STATISTIEK
STATISTISCHE METHODEN VOOR BEDRIJFSBEHEER
TELPROBLEMEN
Kansen kunnen discreet of continu zijn.
Discreet een eindig aantal mogelijkheden
Continu het aantal mogelijkheden is continu → Normale verdeling (klokfunctie)
CLS = Centrale limietstelling
VARIATIES
!
!
Voorbeeld:
Toernooi met 4 ploegen, elke ploeg speelt tegen elke andere ploeg.
Er zijn 4 elementen waaruit je er 2 kiest en de volgorde is van belang (variatie van 4
elementen 2 aan 2)
4! 4! 1.2.3.4 24
12
4 2! 2! 1.2 2
Stel dat je er 3 moet kiezen uit 20 waar de volgorde van belang is.
20! 1.2.3.4.5.6.7.8.9.10.11.12.13.14.15.16.17.18.19.20
18.19.20 6840
20 3! 1.2.3.4.5.6.7.8.9.10.11.12.13.14.15.16.17
n = gegeven aantal elementen, p = gekozen aantal, de volgorde van keuze is belangrijk.
1. 2. … .
1 → het aantal mogelijkheden
ab ≠ ba (volgorde heeft belang)
1
, STATISTIEK 2012
! 1.2. … . 1.
0! 1
1! 1
2! 1.2 2
3! 1.2.3 6
4! 1.2.3.4 24
, ∈ IN; p ≤ n (anders heeft de formule geen zin)
#! 1 en 0! = 1
! !
!
2 variaties kunnen van elkaar verschillen door:
• De opgenomen elementen
• De volgorde van de elementen
PERMUTATIES
$ !
De rangschikking % het aantal permutaties van n elementen = veranderen van plaats.
Stel dat men 22 elementen heeft, dan wordt % 22!
Een permutatie is een variatie waar je alle elementen neemt. Alle mogelijke
rangschikkingen van de 4 ploegen.
! !
!
! 1
COMBINATIES
!
&
$ ! . !
Ab = ba (volgorde heeft geen belang) (ab ac ad bc bd cd)
4! 1.2.3.4
' 3.2 6
% 4 2! . 2! 1.2.1.2
' (
)
45! 45! 40.41.42.43.44.45 20.41.14.43.11.9
LOTTO
' +* 10.41.14.43.11.3 8.145.060
45 6. 6! 39! .6! 1.2.3.4.5.6 6
kans
012 334235 67181 976158:;01<14
012 272335 334235 976158:;01<14
2
, STATISTIEK 2012
RELATIEVE FREQUENTIE
>
= >
Er zijn 6 ogen op een dobbelsteen
Ω = verzameling omega = alle mogelijke resultaten van de deelverzameling van omega.
Gebeurtenis = het gooien van een even aantal ogen. 2 – 4 – 6 = gebeurtenis. De
gebeurtenis is een deel van het resultaat. Ø = lege verzameling = altijd deel van de
verzameling. Een gebeurtenis wordt gerealiseerd als het resultaat erin zit.
Stochastiek (toevallig) experiment = een experiment waarvan de realisatie aan het toeval
gebonden is. Het resultaat kan niet vooraf bepaald worden.
Voorbeeld: het gooien van een dobbelsteen, kaart trekken uit een spel kaarten, kop of
munt gooien.
Ω = verzameling van alle mogelijke resultaten van een stochastiek experiment.
Voor ons zal, tenzij anders vermeld, Ω steeds eindig zijn.
A ∩ B = {w ∈ Ω | w ∈ A EN w ∈ B}
Doorsnede A ∩ B = elementen die in A en B zitten
A ∩ B = {4}
A U B = {1,2,3,4,5} A U B = {w ∈ Ω | w ∈ A OF w ∈ B}
Unie A U B = elementen die in A of B zitten
A min B A \ B = elementen die in A maar niet in B zitten
A \ B = {1,2,3}
B min A B \ A = elementen die in B maar niet in A zitten
B \ A = {5} A U B ≠ Ø dan zijn A en B uitsluitend
@ = elementen die niet in A zitten
A
@ = {5,6}
A
Complement van A
A = A (complement van het complement is de verzameling)
Voorbeeld: kop op munt gooien.
Gebeurtenissen in Ω. δ bevat steeds Ø en Ω
δ = {Ø,{K},{M},{K,M}}
3