100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Openbaar Bestuur en Bestuurswetenschap

Beoordeling
5,0
(2)
Verkocht
10
Pagina's
21
Geüpload op
11-05-2023
Geschreven in
2021/2022

Samenvatting van alle stof voor het tentamen van OBBW.











Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Geüpload op
11 mei 2023
Aantal pagina's
21
Geschreven in
2021/2022
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

H1
Openbaar bestuur
‘Het geheel van organisaties en activiteiten die primair zijn gericht op de besturing van de
maatschappij’
- Alle organisaties met een publiekrechtelijke grondslag tot het openbaar bestuur -> het bestaan is
wettelijk vastgelegd (gemeente). Geen private organisaties!
- Worden gefinancierd uit algemene middelen (belastingen, premies, overheidssubsidies)
- Richten zich op het algemeen belang (goede zorg, onderwijs). Vaak vastgelegd in een wet

3 logica’s van sturing in de maatschappij:
1. De staat
- Dient het algemeen belang
2. Het middenveld
- Richt zich op doelstellingen die niet op winst maken gericht zijn, maar ook niet binnen de
sfeer van de overheid vallen
- Private bedrijven die toch betrokken zijn bij het openbaar bestuur
3. De markt
- Levert producten en goederen op commerciële grond

Je kan switchen tussen de verschillende velden:
staat -> markt = privatisering, liberalisering, vermarkting
markt -> staat = nationalisering, verstatelijking

Maatschappelijk middenveld:
1. Private organisaties met een publieke taak: maatschappelijke functie -> ziekenhuizen,
schoolbesturen (hebben een privaatrechtelijke grondslag)
2. Private organisaties zonder winstoogmerk: streven bepaald doel na -> vakbonden,
werkgeversorganisaties

Volgens Bozeman is er geen echte scheiding tussen publiek en privaat, dus hij kijkt naar de mate van
publiekheid.
- Eigendom: publiekrechtelijk of privaatrechtelijk?
- Bekostiging: wie betaald het?
- Controle: hoe meer controle, hoe hoger de prioriteiten van de politieke gezagsdragers

H2
Staat
1) specifiek grondgebied
2) bevolking
3) wettelijke ordening en een bestuurlijke organisatie die gezaghebbend de wet- en regelgeving kan
handhaven
- Nederland heeft een geweldsmonopolie: alleen de staat mag geweld gebruiken
4) een staat is erkend door andere staten -> soevereine staat

Staat der Nederlanden = rechtspersoon = Nederlandse overheid

Nederland maakt deel uit van het Koninkrijk der Nederlanden samen met Aruba, Curaçao en Sint
Maarten. In de laatste 3 landen wordt de koning vertegenwoordigd door een gouverneur.

De regering van het koninkrijk (koning + de Raad van Ministers) en de Staten-Generaal (1 e + 2e
Kamer) zijn de wetgevende macht in NL.

,1 bewindspersoon in het kabinet is in het bijzonder belast met koninkrijksrelaties. Deze is verbonden
aan het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BKZ). Hij wordt ondersteund door
het directoraat-generaal Koninkrijksrelaties.

Constitutionele monarchie: de koning staat niet boven de wet
Thorbecke heeft de grondwet van 1848 gemaakt.

Parlementair stelsel
1. De koning is onschendbaar en de ministers zijn eindverantwoordelijk. Zij moeten verantwoording
afleggen over het handelen van de leden van het koningshuis en het functioneren van het
ambtenarenapparaat.
De ministers worden gecontroleerd door het parlement
2. Een kabinet moet het vertrouwen van een meerderheid van de Tweede Kamer hebben. Dit
vertrouwen wordt voorondersteld tot het tegendeel blijkt -> vertrouwensregel.
- Motie van wantrouwen: beleid/minister/staatssecretaris/hele kabinet wordt afgekeurd, dan
wel doordat een door de regering onaanvaardbaar verklaarde motie of amendement toch
een meerderheid krijgt. Bij verlies van vertrouwen moet het kabinet of de betrokkene
aftreden.

Rechtsstaat
- De overheid volgt de wetten in haar handelen
- Er is machtenscheiding (idee door Trias Politica van Montesquieu)
1. Wetgevende macht (legislatieve)
2. Uitvoerende macht (executieve)
3. Rechtsprekende macht (jurisdictieve)
Deze machten zijn onafhankelijk en controleren elkaar.
- Er zijn vrije en geheime verkiezingen
- Er zijn grondrechten
- Er is vrije en onafhankelijke media.

