Samenvatting Management Control
Hoofdstuk 1
1.1
Elke onderneming stippelt voor 3 tot 5 jaar een beleid uit. Managers moeten dit beleid uitvoeren
en doelstellingen realiseren.
Management Control: beïnvloeden gedrag van managers zodat organisatiedoelstellingen
worden gerealiseerd. Houdt zich bezig met interne organisatie.
Strategic Control: is de strategie nog valide? Houdt zich bezig met omgeving organisatie.
Task Control: werkvloer, worden de taken op de juiste wijze uitgevoerd.
Management Control krijgt gestalte door ontwerpen Management Control Systeem.
MCS van Merchant en Van der Stede (2007):
1. Result Controls
Gericht op het behalen van resultaten, realiseren van doelstellingen. Effectiviteit van
resultaatmaatstaven bepaald door mate waarin deze het gewenste gedrag stimuleren.
Voorwaarden of deze maatstaven wel of niet effectief zijn:
Doelstellingen objectief en meetbaar
Verantwoordelijke mensen alle componenten waaruit resultaat bestaat kunnen
beïnvloeden (beheersbaarheidsprincipe)
Sprake van tijdige meting van de prestaties. Bij het niet in acht nemen van de
voorwaarde kan de motivatie van de verantwoordelijke medewerker worden aangetast,
zeker als aan het behalen van een resultaat een beloning is gekoppeld.
Resultaten voor verantwoordelijke mensen begrijpelijk zijn. Wanneer organisatie besluit
over te gaan op zoveel mogelijk creëren van aandeelhouderswaarde, moet er een goede
uitleg aan de verantwoordelijke mensen plaatsvinden.
2. Action Controls
Beïnvloeden activiteiten individuele managers en medewerkers. Gewenste activiteiten belonen,
maatregelen om ongewenste activiteiten tegen te gaan.
Voorbeelden van maatregelen negatieve benadering:
Gedragsbeperkingen. Wachtwoorden, functiescheidingen (verschil functionarissen die
toestemming moet geven voor uitgaven en die uitgaven doet).
Toestemmingsprocedures. Functionaris toestemming vragen aan andere functionaris
voor het mogen verrichten van activiteiten.
Verantwoordelijk stellen voor activiteiten. Verantwoordelijke moet voorgeschreven
krijgen hoe de activiteiten uitgevoerd moeten worden. Bijv. procedures voor piloten.
Overmaat. meer mensen of machines beschikbaar gesteld voor taak dan nodig is.
Overcapaciteit zodat zonder problemen uitgevoerd kan worden.
3. Personal Controls
Juiste mensen met juiste competenties op de juiste plekken. Medewerkers eigen activiteiten
beheersen. Management zorgen voor faciliteiten. Management bezig houden met
taakuitvoering.
Hoofdstuk 1
1.1
Elke onderneming stippelt voor 3 tot 5 jaar een beleid uit. Managers moeten dit beleid uitvoeren
en doelstellingen realiseren.
Management Control: beïnvloeden gedrag van managers zodat organisatiedoelstellingen
worden gerealiseerd. Houdt zich bezig met interne organisatie.
Strategic Control: is de strategie nog valide? Houdt zich bezig met omgeving organisatie.
Task Control: werkvloer, worden de taken op de juiste wijze uitgevoerd.
Management Control krijgt gestalte door ontwerpen Management Control Systeem.
MCS van Merchant en Van der Stede (2007):
1. Result Controls
Gericht op het behalen van resultaten, realiseren van doelstellingen. Effectiviteit van
resultaatmaatstaven bepaald door mate waarin deze het gewenste gedrag stimuleren.
Voorwaarden of deze maatstaven wel of niet effectief zijn:
Doelstellingen objectief en meetbaar
Verantwoordelijke mensen alle componenten waaruit resultaat bestaat kunnen
beïnvloeden (beheersbaarheidsprincipe)
Sprake van tijdige meting van de prestaties. Bij het niet in acht nemen van de
voorwaarde kan de motivatie van de verantwoordelijke medewerker worden aangetast,
zeker als aan het behalen van een resultaat een beloning is gekoppeld.
Resultaten voor verantwoordelijke mensen begrijpelijk zijn. Wanneer organisatie besluit
over te gaan op zoveel mogelijk creëren van aandeelhouderswaarde, moet er een goede
uitleg aan de verantwoordelijke mensen plaatsvinden.
2. Action Controls
Beïnvloeden activiteiten individuele managers en medewerkers. Gewenste activiteiten belonen,
maatregelen om ongewenste activiteiten tegen te gaan.
Voorbeelden van maatregelen negatieve benadering:
Gedragsbeperkingen. Wachtwoorden, functiescheidingen (verschil functionarissen die
toestemming moet geven voor uitgaven en die uitgaven doet).
Toestemmingsprocedures. Functionaris toestemming vragen aan andere functionaris
voor het mogen verrichten van activiteiten.
Verantwoordelijk stellen voor activiteiten. Verantwoordelijke moet voorgeschreven
krijgen hoe de activiteiten uitgevoerd moeten worden. Bijv. procedures voor piloten.
Overmaat. meer mensen of machines beschikbaar gesteld voor taak dan nodig is.
Overcapaciteit zodat zonder problemen uitgevoerd kan worden.
3. Personal Controls
Juiste mensen met juiste competenties op de juiste plekken. Medewerkers eigen activiteiten
beheersen. Management zorgen voor faciliteiten. Management bezig houden met
taakuitvoering.
