Chapter 1 – An Introduction to Child Development
Reasons to Learn About Child Development
Choosing Social Policies
Uit een meta-analyse blijkt dat het spelen van gewelddadige videogames minimaal effect heeft op
agressie van kinderen en adolescenten. Op basis van zulke activiteiten kan worden bepaald of de
voordelen van het voorkomen van potentieel schadelijk activiteiten opwegen tegen de kosten van
het inperken van de vrijheid van mensen om te doen wat ze willen.
Een andere kwestie gaat over in hoeverre rechters kinderen moeten geloven op hun woord in de
rechtszaal. Het blijkt dat hoe jonger de kinderen zijn, hoe meer hun herinnering de neiging heeft om
de vooroordelen van de vragen van de interviewer weer te geven. Onderzoek naar
ooggetuigenverklaringen van kinderen heeft geresulteerd in veel juridische en beleidsmatige
veranderingen in procedures.
Historical Foundations of the Study of Child Development
Vroeger werden conclusies getrokken op basis van observaties van een paar kinderen. Tegenwoordig
wordt er veel uitgebreider onderzoek gedaan.
Early Philosophers’ Views of Children’s Development
Plato:
- Juiste opvoeding van kinderen hangt af van het welzijn van de samenleving op lange termijn.
- Zelfcontrole en discipline zijn de belangrijkste doelen van onderwijs.
- Kinderen hebben aangeboren kennis.
Aristoteles:
- Juiste opvoeding van kinderen hangt af van het welzijn van de samenleving op lange termijn.
- Discipline is belangrijk, maar het belangrijkst is dat het opvoeden van het kind aansluit bij de
behoeften van het individu.
- Kinderen weten nog niets, alle kennis komt van ervaringen.
Locke:
- Het kind is een onbeschreven blad (tabula rasa) en de opvoeding vormt het kind.
- Discipline is belangrijker dan vrijheid.
Rousseau:
o Het kind moet maximale vrijheid krijgen. Kinderen leren van hun eigen spontane interacties,
niet door instructies van ouders of leerkrachten.
Social Reform Movements
Tijdens de industriële revolutie moesten veel kinderen lange dagen werken in fabrieken. Toen
begonnen onderzoeken over de gevolgen van dit werk voor de ontwikkeling van kinderen. Dit leidde
tot een wet waarin stond dat kinderen onder de 10 jaar niet mochten werken.
Enduring Themes in Child Development
1. Nature and Nurture: How Do Nature and Nurture Together Shape Development?
De meest simpele vraag is hoe nature en nurture het ontwikkelingsproces vormen. Vaak wordt het
als een of/of situatie gezien, maar het gaat juist om de samenwerking tussen nature en nurture.
Studies tonen aan dat net zoals het genoom gedrag en ervaringen beïnvloedt, gedragingen en
ervaringen het genoom beïnvloeden. Het genoom is namelijk niet alleen DNA dat niet veranderd kan
worden, maar het bevat ook proteïnen die genexpressie reguleren door genactiviteit aan en uit te
zetten. Deze proteïnen kunnen dus veranderen als antwoord op ervaringen en produceert, zonder
verandering van het DNA, veranderingen in cognitie, emotie en gedrag. Dit heet methylation, in het
veld van epigenetics.
,2. The Active Child: How Do Children Shape Their Own Development?
Kinderen vormen hun eigen ontwikkeling door selectie. Ze geven meer aandacht aan het een,
speelgoed dat geluid maakt, dan aan iets anders. Ook hebben baby’s de voorkeur voor het gezicht
van hun moeder boven het gezicht van een vreemde. Kinderen gaan op een gegeven moment zelf
hardop praten, ook wanneer ze alleen zijn, en ze spelen ook zelf.
3. Continuity/Discontinuity: In What Ways is Development Continuous, and in What Ways Is It
Discontinuous?
Sommige onderzoekers zien de ontwikkeling van kinderen als een continu proces van kleine
veranderingen. Anderen zien het als een discontinu proces met een serie van grotere veranderingen.
Een oom van een kind ziet het kind elke 2/3 jaar, de ouders zien het kind elke dag. De oom ziet de
groei van het kind als een discontinu proces, de ouders zien het als een continu proces.
4. Mechanisms of Change: How Does Change Occur?
Wat zijn de mechanismen die veranderingen in kinderen produceren?
