4 typen weefsel:
- Epitheel
- Bindweefsel
- Spierweefsel
- Zenuwweefsel
Bindweefsel:
- Overal in ons lichaam
- Meest voorkomend/ wijdverspreid type weefsel
- Functies:
Verbind lichaamsstructuren ( organen, fascia, bloed)
Ondersteunt het lichaam, ‘vorm’
Biedt bescherming
- Ontstaat uit mesenchyme
Bindweefsel: subcategorieën:
- Losmazig bindweefsel : areolair(fascia), vet, reticulair( lymfestelsel)
- Straf ( vormvast) bindweefsel : regelmatig, onregelmatig en elastisch
Losmazig areolaire bindweefsel
Areolair bindweefsel: Het meest verspreide bindweefsel. Zacht, plooibaar weefsel. Bevat alle
vezeltypes. Kan overtollige vloeistof opzuigen
, Losmazig bindweefsel vetweefsel: Matrix is een areolair weefsel waarin vetbolletjes overheersen.
Veel cellen bevatten grote vetophopingen
Functies: Isolatie van het lichaam. Beschermt sommige organen. Functie: brandstofopslag en
stootkussen
Dicht regelmatig zoals in ligamenten en pezen.
Ook parallelle collageenvezels. Sterkte en elasticiteit. Pezen en ligamenten