Praktisch Internationaal Recht
Hoofdstuk 7
7.1
Na de Tweede Wereldoorlog wilde men een einde maken aan de ruzie tussen Europese landen en
werd gestreefd naar een duurzame vrede.
Europese Gemeenschap Kolen en Staal (EGKS) / Verdrag van Parijs:
- 1951 getekend door België, Frankrijk, BDR, Italië, Luxemburg en Nederland
- 1952 van kracht
- Supranationale organisatie waaraan de deelnemende lidstaten hun soevereiniteit afstanden.
Europese Economische Gemeenschap (EEG) & Euratom / Verdrag van Rome:
- 1957 ondertekend
- 1958 van kracht
- EEG = het oprichten van een gemeenschappelijke markt op het gebied van landbouw,
transport en handel.
- Euratom = het bevorderen van vreedzame toepassingen van kernenergie.
Europese Gemeenschappen (EG) / Fusieverdrag:
- 1965 ondertekend
- EG neemt de bestuurstaken van alle 3 organisaties (EGKS, EEG, Euratom) over.
- Ontstaan van de Commissie, Raad, Europees Parlement, Hof van Justitie.
In 1968 werden de douanerechten tussen de 6 lidstaten afgeschaft.
1973 = Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk treden toe.
1981 = Griekenland treedt toe.
1986 = Spanje en Portugal treden toe.
Er waren plannen voor een stappenplan om de Europese interne markt (vrij verkeer van goederen,
diensten en kapitaal).
- In 1986 werd dit opgenomen in de Europese Akte.
,Door de val van de Berlijnse muur (1989) kreeg Duitsland de kans om zich te verenigen.
Aanvankelijk waren Frankrijk en Groot-Brittannië bang dat Duitsland door eenwording te machtig zou
worden.
Anderzijds zou, door op Europees niveau samen te werken, de invloed van Duitsland minder zijn.
Duitsland was daarnaast een voorstander van de Europese munt (2002).
1990 = Duitsland werd weer één staat.
Verdrag van Maastricht:
- 1992 ondertekend
- 1993 van kracht
- De EU werd opgericht.
Dit verdrag introduceerde de pijlerstructuur van de EU:
- In de 1e pijler werd de Europese Economische Gemeenschappen geplaatst. Dit werd
veranderd in de Europese Gemeenschappen (supranationaal).
In deze pijler werden de nieuwe bepalingen over Europese Monetaire Unie toegevoegd.
- In de 2e pijler werd het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid (GBVB)
geplaatst (intergouvernementeel).
- In de 3e pijler werd de Samenwerking in Justitiële en Binnenlandse Zaken (SJBZ) geplaatst
(intergouvernementeel).
Het verdrag ging verder dan een economische samenwerking:
- Het begrip ‘Europees burgerschap’ werd geïntroduceerd
- De bevoegdheden van het Europees Parlement werden versterkt
- Er werden stappen gezet naar een Europese Monetaire Unie
Het Verdrag van Maastricht kwam tot stand toen Nederland voorzitter was van Raad van Ministers.
Dit is een belangrijke functie die elk halfjaar rouleert onder de lidstaten.
1995 = Oostenrijk, Finland en Zweden werden lid van de EU.
In totaal waren er toen 15 lidstaten!
, Verdrag van Amsterdam:
- 1997 ondertekend
- 1999 van kracht
- Er vonden meerdere veranderingen plaats:
o De pijlerstructuur bleef in stand, maar er vonden wel wijzigingen plaats:
In de 3e pijler werd een nieuw gebied toegevoegd = politiële en justitiële
samenwerking in strafzaken (PJSS).
Het gedeelte SJBZ verdween.
De onderdelen visa, asiel en immigratie werden toegevoegd aan de 1 e pijler
o Europees Parlement kreeg meer invloed op het maken van Europese wet- en
regelgeving, de medebeslissingsprocedure.
o De Eu kreeg een rol op het gebied van coördinatie van werkgelegenheidsstrategieën.
Nieuwe veranderingen in de pijlerstructuur:
Verdrag van Nice:
- 2001 ondertekend
- 2003 van kracht
- Wijzingen die te maken hadden met een uitbreiding van de EU met een aantal lidstaten.
2004 = Cyprus, Estland, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië
werden lid van de EU.
2007 = Bulgarije en Roemenië werden lid van de EU.
2013 = Kroatië werd lid van de EU.
Door deze toetredingen bestaat de EU nu uit 28 lidstaten!
In 2001 ontstond het initiatief voor het maken van een Europese grondwet.
In 2004 werd de ontwerptekst van een grondwet door staatshoofden en ministers aangenomen.
Tijdens het ratificatieproces strandde dit echter in Nederland en Denemarken.
In plaats van een Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor de Eu of het Grondwettelijke
Verdrag, werd in 2007 het Verdrag van Lissabon ondertekend.
Verdrag van Lissabon:
- 2007 ondertekend
- 2009 van kracht
- De pijlerstructuur van Maastricht en Amsterdam werd verlaten.