Connecties tussen gebieden van de hersenen ontwikkelen zich in de kindertijd. Deze ontwikkeling
verbetert bijvoorbeeld ‘effortful control’, controle over emoties en gedachten.
5. The Sociocultural Context: How Does the Sociocultural Context Influence Development?
Kinderen groeien op in een bepaalde fysieke en sociale omgeving, in hun socioculturele context. Dit
beïnvloedt elk aspect van de ontwikkeling van het kind. Een voorbeeld is het bio-ecologische model
van Bronfenbrenner. Onderzoekers vergelijken de levens van kinderen die in verschillende culturen
opgroeien, cross-cultural comparisons.
Kinderen kunnen nadelen ondervinden van hun culturele context. Kinderen die opgroeien met een
lage SES bijvoorbeeld.
6. Individual Differences: How Do Children Become So Different from One Another?
Scarr (1992) formuleerde 4 factoren waarop kinderen kunnen verschillen:
o Genetische verschillen
o Verschillen in behandeling van ouders en anderen
o Verschillen in reacties op vergelijkbare ervaringen
o Verschillende keuzes van omgevingen
7. Research and Children’s Welfare: How can Research Promote Children’s Well-Being?
Verbeterde onderzoeken leiden tot praktische voordelen en implicaties.
Methods for Studying Child Development
Lijkt mij niet heel belangrijk, gewoon even doorlezen.
, Chapter 2 – Prenatal Development and the Newborn Period
Prenatal development
Conception
Wij zijn ontstaan door het samenkomen van twee gameten, de zaalcel van onze vader en de eicel van
onze moeder. De gameten ontstaan door celdeling (meiosis), waarbij eicellen en zaadcellen elke keer
maar 1 deel van het paar van 23 chromosomen krijgt. De halve paren worden samengevoegd met de
halve paren van de man en zo ontstaan er 23 paren chromosomen voor het kind (in totaal 46).
Bij de conceptie wurmt een zaadcel zich door de wand van de eicel en het wordt een zygoot.
Developmental Processes
4 grote ontwikkelingsprocessen in de ontwikkeling van een embryo tot een foetus
1. Cell division (mitosis). De eerste zygoot deelt zich op in twee delen, vier delen, acht delen,
etc. en deelt zo verder tot 38 weken.
2. Cell migration. Cellen verplaatsen zich naar buiten het punt van oorsprong.
3. Cell differentiation. De cellen beginnen te specialiseren en worden een bepaald type
lichaamscel.
4. Death. Apoptosis, cellen gaan dood, maar dat is genetisch al bepaald. Bijvoorbeeld bij de
hand plaat. Er moeten cellen doodgaan zodat er vinger kunnen ontstaan.
Alle foetussen kunnen mannelijk of vrouwelijk worden, dit ontstaat rond de 8 e week:
Aanwezigheid van androgenen zorgen voor mannelijke genitaliën
Afwezigheid van androgenen zorgen voor vrouwelijke genitaliën.
Early Development
Op de 4e dag na conceptie vestigen de cellen zich in een holle bol, met aan een kant alle
cellen, de inner cell mass. In deze fase kan een eeneiïge tweeling ontstaan doordat de
inner cell mass in tweeën splitst. Bij tweeeiïge tweelingen komen er per ongeluk 2
eicellen bij de moeder vrij die allebei bevrucht worden.
Aan het einde van de eerste week nestelt de zygote zich in het baarmoederslijmvlies.
De inner cell mass is eerst 1 laag dik, maar tijdens de 2 e week vouwt het zichzelf op tot 3 lagen:
1. Top laag; wordt het zenuwstelsel
2. Midden laag; worden spieren, botten, binnenste laag van de huid en interne organen.
3. Bottom laag; wordt het spijsverteringsstelsel, de longen en de urinewegen en klieren.
Een paar dagen na het vouwen tot de 3 lagen, ontstaat de neural tube. Er komt een groeve door het
midden van de top laag, dit wordt de ruggengraat en het brein.
De embryo zit in de amniotic sac (vruchtzak), wat de embryo beschermt. De placenta is een netwerk
van aderen. De placenta zorgt ervoor dat de embryo zuurstof, voedingsstoffen, mineralen en
antilichamen krijgt en dat de embryo slechte stoffen zoals kooldioxide kan afgeven aan de moeder.
De vruchtzak is verbonden met de placenta via de umbilical cord (navelstreng).
