Spleetlamponderzoek:
● Maak de kin- en hoofdsteun schoon met een alcoholdoekje en was je handen.
● Vertel de patiënt wat je gaat doen: ‘’Ik ga u oog onderzoeken met behulp van
dit apparaat’’.
● Zet de spleetlamp aan
1. Scherpstellen: vergroting: 16x, hoek: 0° en lichtintensiteit: laag of uit.
● Plaats het scherpstel stokje (of neusbrug wanneer de bundel niet meer
beweegt) in de daarvoor bedoelde opening.
● Zet de spleetlamp vast
● Draai de oculairen geheel uit richting de plus (naar links draaien)
● Draai oog voor oog de oculair langzaam in tot het beeld scherp is (naar
rechts draaien)
● Stel de PD in
● Controleer de scherpstelling met behulp van een optic section op het
oog.
2. Algemeen overzicht structuren:
● Diffuus: vergroting: 6x tot 10x (soms 16x), hoek: 30°- 45°, lichtbundel
wijd open en diffuus filter ervoor.
Volgorde van observatie:
■ Patiënt kijkt recht vooruit
■ Patiënt sluit de ogen
■ Patiënt kijkt naar rechts
■ Patiënt kijkt naar links
■ Patiënt kijkt naar boven (trek de onderste ooglid naar beneden)
■ Patiënt kijkt naar beneden (trek de bovenste ooglid naar
beneden)
● Traanmeniscus: 0.2 mm bolletje, 16x, 0° en lamp ervoor.
Plaats het bolletje inferior (bij de glimmende waterige laag)
● Voorbeeld notatie ODS:
■ gb Oogleden gb
■ gb Conjunctiva gb
■ 0.1 Traanmeniscus 0.1
3. Cornea (traanfilm en kamerhoek):
● Sclerotic scatter: vergroting: 6-10x (hele ring in beeld) hoek: 30°- 45°
en bundelbreedte: 2-3 mm.
Plaatsing op de limbus nasaal/temporaal
● Specular reflection: vergroting: 16x, 25x en 40x, hoek: 30°- 45° en
bundelbreedte: 2-3 mm.
Ga dichtbij de reflectiepunt staan
1
● Maak de kin- en hoofdsteun schoon met een alcoholdoekje en was je handen.
● Vertel de patiënt wat je gaat doen: ‘’Ik ga u oog onderzoeken met behulp van
dit apparaat’’.
● Zet de spleetlamp aan
1. Scherpstellen: vergroting: 16x, hoek: 0° en lichtintensiteit: laag of uit.
● Plaats het scherpstel stokje (of neusbrug wanneer de bundel niet meer
beweegt) in de daarvoor bedoelde opening.
● Zet de spleetlamp vast
● Draai de oculairen geheel uit richting de plus (naar links draaien)
● Draai oog voor oog de oculair langzaam in tot het beeld scherp is (naar
rechts draaien)
● Stel de PD in
● Controleer de scherpstelling met behulp van een optic section op het
oog.
2. Algemeen overzicht structuren:
● Diffuus: vergroting: 6x tot 10x (soms 16x), hoek: 30°- 45°, lichtbundel
wijd open en diffuus filter ervoor.
Volgorde van observatie:
■ Patiënt kijkt recht vooruit
■ Patiënt sluit de ogen
■ Patiënt kijkt naar rechts
■ Patiënt kijkt naar links
■ Patiënt kijkt naar boven (trek de onderste ooglid naar beneden)
■ Patiënt kijkt naar beneden (trek de bovenste ooglid naar
beneden)
● Traanmeniscus: 0.2 mm bolletje, 16x, 0° en lamp ervoor.
Plaats het bolletje inferior (bij de glimmende waterige laag)
● Voorbeeld notatie ODS:
■ gb Oogleden gb
■ gb Conjunctiva gb
■ 0.1 Traanmeniscus 0.1
3. Cornea (traanfilm en kamerhoek):
● Sclerotic scatter: vergroting: 6-10x (hele ring in beeld) hoek: 30°- 45°
en bundelbreedte: 2-3 mm.
Plaatsing op de limbus nasaal/temporaal
● Specular reflection: vergroting: 16x, 25x en 40x, hoek: 30°- 45° en
bundelbreedte: 2-3 mm.
Ga dichtbij de reflectiepunt staan
1
