Samenvatting logistiek in de zorg D-cluster
Les 1 logistiek concept (1)
Logistiek = de juiste goederen, op de juiste tijd, op de juiste plaats, voor de juiste prijs. Daarnaast
kenmerkt zich het ook door het integraal benaderen van het proces. En tot slot ook het organiseren,
plannen, besturen en uitvoeren van de goederenstroom.
Productielogistiek = alles wat te maken heeft met het vervaardigen van het eindproduct.
Distributielogistiek = alles vanaf gereed product (het ligt al ergens) tot aan de eindklant.
Intern transport hoort bij warehouse management.
Visie, missie, doelstellingen en strategie
Visie = toekomstgerichte doelstelling (abstract). Moet inspirerend zijn (Nike Just do it!)
Missie = specifieker dan de visie. Waarom je in de markt bent: bestaansrecht en identiteit
Doelstellingen = afgeleid van missie en visie
Strategie = hoe ga je middelen inzetten
Integraal logistiek concept
Logistieke doelstellingen (SMART): wat wil ik bereiken met mijn maaltijdvoorzieningen? Eindigt altijd
met logistieke prestatie-indicatoren. Onthouden: begint met doelstellingen, eindigt met indicatoren!
Logistieke doelstelling grondvorm besturingssysteem informatiesysteem personele
organisatie logistieke prestatie-indicatoren
Logistieke doelstellingen:
o Intern (bijv. lage voorraden, hoge capaciteitsbenutting) kosten
o Extern (bijv. levertijdgarantie (op tijd leveren), flexibiliteit) klanttevredenheid
Aandachtsgebieden:
o Grondvorm
o Besturing
o Informatiesysteem
o Personele organisatie
Customer service (3 elementen):
1. Pre-transactie elementen (voordat je geleverd hebt of beleverd bent: ISO-certificering,
bereikbaarheid, leveringscondities)
2. Transactie elementen (levertijd, betaling, verpakking)
3. Post-transactie elementen (nadat je geleverd hebt of beleverd bent: ervaring,
garantiebepalingen, afhandeling klachten, retourafhandeling)
Grondvorm
Het model dat de structuur van de fysieke goederenstroom (in een bepaalde organisatie) weergeeft.
Bij de casus: van de levering van maaltijden tot en met dat de klant het opgegeten heeft.
Transformaties:
Transformatieproces
Voorraad
Goederenstroom
Informatiestroom - - >
1
, Samenvatting logistiek in de zorg D-cluster
Hoe kun je de logistiek van een zorginstelling met verschillende verzorg- en verpleegtehuizen,
effectief en efficiënt organiseren?
-Efficiënt = goedkoper, lagere kosten
-Effectief = de goede dingen doen
Les 2 logistiek concept (2)
Besturingssysteem hoe zorg je ervoor dat datgene wat je wilt dat moet gebeuren ook
daadwerkelijk zal gebeuren?
Informatie welke informatiesystemen heb je daarvoor nodig?
Personeel hoe richt ik mijn personele organisatie in?
Prestatie-indicatoren en hoe goed presteert de organisatie?
Besturing kan op basis van:
- Prognose (PUSH)
- (Directe)order (PULL) vraag bepalend
Push/Pull Klant order ontkoppel punt (KOOP)
Koop 1 Maken voor lokale voorraad. Ligt al op voorraad en je kunt het meenemen (veel voorraad).
Denk hierbij aan de Febo. Niks wordt gedaan op vraag, alles via prognose.
Koop 2 Maken voor centrale voorraad. Er is wel voorraad maar ook voor meerdere winkels op
centrale plek. Je ziet al buffet en dan ga je kiezen, het is al gemaakt. Je kunt het helemaal zelf
samenstellen.
Koop 3 Assembleren op order. Je gaat pas kopen op moment dat je klantvraag hebt, maakt
maaltijd op moment dat je besteld hebt. Je hebt al wel wat klaar gemaakt. Denk hierbij aan de Mac
Donalds.
Koop 4 Maken op order. Je gaat het echt pas doen als je de order van de klant hebt (weinig
voorraad, maar veel risico). Hierbij kies je vanaf de kaart.
Koop 5 Inkopen en maken op order. Je weet helemaal niet wat iemand gaat bestellen.
Bijvoorbeeld: klant wil vis en dan ga je pas vis vangen (geen voorraad).
- Klassieke benadering: stap voor stap (ook wel functionele aanpak).
- Integrale benadering: er is er één integraal verantwoordelijk en stuurt de rest aan. Dit moet je
procesmatig aanpakken!
Informatiesysteem
- Hoe krijgt iedereen de informatie die hij/zij nodig heeft?
