1 Visie op het Frans in het basisonderwijs
1.1 Bouwstenen voor communicatie
Het is belangrijk dat de leerlingen een talige grondhouding ontwikkelen.
Open staan voor talen en talige diversiteit MAAR ook bereid zijn een taal zo correct,
verzorgd en gepast mogelijk gebruiken
Doel van vreemde taal leren = communicatie
Voor basisschool correct begrijpen en overbrengen van eenvoudige boodschappen
Bij communicatieve taaldidactiek staan 5 vaardigheden centraal:
- Luisteren
- Spreken
- Mondelinge interactie
- Lezen
- Schrijven
Grammatica en woordenschat staan in functie van deze communicatievaardigheden.
1
Didactiek Frans
,Bij aanvang van het vreemdetaalleren is het cruciaal om deze kenniselementen goed te
verankeren, zodat er een goed fundament is voor de volgende jaren.
Mondelinge vaardigheden = spreken, mondelinge interactie en luisteren
Schriftelijke vaardigheden = schrijven en lezen
Receptieve vaardigheden = lezen en luisteren
Productieve vaardigheden = spreken, schrijven en mondelinge interactie
Talige grondhouding begint bij de derde kleuter. Je voorziet taalinitiatie. Bv pistache en
vanille, coco, flonflon.
1.2 Doelgerichte communicatie
Doelgerichte communicatie = is communicatie in betekenisvolle situaties
Welke situaties zijn betekenisvol?
- De weg vragen en uitleggen
- Iets bestellen op restaurant
- Iets kopen in de winkel
- Zichzelf voorstellen
- Een enquête invullen
- Een boodschappenlijstje maken
- Een uitnodiging schrijven voor een verjaardagsfeest
Betekenisvolle situaties = situaties die in het echte leven voorkomen
- Zinvolle, realistische opdrachten
- Benadert een authentieke situatie
1.3 Een taxonomie voor het vreemdetalenonderwijs?
Vaardigheden verwerven = proces (gaat niet plots)
- Stapsgewijze aanpak
- Oefeningen/ opdrachten aanbieden met stijgende moeilijkheidsgraad
De eerste vraagt minder inzicht dan de andere:
1. Dialoog uit het hoofd opzeggen
2. Dialoog vertalen of dialoog als invuloefening
3. Dialoog zoals op het mondeling examen Frans
4. Onvoorbereide dialoog zonder leidraad
Taxonomie = een term voor ordening, categorisering, classificatie
RTTI-taxonomie staat voor reproductiegericht, toepassingsgericht niveau 1,
toepassingsgericht niveau 2 en inzicht.
2
Didactiek Frans
, 1.4 Belang van strategieën
Vaardigheden verwerven = proces
- Stapsgewijze aanpak
- Strategieën leren inzetten
Strategieën = technieken die ervoor zorgden dat de communicatie niet stilvalt wanneer je
iets niet helemaal begrijpt/ kan verwoorden
Leerlingen doen dat niet automatisch
- Moet expliciet aangeleerd worden
- Stapsgewijze aanpak: driefasenmodel
Sterke sturing
Gedeelde sturing
Losse sturing
1.4.1 Fase 1 sterke sturing: modeling en scaffolding
Modeling:
- Leerkracht doet denkprocessen hardop voor
- Leerkracht licht werkwijze expliciet toe
Bv. ik bekijk de lay-out en vraag me af waar ik dit soort teksten tegenkomt. Ik lees de titel en
voorspel waarover de tekst zou kunnen gaan.
Scaffolding:
- Leerkracht stelt strategische vragen
- Leerling voert de strategieën uit
Bv. lees eens de titel. Wat zie je op de afbeelding? Welke soort tekst is dit volgens jou?
Waarover zou de tekst kunnen gaan?
1.4.2 Fase 2 gedeelde sturing
De leerling past de strategie bewust toe. Vaak met ondersteuning (stappenplan,
handelingswijzer)
Rolwisselend onderwijs:
- Per 2 oefenen
- Ene leerling = leerkracht (met stappenplan), andere leerling voert uit
- Bij grote verschillen: sterke leerling (= hogere leerstatus) bij zwakkere leerling
1.4.3 Fase 3 losse sturing
Leerling past de strategie zelfstandig toe. De leerkracht observeert en geeft aanwijzingen of
koppelt klassikaal terug.
1.5 Doeltaal = voertaal
3
Didactiek Frans