Functionele
Anatomie
Samenvatting
Inhoud
Leerdoelen anatomie........................................................................................................... 1
Leerdoelen extractieleer......................................................................................................1
Innervatie............................................................................................................................. 2
Vascularisatie...................................................................................................................... 8
Musculatuur....................................................................................................................... 12
Regio’s.............................................................................................................................. 17
,Leerdoelen anatomie
Na het voldoende afronden van het vak functionele anatomie heeft de student kennis van:
o De topografische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht voor ossale
structuren van schedel, mandibula en hyoid.
o De topografische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht voor
myogene structuren van het mimische systeem en kauw/slik systeem.
o De topografische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht voor zowel
somatische als autonome innervatie.
o De topografische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht voor de
vascularisatie van de hoofd/hals regio.
Na het voldoende afronden van het vak functionele anatomie heeft de student inzicht in:
o De functionele en klinische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht
voor functie, aansturing en aandoeningen van het mimische systeem en het kauw/slik
systeem.
Leerdoelen extractieleer
Na het voldoende afronden van het vak functionele anatomie heeft de student gedegen
kennis om:
o Om gebitselementen en wortelresten in ongecompliceerde situaties te kunnen
verwijderen
o Om eenvoudige dento-alveolaire ingrepen te kunnen uitvoeren
o Om eenvoudige behandelingen aan de orale mucosa te kunnen uitvoeren
, Innervatie
Er zijn 12 paar hersenzenuwen. I en II zijn geen echte zenuwen.
Hersenzenuwkernen
Zenuw Modaliteit Functie Doorgang
I N. olfactorius S Reuk (fila olfactoria) Lamina cribrosa
II N. opticus S Visus (retina) Canalis opticus
III N. oculomotorius SM Oogmotoriek* Fissura orbitalis superior
Pupil/lens
IV N. trochlearis SM Oogmotoriek (zenuwen kruizen vlak Fissura orbitalis superior
na uittreden bij kern)*
V N. trigeminus SM/S 1. Opthalmicus 1. Fissura orbitalis
2. Maxillaris superior
3. Mandibularis** 2. Foramen rotundum
3. Foramen ovale
VI N. abducens SM Oogmotoriek* Fissura orbitalis superior
VII N. facialis SM/VM/S *** Meatus aucusticus internus
Foramen stylomastoideum
VIII N. vestibulocochlearis S Gehoor Porus aucusticus internus
Evenwicht
IX N. glossopharyngeus SM/VM/S **** Foramen jugulare
X N. vagus SM/VM/S ***** Foramen jugulare
XI N. accessorius SM Laterale halsspieren Foramen jugulare
m. sternocleidomastoideus en m.
trapezius
XII N. hypoglussus SM Tongbewegingen Foramen hypoglossi
*III > m. levator palpebrae, mm. recti mediale, superior en inferior en m. obliquus inferior
IV > m. obliquus superior
VI > m. rectus lateralis
**De trigeminus heeft sensibele (S) en motorische (SM) verzorgingsgebieden.
S: gezicht (dermatomen), slijmvlies neus en keel, voorste 2/3e van de tong.
SM: nucleus motorius trigimini via de n. mandibularis. Innervatie van kauwspieren,
middenoorspier en keelspier.
***De facialis heeft motorische, sensorische en parasympathische verzorgingsgebieden.
SM: nervus facialis (nucleus facialis). Innervatie van de mimische spieren
Anatomie
Samenvatting
Inhoud
Leerdoelen anatomie........................................................................................................... 1
Leerdoelen extractieleer......................................................................................................1
Innervatie............................................................................................................................. 2
Vascularisatie...................................................................................................................... 8
Musculatuur....................................................................................................................... 12
Regio’s.............................................................................................................................. 17
,Leerdoelen anatomie
Na het voldoende afronden van het vak functionele anatomie heeft de student kennis van:
o De topografische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht voor ossale
structuren van schedel, mandibula en hyoid.
o De topografische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht voor
myogene structuren van het mimische systeem en kauw/slik systeem.
o De topografische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht voor zowel
somatische als autonome innervatie.
o De topografische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht voor de
vascularisatie van de hoofd/hals regio.
Na het voldoende afronden van het vak functionele anatomie heeft de student inzicht in:
o De functionele en klinische anatomie van hoofd/hals regio met specifieke aandacht
voor functie, aansturing en aandoeningen van het mimische systeem en het kauw/slik
systeem.
Leerdoelen extractieleer
Na het voldoende afronden van het vak functionele anatomie heeft de student gedegen
kennis om:
o Om gebitselementen en wortelresten in ongecompliceerde situaties te kunnen
verwijderen
o Om eenvoudige dento-alveolaire ingrepen te kunnen uitvoeren
o Om eenvoudige behandelingen aan de orale mucosa te kunnen uitvoeren
, Innervatie
Er zijn 12 paar hersenzenuwen. I en II zijn geen echte zenuwen.
Hersenzenuwkernen
Zenuw Modaliteit Functie Doorgang
I N. olfactorius S Reuk (fila olfactoria) Lamina cribrosa
II N. opticus S Visus (retina) Canalis opticus
III N. oculomotorius SM Oogmotoriek* Fissura orbitalis superior
Pupil/lens
IV N. trochlearis SM Oogmotoriek (zenuwen kruizen vlak Fissura orbitalis superior
na uittreden bij kern)*
V N. trigeminus SM/S 1. Opthalmicus 1. Fissura orbitalis
2. Maxillaris superior
3. Mandibularis** 2. Foramen rotundum
3. Foramen ovale
VI N. abducens SM Oogmotoriek* Fissura orbitalis superior
VII N. facialis SM/VM/S *** Meatus aucusticus internus
Foramen stylomastoideum
VIII N. vestibulocochlearis S Gehoor Porus aucusticus internus
Evenwicht
IX N. glossopharyngeus SM/VM/S **** Foramen jugulare
X N. vagus SM/VM/S ***** Foramen jugulare
XI N. accessorius SM Laterale halsspieren Foramen jugulare
m. sternocleidomastoideus en m.
trapezius
XII N. hypoglussus SM Tongbewegingen Foramen hypoglossi
*III > m. levator palpebrae, mm. recti mediale, superior en inferior en m. obliquus inferior
IV > m. obliquus superior
VI > m. rectus lateralis
**De trigeminus heeft sensibele (S) en motorische (SM) verzorgingsgebieden.
S: gezicht (dermatomen), slijmvlies neus en keel, voorste 2/3e van de tong.
SM: nucleus motorius trigimini via de n. mandibularis. Innervatie van kauwspieren,
middenoorspier en keelspier.
***De facialis heeft motorische, sensorische en parasympathische verzorgingsgebieden.
SM: nervus facialis (nucleus facialis). Innervatie van de mimische spieren