Fysiologie – De Zieke Mens
Colleges fysiologie en Marieb
Inhoud
Anesthesie.............................................................................................................................. 2
Hart- en vaatziekten................................................................................................................ 5
Hartfalen.............................................................................................................................. 7
Diabetes Mellitus................................................................................................................... 15
Bloedstolling.......................................................................................................................... 21
Longziekten........................................................................................................................... 28
Astma................................................................................................................................ 32
.......................................................................................................................................... 34
.......................................................................................................................................... 35
COPD................................................................................................................................ 35
.......................................................................................................................................... 35
Leverziekten.......................................................................................................................... 36
,Anesthesie
Door het afnemen van een anamnese voor verdoving, voorkom je medische accidenten.
Vragen naar: allergieën (anestheticum, conserveringsmiddelen, etc), astma, HVZ, hoge
bloeddruk, schildklierziekte, ernstige bloedingsneiging, zwangerschap/borstvoeding.
Allergie:
- Matige reactie: eerste keer in aanraking. Allergische sensibilisatie.
- Heftige reactie: anafylactische schock. Verlies bewustzijn, roodheid huid, zwelling van
de tong/gehemelte, zwelling strottenhoofd.
Acute opvang: ontstaan zeer snel na contact met allergeen. Jeuk, roodheid, zwelling
gelaat, kortademigheid, piepen bij inademing, klamme huis, lage bloeddruk,
bewustzijnsverlies.
Wat te doen bij acute allergie: leg patiënt plat neer, meet bloeddruk en schrijf op,
ademwegobstructie, geef Epipen (adrenaline) intramusculair in bovenbeen, bel 112 indien
nodig.
Patiënten die onwel worden/flauwvallen. Wat te doen?
A. Airway: luchtweg vrijmaken/vrijhouden.
B. Breathing: ademhaling goed/oppervlakkig/etc.
C. Circulation: bloedsomloop beoordelen door kleur huid en pols.
D. Disability: nog bij bewustzijn?
2 redenen waarom mensen onwel worden:
1. Paniekaanval: te beïnvloeden door instructies en zelf rustig te blijven.
2. Dreigen flauw te gaan vallen: volg ABCD methode.
Lokaal anestheticum:
1. Oppervlakte anesthesie
2. Infiltratie anesthesie
3. Geleidingsanesthesie: perifere zenuwblokkade.
Werking:
Normaal gesproken gaat natrium de zenuw in en wekt zo een actiepotentiaal op.
Anestheticum ongeioniseerd ingespoten > zenuw is zuur van binnen> anestheticum wordt
geioniseerd > bindt aan natriumpoort > remt natriuminflux > actiepotentiaal bereikt niet de
drempelwaarde.
Wanneer het buiten de cel al zuur is, wordt het anestheticum daar als geïoniseerd. Het is
dan niet meer werkzaam in de zenuw.
- Esters: cocaine, procaine, benzocaine, tetracaine.
Nadeel: meer allergische reacties. Wordt nauwelijks meer gebruikt.
- Amides: lidocaine, bupivacaine, mepivacaine, prilocaine.
Voordeel: worden alleen in de lever afgebroken, niet in weefsels. Hierdoor blijven ze
beter op hun plek zitten. Amides geven vasodilatie. Wordt meestal gebruikt.
,Verdere bestanddelen lokaal anestheticum:
- Vasoconstrictor: adrenaline, felypressine.
Voordelen: minder bloeding, langere werking, minder systemische bijwerkingen.
Nadelen: negatief effect op wondgenezing, lokale ischemie > acidose, bloeding na
uitwerken, kan zorgen voor hartkloppingen of bloeddrukverhoging.
Contra-indicatie:
o Slecht doorbloedde weefsels (perifeer)
o TCA, MAO-remmer, B-blokkers
o Ernstige hypertensie
- Conserveermiddelen: natriummetabisulfiet (sulfiet) of methylparahydroxybenzoaat
(parabenen).
Voordelen: verlengde houdbaarheid en is antibacterieel.
Nadelen: uitlokken van allergische reacties en astma-aanval.
- Isotone middel: vaak zout water. Oplosmiddel.
- Fingucide: anti-schimmel middel.