- Voor alle goederenstromen zijn ook informatiestromen nodig
2
Les 1 logistiek concept (1)
Logistiek = de juiste goederen, op de juiste tijd, op de juiste plaats, voor de juiste prijs. Daarnaast
kenmerkt zich het ook door het integraal benaderen van het proces. En tot slot ook het organiseren,
plannen, besturen en uitvoeren van de goederenstroom.
Productielogistiek = alles wat te maken heeft met het vervaardigen van het eindproduct.
Distributielogistiek = alles vanaf gereed product (het ligt al ergens) tot aan de eindklant.
Intern transport hoort bij warehouse management.
Visie, missie, doelstellingen en strategie
Visie = toekomstgerichte doelstelling (abstract). Moet inspirerend zijn (Nike Just do it!)
Missie = specifieker dan de visie. Waarom je in de markt bent: bestaansrecht en identiteit
Doelstellingen = afgeleid van missie en visie
Strategie = hoe ga je middelen inzetten
Integraal logistiek concept
Logistieke doelstellingen (SMART): wat wil ik bereiken met mijn maaltijdvoorzieningen? Eindigt altijd
met logistieke prestatie-indicatoren. Onthouden: begint met doelstellingen, eindigt met indicatoren!
Logistieke doelstelling grondvorm besturingssysteem informatiesysteem personele
organisatie logistieke prestatie-indicatoren
Logistieke doelstellingen:
o Intern (bijv. lage voorraden, hoge capaciteitsbenutting) kosten
o Extern (bijv. levertijdgarantie (op tijd leveren), flexibiliteit) klanttevredenheid
Aandachtsgebieden:
o Grondvorm
o Besturing
o Informatiesysteem
o Personele organisatie
Customer service (3 elementen):
1. Pre-transactie elementen (voordat je geleverd hebt of beleverd bent: ISO-certificering,
bereikbaarheid, leveringscondities)
2. Transactie elementen (levertijd, betaling, verpakking)
3. Post-transactie elementen (nadat je geleverd hebt of beleverd bent: ervaring,
garantiebepalingen, afhandeling klachten, retourafhandeling)
Grondvorm
Het model dat de structuur van de fysieke goederenstroom (in een bepaalde organisatie) weergeeft.
Bij de casus: van de levering van maaltijden tot en met dat de klant het opgegeten heeft.
Transformaties:
Transformatieproces
Voorraad
Goederenstroom
Informatiestroom - - >
1
, Samenvatting logistiek in de zorg D-cluster
Hoe kun je de logistiek van een zorginstelling met verschillende verzorg- en verpleegtehuizen,
effectief en efficiënt organiseren?
-Efficiënt = goedkoper, lagere kosten
-Effectief = de goede dingen doen
Les 2 logistiek concept (2)
Besturingssysteem hoe zorg je ervoor dat datgene wat je wilt dat moet gebeuren ook
daadwerkelijk zal gebeuren?
Informatie welke informatiesystemen heb je daarvoor nodig?
Personeel hoe richt ik mijn personele organisatie in?
Prestatie-indicatoren en hoe goed presteert de organisatie?
Besturing kan op basis van:
- Prognose (PUSH)
- (Directe)order (PULL) vraag bepalend
Push/Pull Klant order ontkoppel punt (KOOP)
Koop 1 Maken voor lokale voorraad. Ligt al op voorraad en je kunt het meenemen (veel voorraad).
Denk hierbij aan de Febo. Niks wordt gedaan op vraag, alles via prognose.
Koop 2 Maken voor centrale voorraad. Er is wel voorraad maar ook voor meerdere winkels op
centrale plek. Je ziet al buffet en dan ga je kiezen, het is al gemaakt. Je kunt het helemaal zelf
samenstellen.
Koop 3 Assembleren op order. Je gaat pas kopen op moment dat je klantvraag hebt, maakt
maaltijd op moment dat je besteld hebt. Je hebt al wel wat klaar gemaakt. Denk hierbij aan de Mac
Donalds.
Koop 4 Maken op order. Je gaat het echt pas doen als je de order van de klant hebt (weinig
voorraad, maar veel risico). Hierbij kies je vanaf de kaart.
Koop 5 Inkopen en maken op order. Je weet helemaal niet wat iemand gaat bestellen.
Bijvoorbeeld: klant wil vis en dan ga je pas vis vangen (geen voorraad).
- Klassieke benadering: stap voor stap (ook wel functionele aanpak).
- Integrale benadering: er is er één integraal verantwoordelijk en stuurt de rest aan. Dit moet je
procesmatig aanpakken!
Informatiesysteem
- Hoe krijgt iedereen de informatie die hij/zij nodig heeft?
- Voor alle goederenstromen zijn ook informatiestromen nodig
2