An Illustrated Summary of Prenatal Development
Reasons to Learn About Child Development
Choosing Social Policies
Uit een meta-analyse blijkt dat het spelen van gewelddadige videogames minimaal effect heeft op
agressie van kinderen en adolescenten. Op basis van zulke activiteiten kan worden bepaald of de
voordelen van het voorkomen van potentieel schadelijk activiteiten opwegen tegen de kosten van
het inperken van de vrijheid van mensen om te doen wat ze willen.
Een andere kwestie gaat over in hoeverre rechters kinderen moeten geloven op hun woord in de
rechtszaal. Het blijkt dat hoe jonger de kinderen zijn, hoe meer hun herinnering de neiging heeft om
de vooroordelen van de vragen van de interviewer weer te geven. Onderzoek naar
ooggetuigenverklaringen van kinderen heeft geresulteerd in veel juridische en beleidsmatige
veranderingen in procedures.
Historical Foundations of the Study of Child Development
Vroeger werden conclusies getrokken op basis van observaties van een paar kinderen. Tegenwoordig
wordt er veel uitgebreider onderzoek gedaan.
Early Philosophers’ Views of Children’s Development
Plato:
- Juiste opvoeding van kinderen hangt af van het welzijn van de samenleving op lange termijn.
- Zelfcontrole en discipline zijn de belangrijkste doelen van onderwijs.
- Kinderen hebben aangeboren kennis.
Aristoteles:
- Juiste opvoeding van kinderen hangt af van het welzijn van de samenleving op lange termijn.
- Discipline is belangrijk, maar het belangrijkst is dat het opvoeden van het kind aansluit bij de
behoeften van het individu.
- Kinderen weten nog niets, alle kennis komt van ervaringen.
Locke:
- Het kind is een onbeschreven blad (tabula rasa) en de opvoeding vormt het kind.
- Discipline is belangrijker dan vrijheid.
Rousseau:
o Het kind moet maximale vrijheid krijgen. Kinderen leren van hun eigen spontane interacties,
niet door instructies van ouders of leerkrachten.
Social Reform Movements
Tijdens de industriële revolutie moesten veel kinderen lange dagen werken in fabrieken. Toen
begonnen onderzoeken over de gevolgen van dit werk voor de ontwikkeling van kinderen. Dit leidde
tot een wet waarin stond dat kinderen onder de 10 jaar niet mochten werken.
Enduring Themes in Child Development
1. Nature and Nurture: How Do Nature and Nurture Together Shape Development?
De meest simpele vraag is hoe nature en nurture het ontwikkelingsproces vormen. Vaak wordt het
als een of/of situatie gezien, maar het gaat juist om de samenwerking tussen nature en nurture.
Studies tonen aan dat net zoals het genoom gedrag en ervaringen beïnvloedt, gedragingen en
ervaringen het genoom beïnvloeden. Het genoom is namelijk niet alleen DNA dat niet veranderd kan
worden, maar het bevat ook proteïnen die genexpressie reguleren door genactiviteit aan en uit te
zetten. Deze proteïnen kunnen dus veranderen als antwoord op ervaringen en produceert, zonder
verandering van het DNA, veranderingen in cognitie, emotie en gedrag. Dit heet methylation, in het
veld van epigenetics.
,2. The Active Child: How Do Children Shape Their Own Development?
Kinderen vormen hun eigen ontwikkeling door selectie. Ze geven meer aandacht aan het een,
speelgoed dat geluid maakt, dan aan iets anders. Ook hebben baby’s de voorkeur voor het gezicht
van hun moeder boven het gezicht van een vreemde. Kinderen gaan op een gegeven moment zelf
hardop praten, ook wanneer ze alleen zijn, en ze spelen ook zelf.
3. Continuity/Discontinuity: In What Ways is Development Continuous, and in What Ways Is It
Discontinuous?
Sommige onderzoekers zien de ontwikkeling van kinderen als een continu proces van kleine
veranderingen. Anderen zien het als een discontinu proces met een serie van grotere veranderingen.
Een oom van een kind ziet het kind elke 2/3 jaar, de ouders zien het kind elke dag. De oom ziet de
groei van het kind als een discontinu proces, de ouders zien het als een continu proces.
4. Mechanisms of Change: How Does Change Occur?
Wat zijn de mechanismen die veranderingen in kinderen produceren?
