Case: In the flesh: LIVE (case 6)
Thema: Live-circuit en financieel overzicht
Auteur: Harm Timmerman
Case beantwoordt door: Raymond Douwes
1. Presenteer een lijst van de belangrijkste podia in Nederland; classificeer deze podia (dus wat zijn
kernpodia, etc.).
Volgens Fictoor & Kroeske (2007) worden de podia in vier verschillende categorieën ingedeeld. De
categorieën zijn op de volgende manier ingedeeld (Fictoor & Kroeske, 2007, p. 126):
Categorie 1 (Fictoor & Kroeske, 2007, p. 126)
♫ Gesubsidieerde podia die vanwege de subsidie veel Nederlandse artiesten moeten
programmeren
♫ Commerciële podia die veel Nederlandse artiesten programmeren
♫ Commerciële podia die overwegend buitenlandse artiesten programmeren.
Categorie 2 (Fictoor & Kroeske, 2007, p. 126)
♫ Podia die breed programmeren
♫ Podia die een specifiek genre programmeren
Categorie 3 (Fictoor & Kroeske, 2007, p. 126)
♫ Turbopodia (grote professioneel gerunde, stedelijke podia met minimaal drie concerten
geprogrammeerd)
♫ A-podia (grote professioneel gerunde, stedelijke podia met landelijke uitstraling)
♫ B-podia (middelgrote tot kleine niet-stedelijke podia, niet- of semiprofessioneel gerund met een
regionale uitstraling en minder frequente programmering)
♫ Kleine podia (overige podia)
Categorie 4 (Fictoor & Kroeske, 2007, p. 126)
♫ Clubcircuit waarbij het programmeren in handen is van een podiumprogrammeur of
podiumcommisie met een team vrijwilligers die concerten organiseert
♫ Stadions en evenementenhallen programmeren bekende artiesten (vooral megasterren)
♫ Schouwburen en concerthallen programmeren vooral Nederlandse artiesten
♫ Discotheken programmeren diverse artiesten, maar het is geen hoofactiviteit
♫ Horecagelegenheden organiseren incidenteel concerten van meestal lokale of regionale
artiesten. Artiesten doen hierbij podiumervaring op.
♫ Festivals
1