Bouwproces: ruimtelijke ordening
Inhoudstafel
1) Planningssystemen
1. Inleiding
2. Oude planfiguren
3. Bedenkingen
2) Van oude naar nieuwe planfiguren
1. Ruimtelijk structuurplan
1. Voorbeeldcase Gent
2. Ruimtelijke uitvoeringsplannen
3. Stedenbouwkundige verordeningen
4. Verkavelen
3) Vergunningenbeleid
1. Codextrein 2017
2. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
1
,1) Planningssystemen
1.1 Inleiding
Crisis is aanzet om iets te veranderen
→ WO I en II
Wet van 1962 heeft zaken die vandaag de dag nog altijd gelden
Bewust ordenen van ruimte: verschillende functies moeten een plaats krijgen
→ Woonwijk vs. industrie
Planningstaak + vergunningen + handhaving
Centrale overheid, provinciaal en gemeentelijk
→ Decentralisatie: meer en meer bevoegdheden doorgeven
Geïntegreerd karakter: ook milieu, natuurbehoud, onroerend erfgoed, …
Voor 1962: geen allesomvattende wetgeving voor ruimtelijke ordening
→ 19de eeuw: koning kon gemeentes toelaten te onteigenen
→ WO I en II: plannen van aanleg voor wederopbouw
29 maart 1962 stedenbouwwet
→ Ruimtelijke ordening vanuit economisch, sociaal en esthetisch oogpunt met het doel
natuurschoon ongeschonden te bewaren
→ Bedoeling om bestemmingsplannen op te bouwen
– Geven aan bepaald gebied bestemming: wonen, recreatie, industrie
– Bedoeling heel het land te verdelen
– Plannen van aanleg = synoniem
→ Vergunning afleveren: bouwen, verkavelen, onteigenen, planschade, straf- en
herstelmaatregelen
– Planschade = eigenaar leidt schade dus krijgt vergoeding
22 december 1970: wijzigingen vooral voor verkavelen
→ Verplichtingen voor notaris
KB van 28 december 1972: inrichting en toepassing van gewestplannen
→ Grondgebied indelen en bestemming geven
→ Plan + voorschriften
Staatshervorming van 1980: wet van 1962 naar gewestelijk niveau
28 juni 1984: minidecreet reparatiedecreten
→ Gewestplannen te rigide → uitzonderingsmaatregelen
→ Problematiek van zonevreemde gebouwen
23 juni 1994: uitzonderingen geschrapt
2
, 1.2 Oude planfiguren
Nationaal plan: geheel plan voor België en dan vervolgens opsplitsen en verder uitwerken
→ Wet 1962: plannen zouden gemaakt worden door Belgische overheid
– Gemeentes kunnen bestemmingsplannen maken: algemeen of bijzonder plan van
aanleg
→ Hiërarchie: steeds verfijning van vorige
→ Nationaal plan nooit opgemaakt
Streekplan: 20 streken
→ Universiteiten moesten onderzoek doen
→ Duurde 14 jaar
→ Info van streekplannen meteen gebruikt voor gewestplannen
Gewestplan: op federaal niveau gemaakt
→ Voor heel het land
→ Bepaalde kleurcodes: uitleg in Koninklijk Besluit
→ Witte vlekken: militaire domeinen
→ Rood = wonen, paars = economie, groen = natuur, geel = landbouw, blauw = openbare
nutsvoorzieningen, oranje = recreatie
→ Moet bij voorkeur verder bepaald worden door gemeentelijke plannen van aanleg
→ Vlaanderen: 25 gewestplannen
– Bestaande toestand, voorschriften, kaarten, …
→ Gewestplannen hebben ook openbare onderzoeken en bezwaren gehad
→ Woonuitbreidingsgebied: alleen aansnijden als woongebied echt vol is
– Afhankelijk van partijen aan de macht werd deze regel streng gevolgd of niet
– Reservegebieden waar aan groepswoningbouw gedaan kan worden
→ N = natuurgebied, R = natuurreservaat, P = parkgebied
→ Woongebied wordt gemengd met handel, ambacht, diensten, …
→ Woongebied met landelijk karakter = lintbebouwing
→ SO = stedelijk ontwikkelingsgebied
Zonevreemd = gebouw met functie dat in verkeerd gebied staat
Algemeen plan van aanleg: hele grondgebied van gemeente
