MEDISCHE EN
TANDHEELKUNDIGE
VAKKENNIS 3
SAMENVATTING COLLEGES + SAMENVATTING SOCRATIVES
MONDZORGKUNDE AMSTERDAM
JAAR 1
,Medische en tandheelkundige vakkennis 3
College 1 Bacteriën
Microbiologie is belangrijk om processen in de mondholte te kunne begrijpen (o.a. het ontstaan. Van
cariës en paro)
Microbiologie is belangrijk om ziekteprocessen te kunnen begrijpen waar rekening mee moet
worden gehouden bij thk-behandelingen
Indeling organismen
- Prokaryoten: geen celkern (archaea en bacteriën)
- Eukaryoten: celkern (eucarya; o.a. planten, dieren, schimmels en protozoa)
- Virussen ontbreken
Bacteriën
Vorm: bepaald door stugge wand
- Coccen: bolvormig
- Bacillen: staafvormig
- Spirocheten: spiraalvormig
- Pleomorf: variabele vorm
Rangschikking:
- Paren: diplo-
- Ketens: stepto-
- Druiventrossen: stafylo-
- Hoeken: corynebacterium
Grootte: ca. 0.2 – 5
Structuur bacteriën
- Celwand: omringt protoplast
- Geeft stugheid
- Permeabel voor kleine stoffen
- Gram positief:
- Dikke peptidoglycaan laag
- Gram negatief:
- Dunne peptidoglycaan laag
- Buiten membraan met o.a. lipopolysacharide (LPS)
- Bevat poriën à transport hydrofiele moleculen
- Endotoxine: toxisch (giftig) onderdeel van LPS
- Periplasmatische ruimte (periplasma): ruimte tussen 2 membranen
- Glycocalyx (slijmlaag):
- Polysacharide laag
- Hechting/bevordert vorming biofilm
- Capsule:
- Gel-achtige laag van polysacharide of soms eiwit
- Belangrijk voor: adhesie, remming fagocytose, identificatie en gebruik als antigeen in vaccin
- Flagel: zweepvormig organel voor beweging
- Fragellin eiwit
- ‘Propeller’ à beweging
- Fimbrium (fimbia) en pilus (pili): haarachtige structuren
- Korter dan flagel
- Pilus: pilin eiwit; adhesie bacterie/uitwisseling DNA
,Gram kleuring:
- Hitte fixatie
- Kristal violet (paars)
- Wassen
- Lugol oplossing (jodium en kaliumjodide in water)
- Wassen
- Ontkleuren met aceton of alcohol
- Wassen
- Tegenkleuren met fuchsineoplossing (roze)
- Wassen en drogen
à Gram-positieve bacteriën: paars/ blauw-zwart
à Gram-negatieve bacteriën: roze
Celmembraan: fosfolipide bilaag met receptoren en andere eiwitten
- Actief transport en selectieve diffusie moleculen
- Synthese celwand precursors
- Secretie enzymen en toxinen
Cytoplasma:
- Genetisch materiaal (nucleoïd) à chromosoom
- Ribosomen à eiwitsynthese
- Inclusies (insluitsels) à opslag energie
Bacteriële sporen:
- Vorming: bij te kort aan voedingsstoffen
- Bevat:
- DNA - Water (heel weinig)
- Cytoplasma - Dikke keratine-achtige laag
- Celmembraan - Calcium
- Peptidoglycaan (cortex)
Taxonomie: systematische classificatie van organismen
- Genotypische classificatie:
- DNA-homologie
- Fenotypische classificatie:
- Morfologie - Biochemische reacties
- Kleuringseigenschappen - Antigeen structuren
- Kweekconditie
Domein-rijk-stam-klasse-orde-familie-geslacht-soort
- Bacterie naam: combi van geslacht- en soortnaam (cursief)
Bacteriële fysiologie
Voedingseisen bacteriën:
- Zuurstof en waterstof (bron: water)
- Aerobe bacteriën: zuurstof essentieel
- Anaerobe bacteriën: zuurstof remmende factor
- Koolstof
- Autotrofe bacteriën: vrij levende bacteriën à bron_ CO2
- Heterotrofe bacteriën: parasitaire bacteriën à bron: complexe organische verbindingen
(molecuul met koolstof (C) – waterstof (H) verbinding
- Anorganische ionen
, - Organische voedingsstoffen
- Koolhydraten
- Aminozuren