Hoofdstuk 7
7.1
Na de Tweede Wereldoorlog wilde men een einde maken aan de ruzie tussen Europese landen en
werd gestreefd naar een duurzame vrede.
Europese Gemeenschap Kolen en Staal (EGKS) / Verdrag van Parijs:
- 1951 getekend door België, Frankrijk, BDR, Italië, Luxemburg en Nederland
- 1952 van kracht
- Supranationale organisatie waaraan de deelnemende lidstaten hun soevereiniteit afstanden.
Europese Economische Gemeenschap (EEG) & Euratom / Verdrag van Rome:
- 1957 ondertekend
- 1958 van kracht
- EEG = het oprichten van een gemeenschappelijke markt op het gebied van landbouw,
transport en handel.
- Euratom = het bevorderen van vreedzame toepassingen van kernenergie.
Europese Gemeenschappen (EG) / Fusieverdrag:
- 1965 ondertekend
- EG neemt de bestuurstaken van alle 3 organisaties (EGKS, EEG, Euratom) over.
- Ontstaan van de Commissie, Raad, Europees Parlement, Hof van Justitie.
In 1968 werden de douanerechten tussen de 6 lidstaten afgeschaft.
1973 = Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk treden toe.
1981 = Griekenland treedt toe.
1986 = Spanje en Portugal treden toe.
Er waren plannen voor een stappenplan om de Europese interne markt (vrij verkeer van goederen,
diensten en kapitaal).
- In 1986 werd dit opgenomen in de Europese Akte.
,Door de val van de Berlijnse muur (1989) kreeg Duitsland de kans om zich te verenigen.
Aanvankelijk waren Frankrijk en Groot-Brittannië bang dat Duitsland door eenwording te machtig zou
worden.
Anderzijds zou, door op Europees niveau samen te werken, de invloed van Duitsland minder zijn.
Duitsland was daarnaast een voorstander van de Europese munt (2002).
1990 = Duitsland werd weer één staat.
Verdrag van Maastricht:
- 1992 ondertekend
- 1993 van kracht
- De EU werd opgericht.
Dit verdrag introduceerde de pijlerstructuur van de EU:
- In de 1e pijler werd de Europese Economische Gemeenschappen geplaatst. Dit werd
veranderd in de Europese Gemeenschappen (supranationaal).
In deze pijler werden de nieuwe bepalingen over Europese Monetaire Unie toegevoegd.
- In de 2e pijler werd het Gemeenschappelijk Buitenlands- en Veiligheidsbeleid (GBVB)
geplaatst (intergouvernementeel).
- In de 3e pijler werd de Samenwerking in Justitiële en Binnenlandse Zaken (SJBZ) geplaatst
(intergouvernementeel).
Het verdrag ging verder dan een economische samenwerking:
- Het begrip ‘Europees burgerschap’ werd geïntroduceerd
- De bevoegdheden van het Europees Parlement werden versterkt
- Er werden stappen gezet naar een Europese Monetaire Unie
Het Verdrag van Maastricht kwam tot stand toen Nederland voorzitter was van Raad van Ministers.
Dit is een belangrijke functie die elk halfjaar rouleert onder de lidstaten.
1995 = Oostenrijk, Finland en Zweden werden lid van de EU.
In totaal waren er toen 15 lidstaten!
, Verdrag van Amsterdam:
- 1997 ondertekend
- 1999 van kracht
- Er vonden meerdere veranderingen plaats:
o De pijlerstructuur bleef in stand, maar er vonden wel wijzigingen plaats:
In de 3e pijler werd een nieuw gebied toegevoegd = politiële en justitiële
samenwerking in strafzaken (PJSS).
Het gedeelte SJBZ verdween.
De onderdelen visa, asiel en immigratie werden toegevoegd aan de 1 e pijler
o Europees Parlement kreeg meer invloed op het maken van Europese wet- en
regelgeving, de medebeslissingsprocedure.
o De Eu kreeg een rol op het gebied van coördinatie van werkgelegenheidsstrategieën.
Nieuwe veranderingen in de pijlerstructuur:
Verdrag van Nice:
- 2001 ondertekend
- 2003 van kracht
- Wijzingen die te maken hadden met een uitbreiding van de EU met een aantal lidstaten.
2004 = Cyprus, Estland, Letland, Litouwen, Hongarije, Malta, Polen, Slovenië, Slowakije en Tsjechië
werden lid van de EU.
2007 = Bulgarije en Roemenië werden lid van de EU.
2013 = Kroatië werd lid van de EU.
Door deze toetredingen bestaat de EU nu uit 28 lidstaten!
In 2001 ontstond het initiatief voor het maken van een Europese grondwet.
In 2004 werd de ontwerptekst van een grondwet door staatshoofden en ministers aangenomen.
Tijdens het ratificatieproces strandde dit echter in Nederland en Denemarken.
In plaats van een Verdrag tot vaststelling van een Grondwet voor de Eu of het Grondwettelijke
Verdrag, werd in 2007 het Verdrag van Lissabon ondertekend.
Verdrag van Lissabon:
- 2007 ondertekend
- 2009 van kracht
- De pijlerstructuur van Maastricht en Amsterdam werd verlaten.
