Module 7 – Thema 1 – Inleiding geriatrie
Gerontologie en geriatrie
Geriatrie is het klinische vak dat zich richt op de diagnostiek en behandeling van
oudere mensen met ingewikkelde ziekteproblemen die veroorzaakt worden door
veroudering of sterk daardoor worden beïnvloed.
Gerontologie is de wetenschap hierachter. De wetenschap die het ouder
worden van de mens bestudeert. De leer van het ouder worden, zowel
lichamelijk/wetenschappelijk/geestelijk.
Verouderingsproces
Uniek per cel/orgaan/persoon. Het proces veroorzaakt schade waartegen per
persoon wisselende herstelcapaciteit wordt ingezet.
Oxidatieve stress: ontstaan van reactieve zuurstofmoleculen in de
citroenzuurcyclus. Denk aan verzuring bij grote lichamelijke inspanning
Maillard reactie: ontstaan van glycosyleringsproducten (AGE’s)
Eiwitaggregatie: vooral amyloid hoopt zich op in organen waaronder de
hersenen
Ontsteking: chronische ontstekingsreactie op toenemende schadeprikkels bijv.
in bloedvatwand
Wear en tear: mechanische slijtage van vooral gewrichten
Somatische mutaties: veranderingen in DNA door bijv. UV straling waardoor
kanker kan ontstaan
Restafvalstapeling: ophopen van stofwisselingsproducten
Veroudering
Vermindering van aantal eenheden van de meeste organen
Vermindering van kwaliteit van overblijvende organen
Beperkte reservecapaciteit
Verminderde homeostase
Gestoorde functie in een orgaansysteem geeft stoornis in ander systeem
cascade
De geriatrische patiënt
Een geriatrische patiënt is een biologisch oude patiënt die door een veelvoud aan
stoornissen op lichamelijk, geestelijk of sociaal gebied een complex ziektebeeld
vertoont, met een dreiging van permanent functieverlies. Waarbij de
toegenomen kwetsbaarheid op zowel lichamelijk, psychisch als sociaal vlak
centraal staat.
De biologische leeftijd speelt naarmate de tijd vordert een toenemend
belangrijkere rol dan de kalenderleeftijd.
Specifieke kenmerken voor de geriatrische patiënt zijn:
- Toegenomen kwetsbaarheid (door verminderde homeostase, verminderde
reservecapaciteit, vaker complicaties)
- Atypische presentatie van ziekten
- Multimorbiditeit
- Somatopsychologische verwevendheid
- Ouderdomsziekten
- Traag herstel
- Gewijzigde farmacokinetiek
1
Gerontologie en geriatrie
Geriatrie is het klinische vak dat zich richt op de diagnostiek en behandeling van
oudere mensen met ingewikkelde ziekteproblemen die veroorzaakt worden door
veroudering of sterk daardoor worden beïnvloed.
Gerontologie is de wetenschap hierachter. De wetenschap die het ouder
worden van de mens bestudeert. De leer van het ouder worden, zowel
lichamelijk/wetenschappelijk/geestelijk.
Verouderingsproces
Uniek per cel/orgaan/persoon. Het proces veroorzaakt schade waartegen per
persoon wisselende herstelcapaciteit wordt ingezet.
Oxidatieve stress: ontstaan van reactieve zuurstofmoleculen in de
citroenzuurcyclus. Denk aan verzuring bij grote lichamelijke inspanning
Maillard reactie: ontstaan van glycosyleringsproducten (AGE’s)
Eiwitaggregatie: vooral amyloid hoopt zich op in organen waaronder de
hersenen
Ontsteking: chronische ontstekingsreactie op toenemende schadeprikkels bijv.
in bloedvatwand
Wear en tear: mechanische slijtage van vooral gewrichten
Somatische mutaties: veranderingen in DNA door bijv. UV straling waardoor
kanker kan ontstaan
Restafvalstapeling: ophopen van stofwisselingsproducten
Veroudering
Vermindering van aantal eenheden van de meeste organen
Vermindering van kwaliteit van overblijvende organen
Beperkte reservecapaciteit
Verminderde homeostase
Gestoorde functie in een orgaansysteem geeft stoornis in ander systeem
cascade
De geriatrische patiënt
Een geriatrische patiënt is een biologisch oude patiënt die door een veelvoud aan
stoornissen op lichamelijk, geestelijk of sociaal gebied een complex ziektebeeld
vertoont, met een dreiging van permanent functieverlies. Waarbij de
toegenomen kwetsbaarheid op zowel lichamelijk, psychisch als sociaal vlak
centraal staat.
De biologische leeftijd speelt naarmate de tijd vordert een toenemend
belangrijkere rol dan de kalenderleeftijd.
Specifieke kenmerken voor de geriatrische patiënt zijn:
- Toegenomen kwetsbaarheid (door verminderde homeostase, verminderde
reservecapaciteit, vaker complicaties)
- Atypische presentatie van ziekten
- Multimorbiditeit
- Somatopsychologische verwevendheid
- Ouderdomsziekten
- Traag herstel
- Gewijzigde farmacokinetiek
1