Connecties tussen gebieden van de hersenen ontwikkelen zich in de kindertijd. Deze ontwikkeling
verbetert bijvoorbeeld ‘effortful control’, controle over emoties en gedachten.
5. The Sociocultural Context: How Does the Sociocultural Context Influence Development?
Kinderen groeien op in een bepaalde fysieke en sociale omgeving, in hun socioculturele context. Dit
beïnvloedt elk aspect van de ontwikkeling van het kind. Een voorbeeld is het bio-ecologische model
van Bronfenbrenner. Onderzoekers vergelijken de levens van kinderen die in verschillende culturen
opgroeien, cross-cultural comparisons.
Kinderen kunnen nadelen ondervinden van hun culturele context. Kinderen die opgroeien met een
lage SES bijvoorbeeld.
6. Individual Differences: How Do Children Become So Different from One Another?
Scarr (1992) formuleerde 4 factoren waarop kinderen kunnen verschillen:
o Genetische verschillen
o Verschillen in behandeling van ouders en anderen
o Verschillen in reacties op vergelijkbare ervaringen
o Verschillende keuzes van omgevingen
7. Research and Children’s Welfare: How can Research Promote Children’s Well-Being?
Verbeterde onderzoeken leiden tot praktische voordelen en implicaties.
Methods for Studying Child Development
Lijkt mij niet heel belangrijk, gewoon even doorlezen.
, Chapter 2 – Prenatal Development and the Newborn Period
Prenatal development
Conception
Wij zijn ontstaan door het samenkomen van twee gameten, de zaalcel van onze vader en de eicel van
onze moeder. De gameten ontstaan door celdeling (meiosis), waarbij eicellen en zaadcellen elke keer
maar 1 deel van het paar van 23 chromosomen krijgt. De halve paren worden samengevoegd met de
halve paren van de man en zo ontstaan er 23 paren chromosomen voor het kind (in totaal 46).
Bij de conceptie wurmt een zaadcel zich door de wand van de eicel en het wordt een zygoot.
Developmental Processes
4 grote ontwikkelingsprocessen in de ontwikkeling van een embryo tot een foetus
1. Cell division (mitosis). De eerste zygoot deelt zich op in twee delen, vier delen, acht delen,
etc. en deelt zo verder tot 38 weken.
2. Cell migration. Cellen verplaatsen zich naar buiten het punt van oorsprong.
3. Cell differentiation. De cellen beginnen te specialiseren en worden een bepaald type
lichaamscel.
4. Death. Apoptosis, cellen gaan dood, maar dat is genetisch al bepaald. Bijvoorbeeld bij de
hand plaat. Er moeten cellen doodgaan zodat er vinger kunnen ontstaan.
Alle foetussen kunnen mannelijk of vrouwelijk worden, dit ontstaat rond de 8 e week:
Aanwezigheid van androgenen zorgen voor mannelijke genitaliën
Afwezigheid van androgenen zorgen voor vrouwelijke genitaliën.
Early Development
Op de 4e dag na conceptie vestigen de cellen zich in een holle bol, met aan een kant alle
cellen, de inner cell mass. In deze fase kan een eeneiïge tweeling ontstaan doordat de
inner cell mass in tweeën splitst. Bij tweeeiïge tweelingen komen er per ongeluk 2
eicellen bij de moeder vrij die allebei bevrucht worden.
Aan het einde van de eerste week nestelt de zygote zich in het baarmoederslijmvlies.
De inner cell mass is eerst 1 laag dik, maar tijdens de 2 e week vouwt het zichzelf op tot 3 lagen:
1. Top laag; wordt het zenuwstelsel
2. Midden laag; worden spieren, botten, binnenste laag van de huid en interne organen.
3. Bottom laag; wordt het spijsverteringsstelsel, de longen en de urinewegen en klieren.
Een paar dagen na het vouwen tot de 3 lagen, ontstaat de neural tube. Er komt een groeve door het
midden van de top laag, dit wordt de ruggengraat en het brein.
De embryo zit in de amniotic sac (vruchtzak), wat de embryo beschermt. De placenta is een netwerk
van aderen. De placenta zorgt ervoor dat de embryo zuurstof, voedingsstoffen, mineralen en
antilichamen krijgt en dat de embryo slechte stoffen zoals kooldioxide kan afgeven aan de moeder.
De vruchtzak is verbonden met de placenta via de umbilical cord (navelstreng).
An Illustrated Summary of Prenatal Development
