Drempel Interventie
Weerstand 1. Herken de weerstand
2. Onderzoek de weerstand
Waardoor wordt het opgeroepen?
Wat is er moeilijk voor de patiënt of situatie?
3. Maak een keuze: wel of niet bespreken
4. Bespreekbaar maken
Benoem wat je signaleert (Ik merk..)
Expliciet vragen wat er aan de hand is
Open vragen stellen, doorvragen
Samenvatten, gevoelsreflectie, parafrases maken
Door samenvatten en gevoelsreflectie voelt de patiënt zich serieus
genomen.
Neemt de weerstand toe dan metacommunicatie; onderbreek het
inhoudelijke gesprek en bespreek het gesignaleerde probleem.
Judo-techniek: meegeven met de weerstand zonder gelijk te geven.
Eigen gedachten en gevoelens moeten aan de kant worden gezet.
Weerstand bij jezelf Vaak is herkenning voldoende. Soms is benoemen nodig om
weerstand los te kunnen laten.
Valkuilen: toegeven aan eigen irritatie, de patiënt afkappen en op het
horloge kijken, weerstand negeren, de ander veroordelen zonder
naar zichzelf te kijken, opmerkingen persoonlijk opvatten.
Grensoverschrijdend 1. Gedrag: Objectieve situatie- of gedragsbeschrijving
2. Gevolg
3. Gevoelens
4. Gewenst gedrag
CD die blijft hangen: als de ik-boodschap niet werkt en iemand de
grenzen op blijft zoeken. Herhaal je antwoord na elke vraag met
lichte variaties tussen je zinnen.
Veeleisende patiënt Laat geen ruimte voor interpretatie. Zorg dat de patiënt weet wat je
wel en niet kan doen. Vraag door naar wat de patiënt wilt weten en
neem de vragen serieus. Concretiseer adviezen en instructies zoveel
mogelijk. Spreek een termijn af. Durf nee te zeggen.
Bij onacceptabel gedrag, bespreek je eigen weerstand met de patiënt.
Conflict? 1. Het probleem expliciet verwoorden
2. Standpunten en belangen naast elkaar zetten
3. Oplossing zoeken aan de hand van ideeën van de ander en
jezelf
Emoties Oogcontact, aanmoedigen, stiltes laten vallen, psychosociale vragen
stellen. Open vragen en doorvragen bij cues.
Gevoelsreflecties (je schrikt natuurlijk), personaliseren (u was
geschrokken), confronteren met emoties om aan te moedigen deze te
bespreken.
Afronden door toedekken:
- Samenvatten gevolg door een agenderende opmerking.
- Hier en nu: door een korte parafrase te maken en te volgen
Weerstand 1. Herken de weerstand
2. Onderzoek de weerstand
Waardoor wordt het opgeroepen?
Wat is er moeilijk voor de patiënt of situatie?
3. Maak een keuze: wel of niet bespreken
4. Bespreekbaar maken
Benoem wat je signaleert (Ik merk..)
Expliciet vragen wat er aan de hand is
Open vragen stellen, doorvragen
Samenvatten, gevoelsreflectie, parafrases maken
Door samenvatten en gevoelsreflectie voelt de patiënt zich serieus
genomen.
Neemt de weerstand toe dan metacommunicatie; onderbreek het
inhoudelijke gesprek en bespreek het gesignaleerde probleem.
Judo-techniek: meegeven met de weerstand zonder gelijk te geven.
Eigen gedachten en gevoelens moeten aan de kant worden gezet.
Weerstand bij jezelf Vaak is herkenning voldoende. Soms is benoemen nodig om
weerstand los te kunnen laten.
Valkuilen: toegeven aan eigen irritatie, de patiënt afkappen en op het
horloge kijken, weerstand negeren, de ander veroordelen zonder
naar zichzelf te kijken, opmerkingen persoonlijk opvatten.
Grensoverschrijdend 1. Gedrag: Objectieve situatie- of gedragsbeschrijving
2. Gevolg
3. Gevoelens
4. Gewenst gedrag
CD die blijft hangen: als de ik-boodschap niet werkt en iemand de
grenzen op blijft zoeken. Herhaal je antwoord na elke vraag met
lichte variaties tussen je zinnen.
Veeleisende patiënt Laat geen ruimte voor interpretatie. Zorg dat de patiënt weet wat je
wel en niet kan doen. Vraag door naar wat de patiënt wilt weten en
neem de vragen serieus. Concretiseer adviezen en instructies zoveel
mogelijk. Spreek een termijn af. Durf nee te zeggen.
Bij onacceptabel gedrag, bespreek je eigen weerstand met de patiënt.
Conflict? 1. Het probleem expliciet verwoorden
2. Standpunten en belangen naast elkaar zetten
3. Oplossing zoeken aan de hand van ideeën van de ander en
jezelf
Emoties Oogcontact, aanmoedigen, stiltes laten vallen, psychosociale vragen
stellen. Open vragen en doorvragen bij cues.
Gevoelsreflecties (je schrikt natuurlijk), personaliseren (u was
geschrokken), confronteren met emoties om aan te moedigen deze te
bespreken.
Afronden door toedekken:
- Samenvatten gevolg door een agenderende opmerking.
- Hier en nu: door een korte parafrase te maken en te volgen