Samenvatting Adding Value
Het businessmodel helpt je waarde creëren voor je business.
Het waarde propositie canvas helpt je waarde te creëren voor je klanten.
Een businessmodel beschrijft de grondgedachte van hoe een organisatie waarde creëert,
levert en behoudt.
Het is een gedeelde taal om businessmodellen te beschrijven, visualiseren, onderzoeken en
veranderen.
Het BMC bestaat uit 9 bouwstenen met 4 hoofdgebieden: klanten, aanbod, infrastructuur en
financiële levensvatbaarheid.
1. Klantsegmenten
Voor wie creëren we waarde? Wie zijn onze belangrijkste klanten?
Definieert de verschillende groepen mensen of organisaties die een onderneming wil
bereiken en bedienen.
- Massamarkt: er wordt geen onderscheid gemaakt tussen verschillende klantsegmenten.
Er is een grote groep met vergelijkbare behoeften en problemen (elektronicabranche)
- Nichemarkt: bedienen specifieke, gespecialiseerde klantsegmenten en zijn speciaal op
een specifiek segment afgestemd (fabrikanten van auto-onderdelen)
- Gesegmenteerd: marktsegmenten met net iets verschillende behoeften en problemen.
Vergelijkebare, maar net iets verschillende behoeften
- Gediversifieerd: bedienen van twee niet met elkaar samenhangende klantsegmenten met
zeer verschillende behoeften en problemen (Amazon met Cloud computing)
- Multi-sided platforms (multi-sided markten): bedienen van twee of meer onderlinge
afhankelijke klantsegmenten. Beide klanten zijn nodig om het businessmodel te laten
werken (Creditcardbedrijven met klanten en winkeliers)
2. Waardeproposities
Welke waarde leveren we aan de klant? Welk probleem van onze klanten helpen we
oplossen? In welke klantbehoefte voorzien we? Welke bundels van producten en diensten
beden we aan elk klantsegment?
Beschrijft de bundel van producten en diensten die waarde creëert voor een specifiek
klantsegment. Het is de reden waarom klanten het ene bedrijf boven het andere bedrijf
kiezen. Voordelen die een bedrijf de klant biedt.
, - Nieuwheid: producten die klanten niet eerder hadden waargenomen, omdat er geen
vergelijkbaar aanbod was (mobiele telefoons)
- Performance: het verbeteren van de product- of dienstperformance (PC die sneller
werken)
- Customization: het op maat afstemmen van producten en diensten op de specifieke
behoeften van de individuele klanten of klantsegmenten (Nike schoen)
- De klus klaren: de klant helpen om een bepaalde taak af te ronden (Rolls-Royce vliegtuig)
- Ontwerp: waarde creëren door een superieur ontwerp (modebranche of elektronica)
- Merk/status: waarde creëren door het laten zien van een bepaald merk (Rolex status)
- Prijs: het bieden van gelijke waarde voor een lagere prijs is een gangbare manier om in
behoeften van prijsgevoelige klantsegmenten te voorzien (Ryanair)
- Kostenbeperking: klanten helpen om kosten te besparen
- Risicobeperking: klanten hechten waarde aan beperking van de risico’s die ze lopen
wanneer ze producten of diensten kopen (tweedehandsauto)
- Toegankelijkheid: producten en diensten beschikbaar maken voor klanten die daar
voorheen geen toegang toe hadden (privéjet)
- Gemak/bruikbaarheid: zaken gemakkelijker maken of eenvoudiger te gebruiken (IPod)
3. Kanalen
Via welke kanalen willen onze klantsegmenten worden bereikt? Hoe bereiken we ze nu? Hoe
zijn onze kanalen geïntegreerd? Welke werken het beste? Welke zijn het meest kost efficiënt?
Hoe integreren we ze met klantroutines?
Beschrijft hoe een bedrijf met zijn klantsegment communiceert en ze bereikt om een waarde
propositie te leveren. Communicatie, distributie en verkoopkanalen vormen het raakvlak van
een bedrijf met zijn klanten.
Bij de kanalen kunnen we onderscheid maken tussen eigen kanalen en partnerkanalen.
Eigen kanalen hebben lagere marges, maar zijn meestal duurder. Partnerkanalen hebben
hogere marges, maar hebben een groter bereik en veel mogelijkheden. De combinatie
tussen deze twee is cruciaal.
Het businessmodel helpt je waarde creëren voor je business.
Het waarde propositie canvas helpt je waarde te creëren voor je klanten.
Een businessmodel beschrijft de grondgedachte van hoe een organisatie waarde creëert,
levert en behoudt.
Het is een gedeelde taal om businessmodellen te beschrijven, visualiseren, onderzoeken en
veranderen.
Het BMC bestaat uit 9 bouwstenen met 4 hoofdgebieden: klanten, aanbod, infrastructuur en
financiële levensvatbaarheid.
1. Klantsegmenten
Voor wie creëren we waarde? Wie zijn onze belangrijkste klanten?
Definieert de verschillende groepen mensen of organisaties die een onderneming wil
bereiken en bedienen.
- Massamarkt: er wordt geen onderscheid gemaakt tussen verschillende klantsegmenten.
Er is een grote groep met vergelijkbare behoeften en problemen (elektronicabranche)
- Nichemarkt: bedienen specifieke, gespecialiseerde klantsegmenten en zijn speciaal op
een specifiek segment afgestemd (fabrikanten van auto-onderdelen)
- Gesegmenteerd: marktsegmenten met net iets verschillende behoeften en problemen.
Vergelijkebare, maar net iets verschillende behoeften
- Gediversifieerd: bedienen van twee niet met elkaar samenhangende klantsegmenten met
zeer verschillende behoeften en problemen (Amazon met Cloud computing)
- Multi-sided platforms (multi-sided markten): bedienen van twee of meer onderlinge
afhankelijke klantsegmenten. Beide klanten zijn nodig om het businessmodel te laten
werken (Creditcardbedrijven met klanten en winkeliers)
2. Waardeproposities
Welke waarde leveren we aan de klant? Welk probleem van onze klanten helpen we
oplossen? In welke klantbehoefte voorzien we? Welke bundels van producten en diensten
beden we aan elk klantsegment?
Beschrijft de bundel van producten en diensten die waarde creëert voor een specifiek
klantsegment. Het is de reden waarom klanten het ene bedrijf boven het andere bedrijf
kiezen. Voordelen die een bedrijf de klant biedt.
, - Nieuwheid: producten die klanten niet eerder hadden waargenomen, omdat er geen
vergelijkbaar aanbod was (mobiele telefoons)
- Performance: het verbeteren van de product- of dienstperformance (PC die sneller
werken)
- Customization: het op maat afstemmen van producten en diensten op de specifieke
behoeften van de individuele klanten of klantsegmenten (Nike schoen)
- De klus klaren: de klant helpen om een bepaalde taak af te ronden (Rolls-Royce vliegtuig)
- Ontwerp: waarde creëren door een superieur ontwerp (modebranche of elektronica)
- Merk/status: waarde creëren door het laten zien van een bepaald merk (Rolex status)
- Prijs: het bieden van gelijke waarde voor een lagere prijs is een gangbare manier om in
behoeften van prijsgevoelige klantsegmenten te voorzien (Ryanair)
- Kostenbeperking: klanten helpen om kosten te besparen
- Risicobeperking: klanten hechten waarde aan beperking van de risico’s die ze lopen
wanneer ze producten of diensten kopen (tweedehandsauto)
- Toegankelijkheid: producten en diensten beschikbaar maken voor klanten die daar
voorheen geen toegang toe hadden (privéjet)
- Gemak/bruikbaarheid: zaken gemakkelijker maken of eenvoudiger te gebruiken (IPod)
3. Kanalen
Via welke kanalen willen onze klantsegmenten worden bereikt? Hoe bereiken we ze nu? Hoe
zijn onze kanalen geïntegreerd? Welke werken het beste? Welke zijn het meest kost efficiënt?
Hoe integreren we ze met klantroutines?
Beschrijft hoe een bedrijf met zijn klantsegment communiceert en ze bereikt om een waarde
propositie te leveren. Communicatie, distributie en verkoopkanalen vormen het raakvlak van
een bedrijf met zijn klanten.
Bij de kanalen kunnen we onderscheid maken tussen eigen kanalen en partnerkanalen.
Eigen kanalen hebben lagere marges, maar zijn meestal duurder. Partnerkanalen hebben
hogere marges, maar hebben een groter bereik en veel mogelijkheden. De combinatie
tussen deze twee is cruciaal.