Samenvatting: Biologie (4de middelbaar)

Biologie
Thema 1: Samenhang tussen stelsels

1. Relaties tussen stelsels




Spijsverteringsstelsel
Uitscheidingsstelsel Voortplantingsstelsel man




Ademhalingsstelsel bloedvatenstelsel Beenderstelsel




Besluit:

1. Als we wandelen, werkt ons spierstelsel samen met het skelet.

2. Ons spierstelsel werkt samen met het zenuwstelsel, zodat we kunnen anticiperen op
veranderingen.

, 3. Bij een inspanning van ons spierstelsel helpt het ademhalingsstelsel om extra zuurstofgas
aan te voeren.

4. Bij een inspanning van het spierstelsel helpt het bloedvatenstelsel om de nodige stoffen
aan te voeren.


 Het spijsverteringsstelsel + bloedvatenstelsel = voedingsstoffen of nutriënten
transporteren.

 Het bloedvatenstelsel werkt samen met de rest van het lichaam = geabsorbeerde
nutriënten naar de weefsels transporteren

 Bloedvatenstelsel + ademhalingsstelsel = zuurstofgas en koolstofdioxide




Oefeningen:

Chemische elementen -> moleculen -> cellen -> weefsel -> organen -> stelsel -> organisme


1. Ons lichaam is opgebouwd uit meerdere stelsels. Wat is het nut?

Om te overleven moet een cel stoffen uitwisselen met zijn omgeving. De cellen in ons
lichaam staan niet rechtstreeks in contact met de buitenwereld, dus zijn er structuren
nodig die voor transport naar binnen en buiten zorgen.


Bloedvatenstelsel Nutriënten/zuurstofgas Weefsels
Ademhalingsstelsel Zuurstofgas Bloedvatenstelsel
Spierstelsel Rechtstreeks Beenderstelsel
Hormonaal stelsel Hormonen Voortplantingsstelsel
Ademhalingsstelsel Zuurstofgas Spierstelsel
Weefsels CO2 Bloedvatenstelsel
Spijsverteringsstelse
Nutriënten Bloedvatenstelsel
l
Zenuwstelsel Signalen Spierstelsel
Beenderstelsel Rechtstreeks Spierstelsel
Bloedvatenstelsel CO2 Ademhalingsstelsel
Bloedvatenstelsel Afvalstoffen Uitscheidingsstelsel