Psychose.
Onder een psychose verstaan we een toestandsbeeld met stoornissen in het
denken, de zintuiglijke waarneming en het handelen. Beleving en gedachten
worden onvoldoende getoetst aan de werkelijkheid: de realiteitstoetsing is
gestoord. Het gedrag van mensen met een psychose is vaak inadequaat,
chaotisch of gedesorganiseerd. Verder neigen ze vaak tot vreemde oninvoelbare
communicatie. Er zijn positieve symptomen – die duidelijk aanwezig zijn – en
negatieve symptomen – die enkel opvallen, door afwezigheid van ‘normaal’
gedrag.
Psychotische symptomen zijn:
Positieve symptomen verstoring of overmaat van normale functie
- Formele denkstoornissen
Stoornissen in de vorm van denken, zoals chaotisch, onlogisch, versneld,
verhoogd associatief (van de hak op de tak), etc.
- Inhoudelijke denkstoornissen
Stoornissen in de inhoud van denken. De betrokkene heeft hier last van wanen.
Een waan is een onjuiste overtuiging over de werkelijkheid die niet te corrigeren
is. Voorbeelden zijn: armoedewaan, grootheidswaan, godsdienstwaan
(extreme, niet gangbare geloofsovertuigingen), betrekkingswaan (alledaagse
feiten op jezelf betrekken –bv. de tekst in de krant is voor JOU bedoelt-),
achtervolgingswaan, paranoïde (sterk achterdochtig), vergiftigingswaan,
seksuele betrekkingswaan (onterecht veronderstellen dat iemand verliefd op
hem is), jaloersheidwaan en de waan van het somatische type(onterecht
overtuigd zijn dat betrokkene ziek is).
- Hallucinaties
Zintuiglijke waarnemingen zonder dat er een prikkel is die aanleiding geeft tot
deze waarneming. Voorbeelden zijn visuele (gezichts-) hallucinaties,
akoestische (gehoors-) hallucinaties, imperatieve hallucinaties (stemmen
die dwingende opdrachten geven), haptische (gevoels-) hallucinaties,
gustatoire (smaak-) hallucinaties, olfactoire (reuk-) hallucinaties.
- Illusies
Zintuiglijke vervalsingen. Voorbeelden zijn: visuele illusie (van een pluisje een
beestje maken), akoestische illusie (een geluid van een auto is een
bomexplosie), etc.
- Katatonie
Toestand met specifieke bewegingsstoornissen/motorische symptomen. Er
bestaat vaak een afwisseling tussen langdurige onbeweeglijkheid en juist
overmatige doelloze beweeglijkheid. Voorbeelden hierbij zijn Katalepsie (tijdelijk
verlies van controle over aansturing van spieren), Flexibilitas cerea
( wasachtige beweeglijkheid), echolalie (‘papegaaien’), echopraxie (handelen
van een ander imiteren).
Negatieve symptomen verminderen of verdwijnen van normale functie
- Initiatiefverlies en apathie
Niet of nauwelijks tot zinvolle activiteiten komen.
- Affectvervlakking