Bij het analyseren van romans en verhalen maak je gebruik van dit document. De
analyse maakt deel uit van elk leesverslag dat je maakt. Ook moet je de literaire
begrippen kennen voor je schoolexamen literatuur. Ieder besproken begrip illustreer
je met een relevant citaat / citaten (vermelding paginanummer).
Titelverklaring
Titel- en ondertitelverklaring
Je moet de titel van een boek kunnen verklaren en met thematiek in verband kunnen
brengen.
Sommige boeken hebben een titel die eenvoudig te verklaren is. Giph van Ronald
Giphart heeft als hoofdpersoon Giph. Dit geldt ook voor bijvoorbeeld Oeroeg van
Hella Haasse. Nathan Sid is een verwijzing naar de schrijver van dit boek, Adriaan
van Dis.
Een ondertitel staat vaak onder de titel genoemd op het titelblad. Zo staat bij
Karakter als ondertitel: roman van vader en zoon. Dit moet je ook verklaren. Verwar
een ondertitel niet met een opdracht.
Motto
Een motto is een stukje tekst dat een auteur heeft ontleend aan het werk van een
andere schrijver, het kan zowel een stukje proza zijn als een paar dichtregels of een
stukje uit een songtekst. Een motto heeft altijd te maken met de inhoud van het
literaire werk en je kunt het -als het er is - vinden voor het 'echte verhaal' begint.
Je geeft de relatie aan tussen het motto en de inhoud / thematiek van het verhaal.
In De Aanslag van Harry Mulisch staat het volgende motto:
Overal was het al dag,
maar hier was het nacht,
neen,
meer dan nacht.
C. Plinius Caecilius Secundus, Epistulae, VI, 16
Om te kunnen begrijpen waarom Harry Mulisch dit motto gekozen heeft, maak je
gebruik van literaire naslagwerken. Als je die raadpleegt, kom je er achter dat de
schrijver een Romeins historicus was, die dit schreef naar aanleiding van de
uitbarsting van de vulkaan Vesuvius in 79 na Chr. Jij zult nu het verband moeten
leggen tussen dit motto en het verhaal en de thematiek van De Aanslag.
Soms vind je een hele rij motto’s in een boek. Boudewijn Büch en Jan Wolkers doen
dat vaak. In De Walgvogel van Wolkers vind je zelfs als motto een dialoog tussen
Donald Duck en Dagobert Duck.
Niet ieder boek heeft een motto.