Toxische verschijnselen bij overdosering:
Overprikkeling centrale zenuwstelsel:
o Gapen, rusteloosheid, duizeligheid, braken, gek praten,
gehoorstoornissen, visusstoornissen (lijkt op zelfde symptomen als
bij paniekaanval, maar die mensen hebben dan vaak nog geen
anestheticum gehad).
o Spiertrekkingen, epileptische aanval, bewustzijnsdaling,
ademhalingsdepressie, coma.
o Hartritmestoornis, lage bloeddruk, hartblok, hartstilstand.
Subcutaan: net onder huid.
Intramusculair: in spieren.
Intravasaal: in bloedvat.
Bij intravasale injectie met anestheticum vaak heftige pijnreacties, wegtrekken hoofd,
hardkloppingen, duizeligheid, diplopie (dubbelzien).
Om intraveneuze injectie te voorkomen altijd aspireren, geleidelijk toedienen.
Verdoving bij ziektebeelden:
Ziektebeeld Advies
<6 weken geleden hartinfarct Contra-indicatie voor lokale anesthesie en
tandheelkundige behandeling.
Hypertensie Altijd meten. Contra-indicatie als:
- Bovendruk > 210 mmHg
- Onderdruk > 110 mmHG
Hyper- of hypothyreoïdie (schildklier) Levert zelden problemen op.
Ernstige bloedingsneiging Bij punctie kan bloeding of ernstige
hematoom ontstaan.
Zwangerschap/borstvoeding - Felypressine afgeraken als
vasoconstrictor
, - Articaïne en prolicaïne kunnen
- Dosis zo laag mogelijk houden
- Wel gewoon behandelen
Theoretische interactie-risico’s:
- Tricyclische antidepressiva en adrenaline
- Neusdruppels en adrenaline
- Bèta-blokkers
- Bloedverdunners en nabloeding
Overige bijwerkingen:
- Overgevoeligheidsreactie (<1%)
- Paresthesieën (gevoelverstoring) en smaakverlies/verandering
- (bijt)wonden
- Sedatie (verminderde staat van bewustzijn)
Ultracaïne en Prilocaïne worden het meeste gebruikt.
Het effect van Felypressine is onbekend. Wordt daarom afgeraden.
Eventueel nog anatomie en theorie over anesthesie herhalen.
Colleges fysiologie en Marieb
Inhoud
Anesthesie.............................................................................................................................. 2
Hart- en vaatziekten................................................................................................................ 5
Hartfalen.............................................................................................................................. 7
Diabetes Mellitus................................................................................................................... 15
Bloedstolling.......................................................................................................................... 21
Longziekten........................................................................................................................... 28
Astma................................................................................................................................ 32
.......................................................................................................................................... 34
.......................................................................................................................................... 35
COPD................................................................................................................................ 35
.......................................................................................................................................... 35
Leverziekten.......................................................................................................................... 36
,Anesthesie
Door het afnemen van een anamnese voor verdoving, voorkom je medische accidenten.
Vragen naar: allergieën (anestheticum, conserveringsmiddelen, etc), astma, HVZ, hoge
bloeddruk, schildklierziekte, ernstige bloedingsneiging, zwangerschap/borstvoeding.
Allergie:
- Matige reactie: eerste keer in aanraking. Allergische sensibilisatie.
- Heftige reactie: anafylactische schock. Verlies bewustzijn, roodheid huid, zwelling van
de tong/gehemelte, zwelling strottenhoofd.
Acute opvang: ontstaan zeer snel na contact met allergeen. Jeuk, roodheid, zwelling
gelaat, kortademigheid, piepen bij inademing, klamme huis, lage bloeddruk,
bewustzijnsverlies.
Wat te doen bij acute allergie: leg patiënt plat neer, meet bloeddruk en schrijf op,
ademwegobstructie, geef Epipen (adrenaline) intramusculair in bovenbeen, bel 112 indien
nodig.
Patiënten die onwel worden/flauwvallen. Wat te doen?
A. Airway: luchtweg vrijmaken/vrijhouden.
B. Breathing: ademhaling goed/oppervlakkig/etc.
C. Circulation: bloedsomloop beoordelen door kleur huid en pols.
D. Disability: nog bij bewustzijn?
2 redenen waarom mensen onwel worden:
1. Paniekaanval: te beïnvloeden door instructies en zelf rustig te blijven.
2. Dreigen flauw te gaan vallen: volg ABCD methode.
Lokaal anestheticum:
1. Oppervlakte anesthesie
2. Infiltratie anesthesie
3. Geleidingsanesthesie: perifere zenuwblokkade.
Werking:
Normaal gesproken gaat natrium de zenuw in en wekt zo een actiepotentiaal op.