Gedecentraliseerde eenheidsstaat
- Lijkt tegenstrijdig, maar komt samen door:
1. Autonomie: zelfbestuur (hierdoor is er rechtspluralisme -> algemene plaatselijke
verordeningen (APV’s) kunnen verschillen per gemeente)
2. Medebewind: de gemeenten/provincies krijgen regels van hoger opgelegd waar ze zich
aan moeten houden.
3. Toezicht: de nationale overheid kan alle besluiten van lagere overheden vernietigen.

Besturen vindt plaats op meerdere schaalniveaus: multi-level-governance.

Verticale dimensie:
Er zijn 3 overheidslagen met bovenaan de EU -> Huis van Thorbecke.
De bestuurslagen werken wel samen, want:
1. Duidelijke taakverdeling
2. Lagere bestuurslagen weten beter van de problemen op lokaal niveau.
3. Veel problemen beperken zich niet tot hun eigen grondgebied.

Ze delegeren altijd zo veel mogelijk: subsidiariteitsbeginsel.

Door globalisering, decentralisatie en integratie van EU-lidstaten is de nationale
regering vaak sterk afhankelijk van decentrale overheden.

, Horizontale dimensie:
Naast de overheid zijn ook het maatschappelijk middenveld en deels het bedrijfsleven van belang.

Territoriaal bestuur: de bestuurslagen zijn vrij om op verschillende terreinen initiatieven op hun
eigen grondgebied uit te voeren.
Functioneel bestuur: bestuursorganen hebben een specifiek takenpakket (zoals de waterschappen).
Deze wisselen in omvang.

Bestuurlijke kwaliteiten:
1. Democratie: responsief bestuur
2. Rechtmatigheid: bestuur gebonden aan het recht (steeds meer juridisering)
3. Doeltreffendheid (effectiviteit) en doelmatigheid (efficiency): presterend bestuur
4. Integriteit: onkreukbaar bestuur
Tussen deze kwaliteiten zitten spanningsvelden, omdat bijvoorbeeld rechtmatigheid kan leiden tot
extra kosten, wat ten koste gaat van de doelmatigheid.

Nederland werd een verzorgingsstaat door de crisis na de beurscrash op Wall Street. Keynes had de
oplossing voor deze crisis: de overheid moest de vraag stimuleren en werkgelegenheid creëren.
De verzorgingsstaat werd te duur, dus de overheid moest regels en richtlijnen gaan geven en niet
meer alles zelf doen. Ook moesten ze bezuinigen en efficiënter werken.

Overheid geeft taken weg aan andere bestuurslagen en geeft hun volledige
verantwoordelijkheid/vertrouwen = onderhandelend bestuur = netwerkmanagement

Er is steeds meer internationalisering van beleid.

Regulatory state: een staat die zich meer richt op regulering en minder op productie.

Voorwaardenscheppende staat: een staat waarin de overheid burgers en de markt activeert en
faciliteert.

H3
Nederland heeft een dualistisch parlementair stelsel: Staten-Generaal is onafhankelijk t.o.v. de
regering en ministers zijn geen lid van de Staten-Generaal.

Tweede Kamer benoemt (in)formateur direct na de verkiezingen.
Informateur: onderzoekt mogelijkheid tot samenwerking (komt meestal uit de grootste partij)
Formateur: rond de vorming van het kabinet af. Hierna komt een regeerakkoord.

Ministers zonder portefeuille: ministers zonder ministerie (wel stemrecht in ministerraad)
Ministers met portefeuille: ministers met ministerie
Minister-president: belangrijkste bewindspersoon. Lid van Europese Raad. Verantwoordelijk voor
Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) en Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid. Voorzitter
ministerraad
Ministerraad: beraadslagen + besluiten over algemeen regeringsbeleid namens kabinet.

Commissie: blijft bestaan zolang het specifieke onderwerp actueel is.
Onderraad: blijvend karakter

Staatssecretaris: geen deel van ministerraad, maar kan er wel bij zijn (dan geen stemrecht).
Ministers van Staat: in bijzondere situaties (zoals kabinetsformaties) het staatshoofd.

Staten-Generaal heeft een evenredige vertegenwoordiging: het aantal zetels komt in verhouding
overeen met het aantal stemmen

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle 2 reviews worden weergegeven
2 jaar geleden

2 jaar geleden

5,0

2 beoordelingen

5
2
4
0
3
0
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
ilse1204kolfschoten Universiteit Leiden
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
19
Lid sinds
2 jaar
Aantal volgers
10
Documenten
22
Laatst verkocht
11 maanden geleden

5,0

3 beoordelingen

5
3
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen