T-toets voor één gemiddelde
Assumpties voor het uitvoeren van een t-toets:
- De steekproef moet op aselecte wijze zijn getrokken en de scores moeten onderling
onafhankelijk zijn
- De populatie moet normaal verdeeld zijn, of de steekproefgrootte is groter dan 30
o Om dit na te gaan moet je eerst een nieuwe variabele maken. Dit doe je via
Transform Compute Variable. Geef je variabele passende naam en geef aan hoe
de nieuwe variabele berekend wordt (ALLEEN BIJ GEPAARDE METINGEN ANDERS
DEZE STAP OVER SLAAN!)
o Vraag nu een histogram op van de nieuwe variabele die de verschilscores
weergeeft. Dit kan via Analyze Descriptive Statistics Frequencies Charts of
via Graphs Chartbuilder.
Opvragen
- Analyze Compare Means One Sample T-test
- Selecteer de variabele
- Vul bij Test Value de waarde in waarmee je de nieuwe scores gaat vergelijken (H 0)
- Onder Options kun het %-betrouwbaarheidsinterval opgeven.
o Deze staat standaard op 95% (bij tweezijdig toetsen een α van .05)
Om de eenzijdige overschrijdingskans te verkrijgen kun je de tweezijdige
overschrijdingskans door twee delen.
- Op Ok/paste drukken
o In het geval van paste, stuk syntax selecteren en op de groene driehoek klikken of
het volledig runnen
Bij het opvragen van een t-toets in SPSS krijg je drie outputtabellen.
1. De eerste tabel heet One-Sample Statistics en geeft informatie over
a. De grootte van de steekproef (N)
b. Het gemiddelde
c. De standaarddeviatie
d. Standaardfout
2. De derde tabel heet One-Sample Test en geeft informatie over
a. De waarde van t
b. Het aantal vrijheidsgraden (df N-1)
c. De tweezijdige overschrijdingskans (Sig. 2-tailed)
d. Betrouwbaarheidsinterval
i. De berekening van het betrouwbaarheidsinterval voor het
populatiegemiddelde bij de t-toets voor één gemiddelde wijkt af van hoe we
dit met de hand berekenen
ii. In SPSS wordt het betrouwbaarheidsinterval niet rondom het
steekproefgemiddelde geconstrueerd, maar rondom het verschil tussen het
steekproefgemiddelde en de waarde van het populatiegemiddelde volgens
de nulhypothese
e. 'Mean Difference' geeft het verschil tussen het steekproefgemiddelde en de waarde
van het populatiegemiddelde volgens de nulhypothese: X−μ0
, Een beslissing nemen over de nulhypothese op basis van de output van SPSS kan op drie manieren
1. Met de overschrijdingskans
a. Overschrijdingskans in de One Sample Test Tabel < α je mag de nulhypothese
verwerpen
b. Als je eenzijdig toetst, vergelijk je de eenzijdige overschrijdingskans met de gekozen
α.
2. Met het betrouwbaarheidsinterval
a. Ligt de waarde 0 niet in het interval je mag de nulhypothese verwerpen
3. Met de t uit de One Sample Test tabel
a. Vergelijk de t met de juiste kritieke t-waarde. Hiervoor is wel een t-tabel nodig
T-toets voor afhankelijke/gepaarde meting
- Analyze Compare Means Paired Samples T-Test
- Selecteer de variabelen waarvan je wilt weten of er een verschil in gemiddelden is
- Onder Options kun het %-betrouwbaarheidsinterval opgeven.
o Deze staat standaard op 95% (bij tweezijdig toetsen een α van .05)
Om de eenzijdige overschrijdingskans te verkrijgen kun je de tweezijdige
overschrijdingskans door twee delen.
- Op Ok/paste drukken
o In het geval van paste, stuk syntax selecteren en op de groene driehoek klikken of
het volledig runnen
Bij het opvragen van een t-toets in SPSS krijg je drie outputtabellen.
1. De eerste tabel heet One-Sample Statistics en geeft informatie over
a. De grootte van de steekproef (N)
b. Het gemiddelde
c. De standaarddeviatie
d. Standaardfout van de losse variablen
2. De tweede tabel heet de Paired Samples Test Correlations en geeft informatie over:
a. De correlatie tussen scores op beide variablen
3. De derde tabel heet Paired Sample Test en geeft informatie over
a. De waarde van t
b. Het aantal vrijheidsgraden (df N-1)
c. De tweezijdige overschrijdingskans (Sig. 2-tailed)
d. Betrouwbaarheidsinterval voor het verschil in gemiddelden in de populatie
i. De berekening van het betrouwbaarheidsinterval voor het
populatiegemiddelde bij de t-toets voor één gemiddelde wijkt af van hoe we
dit met de hand berekenen
ii. In SPSS wordt het betrouwbaarheidsinterval niet rondom het
steekproefgemiddelde geconstrueerd, maar rondom het verschil tussen het
steekproefgemiddelde en de waarde van het populatiegemiddelde volgens
de nulhypothese
e. 'Mean Difference' geeft het verschil tussen het steekproefgemiddelde en de waarde
van het populatiegemiddelde volgens de nulhypothese: X−μ0
f. De standaarddeviatie van de verschilscores
g. De standaardfout voor het gemiddelde van de verschilscores (het verschil in
gemiddelden)