3
Inhoudstafel
1) Planningssystemen
1. Inleiding
2. Oude planfiguren
3. Bedenkingen
2) Van oude naar nieuwe planfiguren
1. Ruimtelijk structuurplan
1. Voorbeeldcase Gent
2. Ruimtelijke uitvoeringsplannen
3. Stedenbouwkundige verordeningen
4. Verkavelen
3) Vergunningenbeleid
1. Codextrein 2017
2. Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening
1
,1) Planningssystemen
1.1 Inleiding
Crisis is aanzet om iets te veranderen
→ WO I en II
Wet van 1962 heeft zaken die vandaag de dag nog altijd gelden
Bewust ordenen van ruimte: verschillende functies moeten een plaats krijgen
→ Woonwijk vs. industrie
Planningstaak + vergunningen + handhaving
Centrale overheid, provinciaal en gemeentelijk
→ Decentralisatie: meer en meer bevoegdheden doorgeven
Geïntegreerd karakter: ook milieu, natuurbehoud, onroerend erfgoed, …
Voor 1962: geen allesomvattende wetgeving voor ruimtelijke ordening
→ 19de eeuw: koning kon gemeentes toelaten te onteigenen
→ WO I en II: plannen van aanleg voor wederopbouw
29 maart 1962 stedenbouwwet
→ Ruimtelijke ordening vanuit economisch, sociaal en esthetisch oogpunt met het doel
natuurschoon ongeschonden te bewaren
→ Bedoeling om bestemmingsplannen op te bouwen
– Geven aan bepaald gebied bestemming: wonen, recreatie, industrie
– Bedoeling heel het land te verdelen
– Plannen van aanleg = synoniem
→ Vergunning afleveren: bouwen, verkavelen, onteigenen, planschade, straf- en
herstelmaatregelen
– Planschade = eigenaar leidt schade dus krijgt vergoeding
22 december 1970: wijzigingen vooral voor verkavelen
→ Verplichtingen voor notaris
KB van 28 december 1972: inrichting en toepassing van gewestplannen
→ Grondgebied indelen en bestemming geven
→ Plan + voorschriften
Staatshervorming van 1980: wet van 1962 naar gewestelijk niveau
28 juni 1984: minidecreet reparatiedecreten
→ Gewestplannen te rigide → uitzonderingsmaatregelen
→ Problematiek van zonevreemde gebouwen
23 juni 1994: uitzonderingen geschrapt
2
, 1.2 Oude planfiguren
Nationaal plan: geheel plan voor België en dan vervolgens opsplitsen en verder uitwerken
→ Wet 1962: plannen zouden gemaakt worden door Belgische overheid
– Gemeentes kunnen bestemmingsplannen maken: algemeen of bijzonder plan van
aanleg
→ Hiërarchie: steeds verfijning van vorige
→ Nationaal plan nooit opgemaakt
Streekplan: 20 streken
→ Universiteiten moesten onderzoek doen
→ Duurde 14 jaar
→ Info van streekplannen meteen gebruikt voor gewestplannen
Gewestplan: op federaal niveau gemaakt
→ Voor heel het land
→ Bepaalde kleurcodes: uitleg in Koninklijk Besluit
→ Witte vlekken: militaire domeinen
→ Rood = wonen, paars = economie, groen = natuur, geel = landbouw, blauw = openbare
nutsvoorzieningen, oranje = recreatie
→ Moet bij voorkeur verder bepaald worden door gemeentelijke plannen van aanleg
→ Vlaanderen: 25 gewestplannen
– Bestaande toestand, voorschriften, kaarten, …
→ Gewestplannen hebben ook openbare onderzoeken en bezwaren gehad
→ Woonuitbreidingsgebied: alleen aansnijden als woongebied echt vol is
– Afhankelijk van partijen aan de macht werd deze regel streng gevolgd of niet
– Reservegebieden waar aan groepswoningbouw gedaan kan worden
→ N = natuurgebied, R = natuurreservaat, P = parkgebied
→ Woongebied wordt gemengd met handel, ambacht, diensten, …
→ Woongebied met landelijk karakter = lintbebouwing
→ SO = stedelijk ontwikkelingsgebied
Zonevreemd = gebouw met functie dat in verkeerd gebied staat
Algemeen plan van aanleg: hele grondgebied van gemeente
3
