Opdracht 1 (week 1), werkgroep Goederenrecht B2
Onderwerpen:
Eigendom van roerende zaken
Eigendom van onroerende zaken
Eigendomsvoorbehoud (inleiding)
Gemeenschap
Mandeligheid
Literatuur:
Pitlo: nrs. 406-461 (hoofdstuk 9), nrs. 462, 463, 464, 470 - 558 (hoofdstuk 10), nrs.
579-587 (par. 11.2)
Arresten:
HR 12 januari 1968, NJ 1968/274 m.nt HD (Teixeira de Mattos)
HR 5 oktober 1990, NJ 1992/226 m.nt. WMK (Breda/St Antonius)
HR 15 november 1991, NJ 1993/316 m.nt. WMK (Dépex/Bergel)
HR 14 februari 1992, NJ 1993/623 m.nt. WMK (Hinck/Van den Werff & Visser (Love
Love))
HR 24 maart 1995, NJ 1996/158 m.nt. WMK (Kuikenbroederij)
HR 31 oktober 1997, NJ 1998/97 (Ontvanger/Rabobank (Portacabin))
HR 6 december 2013, JOR 2013/65 m.nt. A. Steneker (Prorail/Stichting Rijswijk
Wonen)
HR 14 augustus 2015, ECLI:NL:2015:2192 (Glencore/Nationale Borg-Maatschappij)
Als begin eerst kijken wat we in hoorcollege hebben uitgelegd.
Eigendom roerende zaken en eigendom onroerende zaken. Algemene regels vinden we aan het
begin van boek 5 zoals. 5:14, 15 en 16. Dit zijn best wel lastige dingen omdat het niet altijd
even duidelijk is wat er nou precies juridisch gezien gebeurd is. het ligt niet allemaal keihard
vast. Bij eigendom van onroerende zaken is sleutelartikel 5:20 BW, dus grond is eigenlijk
lijdend. Nu hebben we als kapstokbepaling artikelen uit boek 3. Zoals artikl 3:3 BW, hier vind
je onderscheid tussen roerend en onroerend, en iets over bestanddeel vorming vind je in 3:4. Bij
vermenging niet alleen water, maar ook gas of zand.
1
Onderwerpen:
Eigendom van roerende zaken
Eigendom van onroerende zaken
Eigendomsvoorbehoud (inleiding)
Gemeenschap
Mandeligheid
Literatuur:
Pitlo: nrs. 406-461 (hoofdstuk 9), nrs. 462, 463, 464, 470 - 558 (hoofdstuk 10), nrs.
579-587 (par. 11.2)
Arresten:
HR 12 januari 1968, NJ 1968/274 m.nt HD (Teixeira de Mattos)
HR 5 oktober 1990, NJ 1992/226 m.nt. WMK (Breda/St Antonius)
HR 15 november 1991, NJ 1993/316 m.nt. WMK (Dépex/Bergel)
HR 14 februari 1992, NJ 1993/623 m.nt. WMK (Hinck/Van den Werff & Visser (Love
Love))
HR 24 maart 1995, NJ 1996/158 m.nt. WMK (Kuikenbroederij)
HR 31 oktober 1997, NJ 1998/97 (Ontvanger/Rabobank (Portacabin))
HR 6 december 2013, JOR 2013/65 m.nt. A. Steneker (Prorail/Stichting Rijswijk
Wonen)
HR 14 augustus 2015, ECLI:NL:2015:2192 (Glencore/Nationale Borg-Maatschappij)
Als begin eerst kijken wat we in hoorcollege hebben uitgelegd.
Eigendom roerende zaken en eigendom onroerende zaken. Algemene regels vinden we aan het
begin van boek 5 zoals. 5:14, 15 en 16. Dit zijn best wel lastige dingen omdat het niet altijd
even duidelijk is wat er nou precies juridisch gezien gebeurd is. het ligt niet allemaal keihard
vast. Bij eigendom van onroerende zaken is sleutelartikel 5:20 BW, dus grond is eigenlijk
lijdend. Nu hebben we als kapstokbepaling artikelen uit boek 3. Zoals artikl 3:3 BW, hier vind
je onderscheid tussen roerend en onroerend, en iets over bestanddeel vorming vind je in 3:4. Bij
vermenging niet alleen water, maar ook gas of zand.
1