Anestheticum ongeioniseerd ingespoten > zenuw is zuur van binnen> anestheticum wordt
geioniseerd > bindt aan natriumpoort > remt natriuminflux > actiepotentiaal bereikt niet de
drempelwaarde.
Wanneer het buiten de cel al zuur is, wordt het anestheticum daar als geïoniseerd. Het is
dan niet meer werkzaam in de zenuw.
- Esters: cocaine, procaine, benzocaine, tetracaine.
Nadeel: meer allergische reacties. Wordt nauwelijks meer gebruikt.
- Amides: lidocaine, bupivacaine, mepivacaine, prilocaine.
Voordeel: worden alleen in de lever afgebroken, niet in weefsels. Hierdoor blijven ze
beter op hun plek zitten. Amides geven vasodilatie. Wordt meestal gebruikt.
,Verdere bestanddelen lokaal anestheticum:
- Vasoconstrictor: adrenaline, felypressine.
Voordelen: minder bloeding, langere werking, minder systemische bijwerkingen.
Nadelen: negatief effect op wondgenezing, lokale ischemie > acidose, bloeding na
uitwerken, kan zorgen voor hartkloppingen of bloeddrukverhoging.
Contra-indicatie:
o Slecht doorbloedde weefsels (perifeer)
o TCA, MAO-remmer, B-blokkers
o Ernstige hypertensie
- Conserveermiddelen: natriummetabisulfiet (sulfiet) of methylparahydroxybenzoaat
(parabenen).
Voordelen: verlengde houdbaarheid en is antibacterieel.
Nadelen: uitlokken van allergische reacties en astma-aanval.
- Isotone middel: vaak zout water. Oplosmiddel.
- Fingucide: anti-schimmel middel.
Toxische verschijnselen bij overdosering:
Overprikkeling centrale zenuwstelsel:
o Gapen, rusteloosheid, duizeligheid, braken, gek praten,
gehoorstoornissen, visusstoornissen (lijkt op zelfde symptomen als
bij paniekaanval, maar die mensen hebben dan vaak nog geen
anestheticum gehad).
o Spiertrekkingen, epileptische aanval, bewustzijnsdaling,
ademhalingsdepressie, coma.
o Hartritmestoornis, lage bloeddruk, hartblok, hartstilstand.
Subcutaan: net onder huid.
Intramusculair: in spieren.
Intravasaal: in bloedvat.
Bij intravasale injectie met anestheticum vaak heftige pijnreacties, wegtrekken hoofd,
hardkloppingen, duizeligheid, diplopie (dubbelzien).
Om intraveneuze injectie te voorkomen altijd aspireren, geleidelijk toedienen.
Verdoving bij ziektebeelden:
Ziektebeeld Advies
<6 weken geleden hartinfarct Contra-indicatie voor lokale anesthesie en
tandheelkundige behandeling.
Hypertensie Altijd meten. Contra-indicatie als:
- Bovendruk > 210 mmHg
- Onderdruk > 110 mmHG
Hyper- of hypothyreoïdie (schildklier) Levert zelden problemen op.
Ernstige bloedingsneiging Bij punctie kan bloeding of ernstige
hematoom ontstaan.
Zwangerschap/borstvoeding - Felypressine afgeraken als
vasoconstrictor
, - Articaïne en prolicaïne kunnen
- Dosis zo laag mogelijk houden
- Wel gewoon behandelen
Theoretische interactie-risico’s:
- Tricyclische antidepressiva en adrenaline
- Neusdruppels en adrenaline
- Bèta-blokkers
- Bloedverdunners en nabloeding
Overige bijwerkingen:
- Overgevoeligheidsreactie (<1%)
- Paresthesieën (gevoelverstoring) en smaakverlies/verandering
- (bijt)wonden
- Sedatie (verminderde staat van bewustzijn)
Ultracaïne en Prilocaïne worden het meeste gebruikt.
Het effect van Felypressine is onbekend. Wordt daarom afgeraden.
Eventueel nog anatomie en theorie over anesthesie herhalen.