- Vitaminen, purinen en pyrimidinen
Reproductie
Vermenigvuldiging door deling
- Lag-fase: aanpassing
- Logaritmische fase: snelle celdeling
- Stationaire fase: balans tussen nieuwe bacteriën + stervende bacteriën
- Afstervingsfase: afname aantal levende bacteriën
Regulatie groei
- Bacteriegroei: m.n. gereguleerd door aanwezigheid van voedingsstoffen
- Groei snelheid aangepast door:
- Intracellulaire factoren
- Extracellulaire factoren:
- Tempratuur
- Mesofiele bacteriën (groeien tussen 25 en 40oC)
- Thermofiele bacteriën (groeien tussen 55 en 90oC)
- Psychrofiele bacteriën (groeien onder 20oC)
- pH
- Zuurstof
Aerobe en anaerobe groei
Bacteriegroei in zuurstof-omgeving:
1. Obligaat (strikte) aerobe:
Zuurstof nodig voor energieproductie
2. Obligaat (strikte) anaerobe:
Groeien niet in aanwezigheid van zuurstof
3. Facultatief anaerobe:
Zuurstof aanwezig: gebruik voor energieproductie
Onvoldoende zuurstof: fermentatie voor energieproductie
4. Microaerofielen:
Groeien onder lage zuurstofconcentratie (zuurstof nodig)
5. Capnofielen:
Groeien onder verhoogde koolstofdioxide concentratie
Bacteriële genetica
- Bacterieel chromosoom:
- Enkele continue circulaire DNA streng
- Bacteriën zijn haploïd (een kopie van elk gen)
Genotypische variatie (mutatie):
- Genotypische verandering (blijvende verandering in het genoom)
- Geen gevolg van een verandering in het milieu à wel selectie door milieu
- Irreversibel
Mutatie zijn toevallige veranderingen in het genoom
Het milieu is niet de oorzaak van de mutatie
Wanneer een mutatie gunstig is voor het organisme hebben organismen met deze mutatie een
voordeel waardoor het aantal organisme met deze mutatie zal toenemen (selectie door milieu)
TANDHEELKUNDIGE
VAKKENNIS 3
SAMENVATTING COLLEGES + SAMENVATTING SOCRATIVES
MONDZORGKUNDE AMSTERDAM
JAAR 1
,Medische en tandheelkundige vakkennis 3
College 1 Bacteriën
Microbiologie is belangrijk om processen in de mondholte te kunne begrijpen (o.a. het ontstaan. Van
cariës en paro)
Microbiologie is belangrijk om ziekteprocessen te kunnen begrijpen waar rekening mee moet
worden gehouden bij thk-behandelingen
Indeling organismen
- Prokaryoten: geen celkern (archaea en bacteriën)
- Eukaryoten: celkern (eucarya; o.a. planten, dieren, schimmels en protozoa)
- Virussen ontbreken
Bacteriën
Vorm: bepaald door stugge wand
- Coccen: bolvormig
- Bacillen: staafvormig
- Spirocheten: spiraalvormig
- Pleomorf: variabele vorm
Rangschikking:
- Paren: diplo-
- Ketens: stepto-
- Druiventrossen: stafylo-
- Hoeken: corynebacterium
Grootte: ca. 0.2 – 5
Structuur bacteriën
- Celwand: omringt protoplast
- Geeft stugheid
- Permeabel voor kleine stoffen
- Gram positief:
- Dikke peptidoglycaan laag
- Gram negatief:
- Dunne peptidoglycaan laag
- Buiten membraan met o.a. lipopolysacharide (LPS)
- Bevat poriën à transport hydrofiele moleculen
- Endotoxine: toxisch (giftig) onderdeel van LPS
- Periplasmatische ruimte (periplasma): ruimte tussen 2 membranen
- Glycocalyx (slijmlaag):
- Polysacharide laag
- Hechting/bevordert vorming biofilm
- Capsule:
- Gel-achtige laag van polysacharide of soms eiwit
- Belangrijk voor: adhesie, remming fagocytose, identificatie en gebruik als antigeen in vaccin
- Flagel: zweepvormig organel voor beweging
- Fragellin eiwit
- ‘Propeller’ à beweging
- Fimbrium (fimbia) en pilus (pili): haarachtige structuren
- Korter dan flagel
