100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Boek Goederenrecht, Pitlo - Reehuis + artikelen

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
26
Geüpload op
11-03-2023
Geschreven in
2022/2023

Dit document bevat een samenvatting van het boek Goederenrecht, Pitlo geschreven door W.H.M. Reehuis. De samenvatting bevat ook de overige artikelen die horen bij de literatuur van het tweede onderdeel, Overdracht en eigendom van onroerende zaken, van het vak Onroerendgoedrecht I.

Meer zien Lees minder










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Onbekend
Geüpload op
11 maart 2023
Aantal pagina's
26
Geschreven in
2022/2023
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

Goederenrecht
College 1

Hoofdstuk 1 Algemene inleiding
- Goederen zijn alle zaken en alle vermogensrechten (art. 3:1 BW).
- Zaken zijn voor menselijke beheersing vatbare stoffelijke objecten (art. 3:2 BW).
o Iedere zaak is roerend of onroerend (art. 3:3 BW).
 Onroerend  duurzaam met de grond verenigd; is het naar aard en
inrichting bestemd om duurzaam ter plaatste te blijven?
- Vermogensrechten (art. 3:6 BW)  afzonderlijk of tezamen overdraagbaar, stoffelijk
voordeel verschaffen, verkregen in ruil voor stoffelijk voordeel, verkregen in ruil voor
in vooruitzicht stoffelijk voordeel.
o Het recht hoeft niet per se overdraagbaar te zijn.
o Eigendomsrecht is een vermogensrecht; het meest omvattende recht dat een
persoon op een zaak kan hebben (art. 5:1 BW).
o Goodwill is geen vermogensrecht.
- Registergoederen (art. 3:10 BW)  er moet een register bestaan waarin
vestiging/overdracht van het goed wordt ingeschreven, register is openbaar,
inschrijving is constitutief.
o Onroerende zaken zijn registergoederen.
- Bestanddelen (art. 3:4 BW)  zelf zijn het geen zaken.
o Of een zaak bestanddeel is van een andere zaak, wordt bepaald door de
gangbare opvatting of twee of meer zaken met elkaar in zodanig verband
staan dat zij samen en zaak vormen.
o Het gaat steeds om onderlinge verbanden tussen zaken. Zijn de zaken in
constructief opzicht specifiek op elkaar afgestemd?
- Natrekking  een voorwerp verliest zijn zakenrechtelijke zelfstandigheid doordat het
bestanddeel wordt van een andere zaak.
o Zaaksvorming  van meerdere voorwerpen wordt een voorwerp met een
geheel nieuwe identiteit gevormd.
o Zakenrechtelijk vormt een bestanddeel het lot van de hoofdzaak.

Toekomstige goederen  goederen die nog niet bestaan of zaken die nog bestanddeel zijn
van een andere zaak (absoluut toekomstig). Daarnaast zijn het goederen waarover men nog
niet de beschikking heeft, terwijl men wel verwacht die beschikking op enig moment te
zullen verkrijgen (relatief toekomstig).

Een absoluut recht op een goed moet door iedereen worden gerespecteerd. De gerechtigde
kan ook met speciale acties tegen iedere schending optreden. Een relatief recht geldt slechts
tegen een of enkele personen en alleen de wederpartij van de gerechtigde kan dit recht
schenden.

,Een beperkt recht is altijd afgesplitst van een moederrecht. Beperkte rechten die gevestigd
kunnen worden zijn; erfdienstbaarheden, erfpacht, opstal, vruchtgebruik, pand en
hypotheek.
Afhankelijke rechten worden steeds uitgeoefend door de rechthebbende als waarvan zij
afhankelijk zijn en dus gaat deze ook mee over op iedere nieuwe rechthebbende.

Een rechthebbende heeft een volledig recht op een goed, terwijl een eigenaar een volledig
recht op een zaak heeft. Bij beperkte rechten, immateriële rechten en vorderingsrechten
spreken we daarom over een rechthebbende.

Hoofdstuk 10 Eigendom
Het eigendomsrecht is beperkt tot een recht op een zaak in de zin van art. 3:2 BW. Het
wordt gezien als het meest omvattende recht dat je op een zaak kan hebben (art. 5:1 BW).
- Eigendom is het volledigste recht.
- Eigendom is nooit een dochterrecht/beperkt recht. Uit het eigendomsrecht kunnen
wel beperkte rechten voortvloeien.
- Bevoegdheden van een eigenaar vormen een eenheid. Je kan het enkel in een keer
overdragen (art. 3:84 BW) of een beperkt recht vestigen, maar je kan als eigenaar
geen nieuwe zelfstandige deelbevoegdheden creëren.
- Eigendom is een absoluut recht.
o Er geldt droit de suite. Als een zaak wordt gestolen, dan blijft eigendom daar
wel op rusten.
- Eigendomsrecht is overdraagbaar (art. 3:83 BW).
Het recht van eigendom omvat de door de rechtsore erkende bevoegdheid van een persoon
om, met inachtneming van de wettelijke en op ongeschreven recht berustende beperkingen,
een zaak uit eigen macht te bezitten, exclusief te gebruiken en erover te beschikken.

