~hoofdstuk 4~
§1
Tijdens ovulatie (eisprong) gaat eicel uit eierstok naar eileider, als het samensmelt
met een zaadcel noem je dat bevruchting
Zaadcellen gaan door follikelcellen heen maakt contact met eiwit laag: zona
pellucida
1e zaadcel binnen blaasjes in grondplasma geven stoffen af zona pellucida
verandert in niet-doorlaatbare laag (bevruchtingsmembraan)
Zygote: bevruchte eicel
- Klievingsdelingen: eerste delingen
- 3 dagen zygote embryo
- Trilharen vervoeren zygote naar baarmoeder
- HCG wordt gevormd (zwangerschapstest)
Als een vrouw zwanger is, dan blijft het baarmoederslijmvlies dik.
Bloed van de moeder mengt niet met de baby
Eicel laat een lege follikel achter gele lichaam wordt gevormd zorgt ervoor dat
baarmoederslijmvlies dik blijft
Via navelstreng en placenta krijgt baby voeding en kan het afvalstoffen afscheiden
2 slagaders(afvalstoffen) 1 ader (voedingsstoffen)
Op Y-chromosoom ligt SRY-gen ontwikkeling testes, zaadleiders, eikel en balzak,
als je geen SRY-gen hebt dan ben je een meisje eileider, clitoris, schaamlippen
worden gevormd.
Primaire geslachtskenmerken
- Eierstokken
- Prostaat
Secundaire geslachtskenmerken
- Borsten
- Stemverlaging
Tertiaire geslachtskenmerken
- Seksualiteit
§2
Haploïd: geslachtscellen (n=23)
Diploïd: autosomen (2n=46)
Homologe chromosomen
- Een van moeder, ander van vader
- Zelfde eigenschap (oogkleur, haarkleur)
Bij meiose I gaan de chromosomen van elkaar en bij meiose II gaan de chromatiden uit
elkaar
, Zo ziet het eruit bij mannelijke
en vrouwelijke geslachtscellen
Trilharen vervoeren zaadcellen vanuit testis
Vocht van de zaadblaasjes bevatten energie voor de zaadcellen, fructose
Basische prostaatvocht neutraliseert zure omgeving vagina
Interstitiële cellen/cellen van Leydig produceren testosteron
§3
Hypothalamus ligt boven hypofyse en stuurt de hypofyse ook aan door het afgeven van een
gonadotropine-releasing-hormoon (GnRH). Via de bloedvaten komt het GnRH in de
hypofyse. De hypofyse reageert daarop door LH, FSH aan te maken en door te geven in het
bloed. LH en FSH zijn bedoeld voor geslachtsorganen
§1
Tijdens ovulatie (eisprong) gaat eicel uit eierstok naar eileider, als het samensmelt
met een zaadcel noem je dat bevruchting
Zaadcellen gaan door follikelcellen heen maakt contact met eiwit laag: zona
pellucida
1e zaadcel binnen blaasjes in grondplasma geven stoffen af zona pellucida
verandert in niet-doorlaatbare laag (bevruchtingsmembraan)
Zygote: bevruchte eicel
- Klievingsdelingen: eerste delingen
- 3 dagen zygote embryo
- Trilharen vervoeren zygote naar baarmoeder
- HCG wordt gevormd (zwangerschapstest)
Als een vrouw zwanger is, dan blijft het baarmoederslijmvlies dik.
Bloed van de moeder mengt niet met de baby
Eicel laat een lege follikel achter gele lichaam wordt gevormd zorgt ervoor dat
baarmoederslijmvlies dik blijft
Via navelstreng en placenta krijgt baby voeding en kan het afvalstoffen afscheiden
2 slagaders(afvalstoffen) 1 ader (voedingsstoffen)
Op Y-chromosoom ligt SRY-gen ontwikkeling testes, zaadleiders, eikel en balzak,
als je geen SRY-gen hebt dan ben je een meisje eileider, clitoris, schaamlippen
worden gevormd.
Primaire geslachtskenmerken
- Eierstokken
- Prostaat
Secundaire geslachtskenmerken
- Borsten
- Stemverlaging
Tertiaire geslachtskenmerken
- Seksualiteit
§2
Haploïd: geslachtscellen (n=23)
Diploïd: autosomen (2n=46)
Homologe chromosomen
- Een van moeder, ander van vader
- Zelfde eigenschap (oogkleur, haarkleur)
Bij meiose I gaan de chromosomen van elkaar en bij meiose II gaan de chromatiden uit
elkaar
, Zo ziet het eruit bij mannelijke
en vrouwelijke geslachtscellen
Trilharen vervoeren zaadcellen vanuit testis
Vocht van de zaadblaasjes bevatten energie voor de zaadcellen, fructose
Basische prostaatvocht neutraliseert zure omgeving vagina
Interstitiële cellen/cellen van Leydig produceren testosteron
§3
Hypothalamus ligt boven hypofyse en stuurt de hypofyse ook aan door het afgeven van een
gonadotropine-releasing-hormoon (GnRH). Via de bloedvaten komt het GnRH in de
hypofyse. De hypofyse reageert daarop door LH, FSH aan te maken en door te geven in het
bloed. LH en FSH zijn bedoeld voor geslachtsorganen