samenvatting psychopathologie hoorcolleges 1 t/m 6 22/23
psychopathologie: letterlijk :de wetenschap van het geestelijk lijden
psychopathologie: geestelijk of lichamelijk lijden, geheel van stoornissen,
oriënteringsinstrument. erg theoretisch
beschrijft welke stoornissen zijn, welke symptomen en welke behandelingen ervoor zijn
psychiatrie: toegepaste wetenschap/ medische discipline, op individu gericht
orthopedagogiek: toegepaste wetenschap, richt op kind en ontwikkelingsstoornissen. drie
hoofdgebieden:
1. gedrags - en opvoedingsproblemen in de jeugdzorg
2. opvoeding en ondersteuning van personen met beperkingen
3. leer en onderwijsproblemen
symptoom vs syndroom:
Symptoom: ziekteverschijnsel of teken of kenmerk
Syndroom: groep of samenhangend geheel
Prodroom: aanloop van symptomen naar een syndroom. voorloper
In remissie: herstel, beter worden. ernst van syptomen neemt af
syndroom is geheel van symptomen
classificatie vs. dianogstiek
classificatie: ordenen, indelen, rangschikken
diagnosticeren: toekenen van een etiket
aspecten van abnormaal gedrag:
1. persoonlijk (emotioneel) lijden
2. disfunctionaliteit van het gedrag : deuren checken
3. irrationeel onbegrijpelijk gedrag
4. onvoorspelbaarheid en controleverlies
5. opvallend en onconventieel gedrag
6. brengt bij anderen een ongemakkeijk gevoel teweeg
7. overtreden van impliciete/expliciete morele normen
Het gaat bij de bepaling onder mate, duur en combinatie
Geschiedenis
sjamaan: verbinding mens met geesteswereld en priester was met goddelijk gezag. sjamaan
was vrouw met veel taken
, Griekse oudheid (Hippocrates, ca. 400 vc): natuurlijke oorzaak humores. brein was het
centrum volgens de grieken. 4 lichaamssappen (ook humoren). mengsel van de sappen was
bepalend voor gezondheid, bijvoorbeeld te veel zwart gal.
Mengsel van vloeistof gelinkt aan temperament volgens galenus
Christendom/ middeleeuwen: 400-1700: Bezetenheid. duivel uit de mens of mens uit de
wereld: heksen.
Arabische psychiatrie (700-1500): diagnostiek geboren: eerste doktoren. gelijkwaardige
benadering voor patienten door Koran.
Pinel: (vroeg 19e eeuw): zenuwziekten, verzorging verbeterd. Breekt patienten los
Freud: (1900) psychoanalyse, stoornissen vaker psychologisch verklaard
jaren 50: ontdekking belangrijkste medicatie
Jaren 60/70: antipsychiatrie, door allerlei bewegingen kritische psychiatrie: mens niet slecht
maar de samenleving. door verbetering samenleving zijn er minder patienten
DSM
eerste editie in 1952
staat los van theorie: geen psychoanalyse cognitieve psychologie etc
medisch model; er wordt gesproken van een ziekte
syndroombenadering
consesus/ bogat(bunch of guys sitting around the table)methode
wanneer wordt er gesproken van een stoornis:
● emotioneel lijden
● ernstige belemmeringen in het functioneren
● gedrag dat kan lijden tot persoonlijk lijde, zelfverminking, dood
● de belemmering houdt langere tijd aan en is geen normale reactie binnen culturele
context
voordelen dsm:
1. uitvoerig geschreven
2. geen theorie
3. onderzoek
4. aanleiding discussie
5. voorkomt spraakverwarring
kanttekeningen dsm:
1. alleen maar een beschrijving
2. Hokjes
3. classificatiesysteem. geen diagnostisch instrument!!!! alleen claccificeren
4. blikvernauwend: niks positiefs
psychopathologie: letterlijk :de wetenschap van het geestelijk lijden
psychopathologie: geestelijk of lichamelijk lijden, geheel van stoornissen,
oriënteringsinstrument. erg theoretisch
beschrijft welke stoornissen zijn, welke symptomen en welke behandelingen ervoor zijn
psychiatrie: toegepaste wetenschap/ medische discipline, op individu gericht
orthopedagogiek: toegepaste wetenschap, richt op kind en ontwikkelingsstoornissen. drie
hoofdgebieden:
1. gedrags - en opvoedingsproblemen in de jeugdzorg
2. opvoeding en ondersteuning van personen met beperkingen
3. leer en onderwijsproblemen
symptoom vs syndroom:
Symptoom: ziekteverschijnsel of teken of kenmerk
Syndroom: groep of samenhangend geheel
Prodroom: aanloop van symptomen naar een syndroom. voorloper
In remissie: herstel, beter worden. ernst van syptomen neemt af
syndroom is geheel van symptomen
classificatie vs. dianogstiek
classificatie: ordenen, indelen, rangschikken
diagnosticeren: toekenen van een etiket
aspecten van abnormaal gedrag:
1. persoonlijk (emotioneel) lijden
2. disfunctionaliteit van het gedrag : deuren checken
3. irrationeel onbegrijpelijk gedrag
4. onvoorspelbaarheid en controleverlies
5. opvallend en onconventieel gedrag
6. brengt bij anderen een ongemakkeijk gevoel teweeg
7. overtreden van impliciete/expliciete morele normen
Het gaat bij de bepaling onder mate, duur en combinatie
Geschiedenis
sjamaan: verbinding mens met geesteswereld en priester was met goddelijk gezag. sjamaan
was vrouw met veel taken
, Griekse oudheid (Hippocrates, ca. 400 vc): natuurlijke oorzaak humores. brein was het
centrum volgens de grieken. 4 lichaamssappen (ook humoren). mengsel van de sappen was
bepalend voor gezondheid, bijvoorbeeld te veel zwart gal.
Mengsel van vloeistof gelinkt aan temperament volgens galenus
Christendom/ middeleeuwen: 400-1700: Bezetenheid. duivel uit de mens of mens uit de
wereld: heksen.
Arabische psychiatrie (700-1500): diagnostiek geboren: eerste doktoren. gelijkwaardige
benadering voor patienten door Koran.
Pinel: (vroeg 19e eeuw): zenuwziekten, verzorging verbeterd. Breekt patienten los
Freud: (1900) psychoanalyse, stoornissen vaker psychologisch verklaard
jaren 50: ontdekking belangrijkste medicatie
Jaren 60/70: antipsychiatrie, door allerlei bewegingen kritische psychiatrie: mens niet slecht
maar de samenleving. door verbetering samenleving zijn er minder patienten
DSM
eerste editie in 1952
staat los van theorie: geen psychoanalyse cognitieve psychologie etc
medisch model; er wordt gesproken van een ziekte
syndroombenadering
consesus/ bogat(bunch of guys sitting around the table)methode
wanneer wordt er gesproken van een stoornis:
● emotioneel lijden
● ernstige belemmeringen in het functioneren
● gedrag dat kan lijden tot persoonlijk lijde, zelfverminking, dood
● de belemmering houdt langere tijd aan en is geen normale reactie binnen culturele
context
voordelen dsm:
1. uitvoerig geschreven
2. geen theorie
3. onderzoek
4. aanleiding discussie
5. voorkomt spraakverwarring
kanttekeningen dsm:
1. alleen maar een beschrijving
2. Hokjes
3. classificatiesysteem. geen diagnostisch instrument!!!! alleen claccificeren
4. blikvernauwend: niks positiefs