Eigendomsvoorbehoud  de koper heft economisch gezien de lusten en lasten, maar hij
wordt pas juridisch eigenaar op het moment dat de verkoper al zijn geld heeft ontvangen. De
verkoper blijft dan juridische eigenaar, terwijl de koper wel al economisch eigenaar is.

Een eigenaar heeft de bevoegdheid om van zijn zaak vrij gebruik te maken. Hij heeft dus van
niemand toestemming nodig en hij kan het naar eigen inzicht gebruiken. De vrije
bevoegdheid is een exclusieve bevoegdheid  met uitsluiting van een ieder (art. 5:1 lid 2
BW).
De eigenaar van een zaak kan de zaak van een ieder die haar zonder recht houdt, opeisen
(art. 5:2 BW); revindicatie. Stel een houder toont aan dat hij een rechtsgeldige bruikleen
heeft, dan gaat de revindicatie niet op. revindicatie gaat verloren na twintig jaar (art. 3:306
BW). Na verjaring van de revindicatie wordt de bezitter eigenaar van de zaak, ook al was zijn
bezit niet te goeder trouw (art. 3:105 BW).

Er gelden ook beperkingen aan het eigendomsrecht. Zo zijn er wettelijke beperkingen en
moet er rekening worden gehouden met rechten van anderen. Ook moet rekening worden
gehouden met het ongeschreven recht, de niet wettelijk vastgelegde regels van betamelijk
gedrag.

Eigendom van onroerende zaken

, Grondeigenaar is in beginsel ook eigenaar van de gebouwen, bomen en planten op de grond
(art. 5:20 lid 1 BW).

Een eigenaar heeft exclusieve gebruiksbevoegdheid, maar dit kent wettelijke beperkingen.
De eigenaar kan volgens algemene regels andere gebruikers van de ruimte boven en onder
zijn grond weren. Deze bevoegdheid heeft vooral problemen op in situaties waar kelders,
gebouwen of balkons van buurpercelen over de scheiding der erven reiken. De
grondeigenaar zal altijd enige belang bij verwijdering hebben. Afbraak moet plaatsvinden
(art. 5:21 BW). De rechter kan afspraak niet afwijzen op grond van een enkele
belangenafweging, maar wel op grond van misbruik van zijn bevoegdheid (art. 3:13 BW). Er
moet sprake zijn van een dusdanige onevenredigheid tussen het gediende en het
geschonden belang, dat de grondeigenaar in redelijkheid zijn bevoegdheid niet kan inroepen
(art. 3:13 lid 2 BW).

De Staat is van rechtswege eigenaar van alle onroerende zaken die geen andere eigenaar
hebben (art. 5:24 BW). Een onroerende res nullius bestaat dus eigenlijk niet.
- De Staat is eigenaar van de zeebodem en wordt vermoed eigenaar te zijn van grond
waarop zich openbare wateren bevinden (art. 5:27 lid 1 BW).
- Openbare onroerende zaken worden vermoed eigendom te zijn van het openbare
lichaam dat hen onderhoudt.
Publiek domein  slechts wanneer Staat rechthebbende is van openbare onroerende zaken.
Dan is er ook sprake van onvervreemdbaarheid. Publieke regels dienen het gebruik van deze
openbare eigendommen. Publiek domein is doelgebonden; ten openbare nutte, terwijl
particulier eigendom niet-doelgebonden is.

Een oeverlijn met een water vormt de grens van iemands eigendom van een onroerende
zaak. Treedt de oeverlijn terug, bijv. door daling waterpeil, dan neemt omvang onroerende
zaak toe (aanwas), neemt waterpeil toe, dan wordt onroerende zaak kleiner (afslag) (art.
5:29 BW). Oeverlijn  art. 5:34 BW; normale waterstand, tenzij het periodiek wisselt.

Een grens tussen erven wordt vermoed samen te vallen met het midden van de afscheiding
(art. 5:36 BW). Wordt dit vermoeden niet weerlegd, dan is de vast afscheiding mandelig
(mede-eigendom van de erfeigenaren) en hebben partijen dezelfde rechten en plichten als
mede-eigenaren.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
vanhemertjulia Universiteit Leiden
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
288
Lid sinds
4 jaar
Aantal volgers
72
Documenten
51
Laatst verkocht
1 dag geleden

Hi, welkom op mijn profiel. Hier bied ik volledig uitgewerkte aantekeningen aan van de hoorcolleges en werkcolleges van bepaalde vakken. Daarnaast is er van bijna elk vak ook een boeksamenvatting te verkrijgen. Hopelijk heb jij iets aan mijn documenten! Indien er vragen zijn, hoor ik het graag.

4,5

28 beoordelingen

5
19
4
7
3
1
2
0
1
1

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen