Klinische Neurologie
Hoofdstuk 24 Multiple sclerose en aanverwante aandoeningen
24.1 MS is een ziekte waarbij myeline en axonen in het centrale zenuwstelsel zijn aangetast
MS is een ziekte van het CZS. Op verschillende plaatsen is verlies van myeline waardoor de
zenuwgeleiding blokkeert. Bij het ontstaan van een demyelinisatiehaard is er gedurende enkele
weken een gestoorde bloed-hersenbarrière. Via de geopende bloed-hersenbarrière kunnen
lymfocyten en macrofagen binnendringen, zei zorgen voor verlies myeline. Na weken treedt vaak re-
myelinisatie op maar op lange termijn ontstaan er sclerotische plaque.
Er is weinig correlatie tussen afwijkingen op MRI en de mate van neurologische uitval. Bij MS is er
een onomkeerbaar verlies van axonen. Demyelininsatie en axonale beschadiging veroorzaken
uitvalsverschijnselen, ook is de zenuw gevoeliger voor mechanische prikkeling en treedt er een
doorgeleiding van elektrische activiteit tussen zenuwvezels op. Er ontstaan prikkelverschijnselen
(paresthesieën, neuralgische klachten en myokymieën.
24.2 Er zijn verschillende klinische verschijnselen die min of meer karakteristiek zijn voor MS
De voorkomende demyelinisatie haarden kunnen in het gehele CZS voorkomen; zeer variabele
verschijnselen. Sommige zijn karakteristiek (zeker bij jongvolwassenen)
Visusstoornissen: Bij ¼ begint het met een neuritis optica/retrobulbaris. Een uren/dagen
durende visusdaling die pijnlijk is. Prognose van herstel is gunstig. Maar 50% van hen krijgt
MS later.
Sensibele verschijnselen: Vaak eerste symptoom. Zijn zeer variabel, patiënt zoekt meestal
geen hulp. Verschillen in uitbreiding, intensiteit en kwaliteit. Indien deze verschijnselen
optreden, breiden ze zich in uren/dagen uit. Gnostisch is erger gestoord dan de vitale
sensibiliteit. Complete analgesie treedt nooit op bij MS
Motorische verschijnselen: Piramide baan verschijnselen in de benen. Trage snelheid lopen,
vaak vallen, snelle vermoeidheid. Hinkelen is lastig. Een vroeg verschijnsel hier van is het
ontbreken van buikhuisreflexen
Hersenstamverschijnselen: vaak dubbelzien, specifiek voor MS: nucleaire oftalmoplegie.
Sensibele stoornissen gelaat, trigiminusneuralgie, aangezichtsparese en
duizeligheidsaanvallen. Ook ontremde emoties kunnen voorkomen.
Cerebellaire verschijnselen: vooral in chronisch stadium bestaand uit: onzekere gang, ataxie,
dysartrie geconjugeerde nystagmus
Mictiestoornissen: Door ontremde detrusoractiviteit is het lastig om urine op te houden.
Uitplassen is maar soms lastig. Soms sprake van beide.
Stoornissen van de seksuele functie: Vooral in latere fase, bestaand uit abnormaal wisselend
in moeheid. Geen oorzaak bekend
Psychische en cognitieve verschijnselen: stemmingsstoornissen, depressies en mildere
verschijnselen.
24.3 Het beloop van MS is zeer variabel
Eerste verschijnselen beginnen meestal tussen met 20e en 40e levensjaar. Vrouwen 2:1 mannen.
Vrouwen ook meestal eerder dan mannen. Symptomen ontstaan meestal binnen enkele uren en bij
Hoofdstuk 24 Multiple sclerose en aanverwante aandoeningen
24.1 MS is een ziekte waarbij myeline en axonen in het centrale zenuwstelsel zijn aangetast
MS is een ziekte van het CZS. Op verschillende plaatsen is verlies van myeline waardoor de
zenuwgeleiding blokkeert. Bij het ontstaan van een demyelinisatiehaard is er gedurende enkele
weken een gestoorde bloed-hersenbarrière. Via de geopende bloed-hersenbarrière kunnen
lymfocyten en macrofagen binnendringen, zei zorgen voor verlies myeline. Na weken treedt vaak re-
myelinisatie op maar op lange termijn ontstaan er sclerotische plaque.
Er is weinig correlatie tussen afwijkingen op MRI en de mate van neurologische uitval. Bij MS is er
een onomkeerbaar verlies van axonen. Demyelininsatie en axonale beschadiging veroorzaken
uitvalsverschijnselen, ook is de zenuw gevoeliger voor mechanische prikkeling en treedt er een
doorgeleiding van elektrische activiteit tussen zenuwvezels op. Er ontstaan prikkelverschijnselen
(paresthesieën, neuralgische klachten en myokymieën.
24.2 Er zijn verschillende klinische verschijnselen die min of meer karakteristiek zijn voor MS
De voorkomende demyelinisatie haarden kunnen in het gehele CZS voorkomen; zeer variabele
verschijnselen. Sommige zijn karakteristiek (zeker bij jongvolwassenen)
Visusstoornissen: Bij ¼ begint het met een neuritis optica/retrobulbaris. Een uren/dagen
durende visusdaling die pijnlijk is. Prognose van herstel is gunstig. Maar 50% van hen krijgt
MS later.
Sensibele verschijnselen: Vaak eerste symptoom. Zijn zeer variabel, patiënt zoekt meestal
geen hulp. Verschillen in uitbreiding, intensiteit en kwaliteit. Indien deze verschijnselen
optreden, breiden ze zich in uren/dagen uit. Gnostisch is erger gestoord dan de vitale
sensibiliteit. Complete analgesie treedt nooit op bij MS
Motorische verschijnselen: Piramide baan verschijnselen in de benen. Trage snelheid lopen,
vaak vallen, snelle vermoeidheid. Hinkelen is lastig. Een vroeg verschijnsel hier van is het
ontbreken van buikhuisreflexen
Hersenstamverschijnselen: vaak dubbelzien, specifiek voor MS: nucleaire oftalmoplegie.
Sensibele stoornissen gelaat, trigiminusneuralgie, aangezichtsparese en
duizeligheidsaanvallen. Ook ontremde emoties kunnen voorkomen.
Cerebellaire verschijnselen: vooral in chronisch stadium bestaand uit: onzekere gang, ataxie,
dysartrie geconjugeerde nystagmus
Mictiestoornissen: Door ontremde detrusoractiviteit is het lastig om urine op te houden.
Uitplassen is maar soms lastig. Soms sprake van beide.
Stoornissen van de seksuele functie: Vooral in latere fase, bestaand uit abnormaal wisselend
in moeheid. Geen oorzaak bekend
Psychische en cognitieve verschijnselen: stemmingsstoornissen, depressies en mildere
verschijnselen.
24.3 Het beloop van MS is zeer variabel
Eerste verschijnselen beginnen meestal tussen met 20e en 40e levensjaar. Vrouwen 2:1 mannen.
Vrouwen ook meestal eerder dan mannen. Symptomen ontstaan meestal binnen enkele uren en bij