thema 5
Inhoudsopgave:
Het lidwoord...............................................................................................................................2
Het zelfstandig naamwoord........................................................................................................2
De bijvoeglijke bepaling..............................................................................................................4
Het bijvoeglijk naamwoord.........................................................................................................4
Verbuigingsgroep -ος, -η/-α, ον..................................................................................................5
De verbuiging van πολυς (veel) en μεγας (groot).......................................................................5
Verbuigingsgroep -ων, -ουσα, -ον...............................................................................................6
Verbuigingsgroep -ων, -ον..........................................................................................................7
De verbuiging van πας, πασα, παν..............................................................................................7
De vertaling van πας, πασα, παν................................................................................................8
Het persoonlijk voornaamwoord................................................................................................8
De verbuiging van `αυτος, -η, -ο.................................................................................................9
De vertaling van `αυτος, -η, -ο..................................................................................................10
De verbuiging van het aanwijzend voornaamwoord................................................................10
De vertaling van het aanwijzend voornaamwoord...................................................................12
De imperativus en infinitivus:...................................................................................................12
Persoonsuitgangen actief..........................................................................................................12
Vorming van het werkwoord....................................................................................................13
Assimilatie.................................................................................................................................13
Augment bij werkwoorden met een beginklinker of ΄ρ............................................................13
Verba contracta.........................................................................................................................14
Het werkwoord `ειμι (zijn, bestaan).........................................................................................15
De vorming van de sigmatische aoristus stam.........................................................................15
De vorming van de pseudosigmatische aoristus......................................................................15
De verbuiging van het participium praesens actief en het participium aoristus actief............16
De verbuiging van het participium van de (pseudo) sigmatische aoristus...............................17
De vertaling van het participium:.............................................................................................17
Mark Sipma
19/03/2023
,Het lidwoord
Kun je als ‘de’ of ‘het’ vertalen.
Als er geen lidwoord staat vertaal je ‘een’ of laat je het lidwoord weg.
Soms mag je het lidwoord ook als een bijv. nw vertalen.
Het naamwoordelijk deel van het gezegde krijgt meestal geen lidwoord in het Grieks.
Voeg in dit geval het lidwoord in het Nederlands toe.
Het lidwoord congrueert met het zelfstandig naamwoord in naamval, geslacht en getal:
Mannelijk Vrouwelijk Onzijdig
NO ό ή το
M του της του
GEN τῳ τῃ τῳ
DAT τον την το
ACC
οί αί τα
NO των των των
M τοις ταις τοις
GEN τους τας τα
DAT
ACC
Het zelfstandig naamwoord
Het Grieks heeft 3 verbuigingsgroepen:
Verbuigingsgroep 1:
Vrouwelijk Vrouwelijk Mannelijk Mannelijk*
*
NO -η -α -ης ας
M -ης -ας -ου -ου
GEN -ῃ -ᾳ
DAT -ην -αν
ACC
-αι
NO -ων
M -αις
GEN -ας
DAT
ACC
- *Deze uitgangen worden alleen gebruikt als de stam van het zelfstandig naamwoord
eindigt op -ρ, -ε, -ι.
Mark Sipma
19/03/2023
, - Sommige zelfstandige naamwoorden met nom ev op -α hebben in gen & dat ev de
uitgangen -ης en -ῃ.
Verbuigingsgroep 2:
Mannelijk Onzijdig
NO -ος -ον
M -ου -ου
GEN -ῳ -ῳ
DAT -ον -ον
ACC
-οι -α
NO -ων -ων
M -οις -οις
GEN -ους -α
DAT
ACC
- Er zijn ook enkele vrouwelijke woorden in verbuigingsgroep 2. Deze worden net
zoals de mannelijke woorden vervoegd.
Verbuigingsgroep 3:
Mannelijk / Onzijdig
Vrouwelijk
NO X Χ
M -ος -ος
GEN -ι -ι
DAT -α Χ
ACC
-ες -α
NO -ων -ων
M -σι(ν)* -σι(ν)
GEN -ας -α
DAT
ACC
- Omdat de stam van een zelfstandig naamwoord onregelmatig is, staat naast de nom
ev ook de gen ev in de woordenlijst.
- De dat mv in verbuigingsgroep 3 is onregelmatig:
Slotletter(s) stam Uitgang
Mark Sipma
19/03/2023