100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na je betaling Lees online óf als PDF Geen vaste maandelijkse kosten 4.2 TrustPilot
logo-home
Samenvatting

Samenvatting Nederlands Argumentatieve vaardigheden - HAVO 5

Beoordeling
5,0
(1)
Verkocht
2
Pagina's
6
Geüpload op
16-11-2022
Geschreven in
2021/2022

Hoofdstuk 1: Standpunten en argumenten Hoofdstuk 2: Argumentatie










Oeps! We kunnen je document nu niet laden. Probeer het nog eens of neem contact op met support.

Geschreven voor

Instelling
Middelbare school
Niveau
School jaar
5

Documentinformatie

Geüpload op
16 november 2022
Aantal pagina's
6
Geschreven in
2021/2022
Type
Samenvatting

Onderwerpen

Voorbeeld van de inhoud

ARGUMENTATIEVE VAARDIGHEDEN
HOOFDSTUK 1: STANDPUNTEN EN ARGUMENTEN

PARAGRAAF 1: STANDPUNTEN

Standpunt innemen over een zaak  je geeft je mening.
Voorbeeld: “Ik denk dat we beter niet naar het gala kunnen gaan.”

Signaalwoorden voor een standpunt:
 Ik vind, volgens mij, ik denk dat, mijn conclusie is dat, dus, daarom, kortom.

Er zijn drie soorten standpunten:
 Positief standpunt
 “Ik vind dat we als voorbereiding op het examen meer oude examens moeten maken.”
 Negatief standpunt
 “Volgens mij moeten we als voorbereiding op het examen niet meer oude examens
maken.”
 Standpunt van twijfel
 “Ik ben er nog niet uit of het goed is dat we als voorbereiding op het examen meer oude
examens moeten maken.”


PARAGRAAF 2: ARGUMENTEN, TEGENARGUMENTEN EN WEERLEGGINGEN

Met argumenten kun je je standpunt verdedigen of het standpunt van een ander aanvallen.

Signaalwoorden voor een argument:
 Want, omdat, namelijk, aangezien, immers.

Feitelijk argument = als iemand zijn standpunt ondersteunt met een feitelijke uitspraak.
Voorbeeld: “Ik ga liever niet mee naar Parijs (standpunt), want Parijs is een grote, dichtbevolkte stad
(argument).”

Waarderend argument = een waarderende uitspraak geeft aan dat iets (on)wenselijk, (on)gepast,
goed of slecht, mooi of lelijk is.
Voorbeeld: “Ik ga graag mee naar Parijs (standpunt), want Parijs heeft de mooiste musea van de hele
wereld (argument).”

 Met een tegenargument ontkracht je een standpunt.
 Met een weerlegging ontkracht je een (tegen)argument.

“De kans is groot dat ze je na je overlijden als orgaandonor zullen gebruiken (standpunt); ze zitten
immers te springen om donororganen (argument).”
 “Slechts één op de vijfduizend overledenen wordt gebruikt als orgaandonor (tegenargument).”

, “Ik wil niet meer naar Italië op vakantie (standpunt), want je kunt er in restaurants nauwelijks
vegetarische gerechten krijgen (argument).”
 “Wat een onzin: de Italiaanse keuken is juist beroemd om zijn groente- en kaasschotels
(weerlegging).”


HOOFDSTUK 2: ARGUMENTATIE

PARAGRAAF 1: ARGUMENTATIESCHEMA’S

Argumentatie = het geheel van argumenten en standpunt.
Argumentatieschema = de aard van het verband tussen argument(en) en standpunt.

Argumentatie op basis van:

 Oorzaak en gevolg: er wordt ervan uitgegaan dat een feit of gebeurtenis zal leiden tot een
ander feit of andere gebeurtenis.
 “Zijn vader is onlangs overleden (oorzaak en argument). Daardoor is voor hem op dit
moment zijn examen van minder belang (gevolg en standpunt).”

 Kenmerk of eigenschap: als alle onderdelen van een groep hetzelfde kenmerk hebben, dan
heeft één onderdeel van die groep dat kenmerk ook.
 “Jeroen is eigenlijk nog een groot kind (standpunt), want het liefst speelt hij nog met zijn
piratenlego (argument).”

 Voor- en nadelen: de voordelen worden vergeleken met de nadelen en op basis van de
uitkomst daarvan wordt er een oordeel uitgesproken.
 “Als je 4 havo overdoet, dan krijg je wel een goede basis om in 5 havo met goede cijfers te
slagen. Daar staat tegenover dat je het weliswaar heel zwaar krijgt als je overgaat naar 5
havo, maar dat je toch ook een kans hebt dat je meteen slaagt (argumenten). Als ik jou was,
zou ik het proberen in 5 havo (standpunt).”

 Voorbeelden: een standpunt ondersteunen door argumenten die voorbeelden zijn.
 “Je kunt absoluut niet op hem rekenen (standpunt). Zo kwam hij gisteren zonder af te
bellen niet opdagen en toen hij dat verjaardagscadeautje zou kopen, was hij dat ook
vergeten (argumenten).”

 Vergelijking: er wordt een vergelijking gemaakt tussen twee gevallen en er wordt een
overeenkomst geconstateerd; omdat het ene geval zo is, zal het bij het andere ook wel zo
zijn.
 “Als Geert meegaat, dan krijgen we ruzie (standpunt). De vorige keer dat hij meeging, liep
het ook uit de hand (argument).”

 Autoriteit: een standpunt wordt ondersteund door een uitspraak van een deskundige of een
gezaghebbende bron.
 “Het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft een negatief reisadvies voor de Krim
gegeven (argument). Ik zou als ik jou was niet op vakantie gaan naar de Krim (standpunt).”

Beoordelingen van geverifieerde kopers

Alle reviews worden weergegeven
2 jaar geleden

5,0

1 beoordelingen

5
1
4
0
3
0
2
0
1
0
Betrouwbare reviews op Stuvia

Alle beoordelingen zijn geschreven door echte Stuvia-gebruikers na geverifieerde aankopen.

Maak kennis met de verkoper

Seller avatar
De reputatie van een verkoper is gebaseerd op het aantal documenten dat iemand tegen betaling verkocht heeft en de beoordelingen die voor die items ontvangen zijn. Er zijn drie niveau’s te onderscheiden: brons, zilver en goud. Hoe beter de reputatie, hoe meer de kwaliteit van zijn of haar werk te vertrouwen is.
sophiefokkens
Bekijk profiel
Volgen Je moet ingelogd zijn om studenten of vakken te kunnen volgen
Verkocht
14
Lid sinds
3 jaar
Aantal volgers
13
Documenten
12
Laatst verkocht
2 weken geleden

5,0

5 beoordelingen

5
5
4
0
3
0
2
0
1
0

Recent door jou bekeken

Waarom studenten kiezen voor Stuvia

Gemaakt door medestudenten, geverifieerd door reviews

Kwaliteit die je kunt vertrouwen: geschreven door studenten die slaagden en beoordeeld door anderen die dit document gebruikten.

Niet tevreden? Kies een ander document

Geen zorgen! Je kunt voor hetzelfde geld direct een ander document kiezen dat beter past bij wat je zoekt.

Betaal zoals je wilt, start meteen met leren

Geen abonnement, geen verplichtingen. Betaal zoals je gewend bent via iDeal of creditcard en download je PDF-document meteen.

Student with book image

“Gekocht, gedownload en geslaagd. Zo makkelijk kan het dus zijn.”

Alisha Student

Veelgestelde vragen