100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting alle stof Nederlands Woordenschat PABO leerjaar 1

Beoordeling
-
Verkocht
1
Pagina's
17
Geüpload op
05-01-2023
Geschreven in
2022/2023

In dit document staat een samenvatting met alle stof die er moet worden geleerd voor het tentamen Nederlands woordenschat. De aantekeningen + powerpoints in de lessen, de hoofdstukken uit het boek portaal en de hoofdstukken uit het boek Nederlands als tweede taal

Meer zien Lees minder










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Documentinformatie

Heel boek samengevat?
Nee
Wat is er van het boek samengevat?
Hoofdstuk 2,8 en 12
Geüpload op
5 januari 2023
Aantal pagina's
17
Geschreven in
2022/2023
Type
Samenvatting

Voorbeeld van de inhoud

NE2
les 1 pp en aantekeningen



● Waarom module woordenschat?
○ Als leerkracht zorg je voor uitbreiding van de woordenschat.
○ Sommige leerlingen zijn afhankelijk van school voor het uitbreiden van hun
woordenschat.
● Welke leerlingen hebben problemen met woordenschat?
→ Leerlingen van lage sociaaleconomische afkomst.
→ NT2 leerlingen.
→ Kinderen met een TOS (TaalOntwikkelingsStoornis).
→ Kinderen die thuis alleen dialect spreken.

● Wat is een woord?
→ Een woord is een klank geheel of lettercombinatie.

● Label en concept
→ Label: woordvorm
- Het woord: vulkaan
→ Concept: begrip rondom het woord (betekenis)
- berg, vuur, uitbarsten

● gebruiksaspecten van een woord
Een woord komt bijna nooit alleen voor, maar meestal met andere woorden in
een specifieke context. Die vormen samen de gebruiksaspecten van een woord.

● Wat is een woord kennen?
Een betekenis kunnen toekennen aan klank gehelen. Woorden verwijzen naar
concepten in het hoofd.

, 2

● Wat verstaan we onder woordenschat?
Het geheel van woorden en woordbetekenissen waarover iemand mondeling en
schriftelijk kan beschikken

● Receptieve en productieve woordkennis
→ Receptief/ passieve woordenschat = Je begrijpt het woord
→ productief/ actieve woordenschat = Je kunt het woord
toepassen/ gebruiken

● Labelen, categoriseren en netwerkopbouw
labelen → De kinderen leren waar een woord in een bepaalde
context naar verwijst.
categoriseren → De kinderen leren het woord ook in andere
contexten toepassen.
netwerkopbouw → Hierbij gaat het om de relatie met andere
woorden.

● Brede en diepe woordkennis
→ Breed= snel veel woorden kennen
→ Diep = over 1 woord veel informatie hebben

● Woordenschatopbouw
→ De opbouw van een woord netwerk waarover een taalgebruiker
receptief/productief beschikt.

● Woordenschatverwerving
Woorden worden geleerd in samenhang met andere woorden. Ze worden in een
netwerk bij elkaar opgeslagen.

● Wat is het percentage woorden dat bekend moet zijn om een tekst
te kunnen begrijpen?
→ 80% ondergrens om een tekst te kunnen begrijpen
→ 90% begrijpt men de hoofdzaken van een tekst
→ 95% begrip van details

, 3

● Leren van woorden kan voor NT2-ers via twee routes verlopen
1. Een nieuw woord voor een bekend begrip:
Het concept is al in de eerste taal verworven, de NT2-er hoeft alleen de nieuwe
klankvorm op het concept te plakken.
2. Een nieuw woord voor een nieuw begrip:
Het concept is nog niet in de eerste taal verworven: woord, achterliggende
betekenis plus verbindingen met andere woorden moeten van voren af aan
geleerd worden.

● Hiërarchische relatie van woorden
Ieder concept heeft een bepaalde plaats in een hiërarchie en op elk niveau
worden nieuwe onderverdelingen gemaakt.

● Intentionele leersituatie en incidentele leersituatie
intentionele leersituatie → situatie waarbij vooraf woorden en
betekenissen zijn geselecteerd om aan te bieden.
Het leren van woorden is een expliciet doel.
incidentele leersituatie → de leerling komt onverwacht een
onbekend woord tegen. Het automatisch oppikken van onbekende
woorden uit het taalgebruik.
De leerlingen leren de woorden spontaan in of buiten de les
situatie.


les 2 pp en aantekeningen
● Langetermijngeheugen
Alle woorden zitten in lange termijngeheugen.
Dit geheugen zit in het brein en noemen we het mentaal lexicon.
Alle woorden hebben:
1. Betekenis → semantische identiteit: begrip die bij hoort
2. Klank → fonologische identiteit: Hoe klinkt het woord?
3. Zinsbouw → syntaxische identiteit: Hoe in de zin?


● Mentaal lexicon
Woorden liggen in ons langetermijngeheugen opgeslagen. Van elk woord zijn
€4,49
Krijg toegang tot het volledige document:

100% tevredenheidsgarantie
Direct beschikbaar na je betaling
Lees online óf als PDF
Geen vaste maandelijkse kosten

Maak kennis met de verkoper
Seller avatar
merleslooyer

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
merleslooyer Hogeschool Windesheim
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
1
Lid sinds
4 jaar
Aantal volgers
1
Documenten
2
Laatst verkocht
1 jaar geleden

0,0

0 beoordelingen

5
0
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen