criteria analyse
Keuzeaspecten: wat speelt mee in de keuze voor een bouwmethode?
Weging per aspect: hoe belangrijk vindt je dit aspect?
Score per aspect per bouwmethode: hoe goed scoort de bouwmethode op een bepaald aspect?
Bouwmethode 1 Bouwmethode Bouwmethode Enz.
2 3
Weging Score Score Score
Aspect 1 3 6
Aspect 2 2 8
Aspect 3 4 7
Aspect 4 2 10
Aspect 5 5 5
Enz.
totaalscore 107
Keuzeaspecten:
Voorbereidingstijd: tijd voor je kunt gaan bouwen.
- Korte voorbereidingstijd: stapelbouw
- Lange voorbereidingstijd: prefabricatie, gietbouw en skeletbouw
Bouwtijd:
- Korte bouwtijd: prefabricatie (3 maanden±), gietbouw en skeletbouw
- Lange bouwtijd: stapelbouw (metselen)
- Beton in werk gestort rekening houden met uitharden van beton
Inzet materieel:
- Materiaal verbruik je
- Materieel gebruik je vaker
- Eenvoudige hulpmiddelen: stapelbouw
- Complexe hulpmiddelen: gietbouw, skeletbouw en prefabricatie
Arbeidsomstandigheden
- Veel arbeid: stapelbouw
- Weinig arbeid: gietbouw, skeletbouw en prefabricatie
Bereikbaarheid
Flexibiliteit casco / aanpasbaarheid
- Flexibel tijdens uitvoering: stapelbouw
- Flexibel in gebruik: stapelbouw en skeletbouw
- Prefabricatie is helemaal niet flexibel, alle elementen komen uit de fabriek en zijn al klaar
Installaties
- Breedplaatvloer: dunne schil beton (5cm) installaties in de vloer beton erover
- Kanaalplaatvloeren
- Prefabricatie staat vast
Vorm van het gebouw
LES 2; SCHEMATISEREN EN ONTWERPREGELS
Leerdoelen