- Pilus: pilin eiwit; adhesie bacterie/uitwisseling DNA
,Gram kleuring:
- Hitte fixatie
- Kristal violet (paars)
- Wassen
- Lugol oplossing (jodium en kaliumjodide in water)
- Wassen
- Ontkleuren met aceton of alcohol
- Wassen
- Tegenkleuren met fuchsineoplossing (roze)
- Wassen en drogen
à Gram-positieve bacteriën: paars/ blauw-zwart
à Gram-negatieve bacteriën: roze
Celmembraan: fosfolipide bilaag met receptoren en andere eiwitten
- Actief transport en selectieve diffusie moleculen
- Synthese celwand precursors
- Secretie enzymen en toxinen
Cytoplasma:
- Genetisch materiaal (nucleoïd) à chromosoom
- Ribosomen à eiwitsynthese
- Inclusies (insluitsels) à opslag energie
Bacteriële sporen:
- Vorming: bij te kort aan voedingsstoffen
- Bevat:
- DNA - Water (heel weinig)
- Cytoplasma - Dikke keratine-achtige laag
- Celmembraan - Calcium
- Peptidoglycaan (cortex)
Taxonomie: systematische classificatie van organismen
- Genotypische classificatie:
- DNA-homologie
- Fenotypische classificatie:
- Morfologie - Biochemische reacties
- Kleuringseigenschappen - Antigeen structuren
- Kweekconditie
Domein-rijk-stam-klasse-orde-familie-geslacht-soort
- Bacterie naam: combi van geslacht- en soortnaam (cursief)
Bacteriële fysiologie
Voedingseisen bacteriën:
- Zuurstof en waterstof (bron: water)
- Aerobe bacteriën: zuurstof essentieel
- Anaerobe bacteriën: zuurstof remmende factor
- Koolstof
- Autotrofe bacteriën: vrij levende bacteriën à bron_ CO2
- Heterotrofe bacteriën: parasitaire bacteriën à bron: complexe organische verbindingen
(molecuul met koolstof (C) – waterstof (H) verbinding
- Anorganische ionen
, - Organische voedingsstoffen
- Koolhydraten
- Aminozuren
- Vitaminen, purinen en pyrimidinen
Reproductie
Vermenigvuldiging door deling
- Lag-fase: aanpassing
- Logaritmische fase: snelle celdeling
- Stationaire fase: balans tussen nieuwe bacteriën + stervende bacteriën
- Afstervingsfase: afname aantal levende bacteriën
Regulatie groei
- Bacteriegroei: m.n. gereguleerd door aanwezigheid van voedingsstoffen
- Groei snelheid aangepast door:
- Intracellulaire factoren
- Extracellulaire factoren:
- Tempratuur
- Mesofiele bacteriën (groeien tussen 25 en 40oC)
- Thermofiele bacteriën (groeien tussen 55 en 90oC)
- Psychrofiele bacteriën (groeien onder 20oC)
- pH
- Zuurstof
Aerobe en anaerobe groei
Bacteriegroei in zuurstof-omgeving:
1. Obligaat (strikte) aerobe:
Zuurstof nodig voor energieproductie
2. Obligaat (strikte) anaerobe:
Groeien niet in aanwezigheid van zuurstof
3. Facultatief anaerobe:
Zuurstof aanwezig: gebruik voor energieproductie
Onvoldoende zuurstof: fermentatie voor energieproductie
4. Microaerofielen:
Groeien onder lage zuurstofconcentratie (zuurstof nodig)
5. Capnofielen:
Groeien onder verhoogde koolstofdioxide concentratie
Bacteriële genetica
- Bacterieel chromosoom:
- Enkele continue circulaire DNA streng
- Bacteriën zijn haploïd (een kopie van elk gen)
Genotypische variatie (mutatie):
- Genotypische verandering (blijvende verandering in het genoom)
- Geen gevolg van een verandering in het milieu à wel selectie door milieu
- Irreversibel
Mutatie zijn toevallige veranderingen in het genoom
Het milieu is niet de oorzaak van de mutatie
Wanneer een mutatie gunstig is voor het organisme hebben organismen met deze mutatie een
voordeel waardoor het aantal organisme met deze mutatie zal toenemen (selectie door milieu)