Kunst van het Moderne
IN DE EERSTE HELFT VAN DE TWINTIGSTE EEUW
, Kunst van het moderne in de eerste helft van de twintigste eeuw | J. v
Inhoud
Inleiding..................................................................................................................................................1
Kort voor de 20e eeuw........................................................................................................................1
Religie en levensbeschouwing................................................................................................................2
Welke rol spelen religie en levensbeschouwing in de maatschappij en welke invloed heeft dat op
kunst?.................................................................................................................................................2
Politieke en economische macht............................................................................................................3
Wie geeft opdracht en betaalt de kunst?...........................................................................................3
Esthetica.................................................................................................................................................5
Wat vind men in die tijd mooi en welke invloed heeft dat op kunst?.................................................5
Vermaak.................................................................................................................................................6
Welke rol speelt kunst bij vermaak? Speelt vermaak ook een rol in de kunst?..................................6
Wetenschap en techniek........................................................................................................................7
In hoeverre beïnvloedt wetenschap de kunst en andersom? Welke technische ontwikkelingen
spelen een rol in de kunst?.................................................................................................................7
Intercultureel..........................................................................................................................................8
Welke invloed hebben andere culturen op de kunst?........................................................................8
Inleiding
Kort voor de 20e eeuw
Dankzij de groei van de industrie na de eerste industriële revolutie is de welvaart in de tweede helft
van de negentiende eeuw sterk gestegen. De opmars van nieuwe technieken en nieuwe
wetenschappelijke inzichten zorgde voor nieuwe uitvindingen zoals de gloeilamp en fonograaf; dit
alles bracht een grote hoeveelheid optimisme en nationale trots met zich mee. Het streven om als
eerste een uitvinding op de markt te brengen ontketende een felle concurrentiestrijd tussen
verschillende Europese landen. Deze felle strijd bracht onder andere de komst van de
wereldtentoonstellingen waar landen zich met andere konden meten. Het nationalisme groeit in
Europa. Het optimisme uit de negentiende eeuw over de samenleving waar zij in leven loopt echter
aan het eind van de eeuw een deuk op. Een wedloop in het stichten van koloniën, met Groot-
Brittannië aan kop, gooit roet in het eten. De ongekende omvang van de aloude expansiedrift
verslechterd de onderlinge verhoudingen in Europa. Dit modern imperialisme, ondersteund met de
gedachte dat de West-Europese cultuur superieur is, doet de spanningen hoog oplopen en is
uiteindelijk mede een aanleiding voor de eerste Wereldoorlog. [1]
De tijd waar moderne kunst onder valt is ± tussen 1890 en 1940.
1
Zie hiervoor Jacques R. Pauwels. De Groote Klassenoorlog 1914-1918. Epo, Berchem, 2014.
1