Statistiek HC1
Methodenleer : populatie -> steekproef (steekproeftrekking)
Statistiek : steekproef -> populatie (generalisatie)
Het meetniveau geeft aan hoe de variabele is gemeten (H1)
- Kwalitatief
o Nominaal -> bijvoorbeeld geslacht of nationaliteit
Geen ordening
o Ordinaal -> bijvoorbeeld opleidingsniveau of hoeveelheid pijn
Volgorde / ordening in de uitkomsten
- Kwantitatief
o Interval -> bijvoorbeeld temperatuur of IQ
Verschillen tussen 2 waardes / verschillen staan vast
o Ratio -> bijvoorbeeld leeftijd
Variabele heeft een nulpunt / hoeveel keer zo veel
Beschrijvende statistieken (H3)
- Doel
Samenvatten van bepaalde eigenschappen van steekproef in ‘handige’ waarden
- Centrummaten
o Modus -> waarneming met hoogste frequentie
o Mediaan -> middelste waarde
o Gemiddelde (x met een streep erboven) (ẍ)
- Spreidingsmaat
Standaarddeviatie / standaardafwijking in de steekproef
- Te gebruiken centrummaten per meetniveau
Niveau Modus Mediaan Gemiddelde
Nominaal X
Ordinaal X X
Interval X X X
Ratio X X X
Nominaal heeft geen mediaan want de categorieën zijn niet in een bepaalde
volgorde te plaatsen. Daarom heeft ordinaal wel een mediaan.
Even categorieën bij ordinaal -> 2 getallen in het midden -> verschillende getallen
-> mediaan bestaat niet
Oneven categorieën bij ordinaal -> 1 getal in het midden -> altijd mediaan
- De kansverdeling in de steekproef van een variabele X geeft aan wat de kans is
op elke uitkomst van X in de steekproef
De kansverdeling in de populatie van een variabele X geeft aan wat de kans is op
elke uitkomst van X in de populatie
Methodenleer : populatie -> steekproef (steekproeftrekking)
Statistiek : steekproef -> populatie (generalisatie)
Het meetniveau geeft aan hoe de variabele is gemeten (H1)
- Kwalitatief
o Nominaal -> bijvoorbeeld geslacht of nationaliteit
Geen ordening
o Ordinaal -> bijvoorbeeld opleidingsniveau of hoeveelheid pijn
Volgorde / ordening in de uitkomsten
- Kwantitatief
o Interval -> bijvoorbeeld temperatuur of IQ
Verschillen tussen 2 waardes / verschillen staan vast
o Ratio -> bijvoorbeeld leeftijd
Variabele heeft een nulpunt / hoeveel keer zo veel
Beschrijvende statistieken (H3)
- Doel
Samenvatten van bepaalde eigenschappen van steekproef in ‘handige’ waarden
- Centrummaten
o Modus -> waarneming met hoogste frequentie
o Mediaan -> middelste waarde
o Gemiddelde (x met een streep erboven) (ẍ)
- Spreidingsmaat
Standaarddeviatie / standaardafwijking in de steekproef
- Te gebruiken centrummaten per meetniveau
Niveau Modus Mediaan Gemiddelde
Nominaal X
Ordinaal X X
Interval X X X
Ratio X X X
Nominaal heeft geen mediaan want de categorieën zijn niet in een bepaalde
volgorde te plaatsen. Daarom heeft ordinaal wel een mediaan.
Even categorieën bij ordinaal -> 2 getallen in het midden -> verschillende getallen
-> mediaan bestaat niet
Oneven categorieën bij ordinaal -> 1 getal in het midden -> altijd mediaan
- De kansverdeling in de steekproef van een variabele X geeft aan wat de kans is
op elke uitkomst van X in de steekproef
De kansverdeling in de populatie van een variabele X geeft aan wat de kans is op
elke uitkomst van X in de populatie