Adviesnotitie
, Inleiding
Onlangs heeft u contact opgenomen met advocatenkantoor Van der Ploeg vanwege het
geschil met de gemeente Groenendaal over de toepassing van bestuursdwang. U bent het
er namelijk niet mee eens dat u de kosten voor het wegslepen van uw auto moest betalen
en hebt daarom bezwaar ingediend. Dit bezwaar is ongegrond verklaard. Ik schrijf u deze
adviesnotitie naar aanleiding van uw verzoek, omdat u wilt weten of het zinvol is om in
beroep te gaan. Het is dan ook mijn doel om u hierover te adviseren.
In deze adviesnotitie zal ik eerst de relevante feiten opsommen in het feitenrelaas. Daarna
bespreek ik in het juridisch kader welke wet- en regelgeving van toepassing is. Hierin wordt
antwoord gegeven op de rechtsvraag of de gemeente gerechtigd was om uw auto weg te
slepen. Daarnaast geef ik ook antwoord op de volgende deelvragen: wie is er aansprakelijk
voor de kosten en moet dat worden vermeld, wanneer zijn er bijzondere omstandigheden
aanwezig en wie moet dat aantonen en gelden er wettelijke regels over de plaatsing van
verkeersborden? Vervolgens pas ik de feiten toe op de wet- en regelgeving in de
overwegingen, waarin ik de eindconclusie trek dat uw bezwaargronden geen bijzondere
omstandigheden vormen en deze geen aanleiding zullen geven om af te zien van de kosten
van bestuursdwang. Tot slot geef ik een korte samenvatting en een duidelijk advies in het
slot.
Feitenrelaas
Om te beginnen is het belangrijk om na te gaan wat er precies gebeurd is. Op 30 maart
2019 is er bestuursdwang toegepast door de gemeente Groenendaal en is uw Volvo
weggesleept omstreeks 11:30 uur. U had kort hierna telefonisch contact gehad met de
afdeling Handhaving van de gemeente. Er werd aan u uitgelegd dat in verband met de
kermis van 31 maart tot en met 2 april een parkeerverbod gold van 30 maart 8:00 uur tot 3
april 8:00 uur op het Marktplein. Hierdoor was uw parkeervergunning op deze data niet
geldig. De kosten van de bestuursdwang bedroegen 341,20 euro. Nadat u deze kosten
betaald had, kon u de auto ophalen.
Vervolgens heeft u een bezwaarschrift ingediend bij de gemeente Groenendaal, omdat u het
niet eens bent met het feit dat u de kosten voor het wegslepen moest betalen. U verklaarde
dat er bijzondere omstandigheden meespelen, namelijk dat u geen verkeersborden had
gezien waardoor u niet wist dat er een parkeerverbod gold, dat u gewaarschuwd had
moeten worden, en dat u in een slechte financiële situatie verkeerd omdat uw winkel niet zo
goed draait.
Op 17 april 2019 ontving u een antwoord in een beslissing op bezwaar, waarin stond dat het
college van burgemeester en wethouders uw bezwaar ongegrond heeft verklaard. Zij meent
namelijk dat de verkeersborden die zijn geplaatst aan de wettelijke vereisten voldoen en dat
u onvoldoende gemotiveerd heeft dat er sprake was van bijzondere omstandigheden,
waardoor zij de kosten niet op u had mogen verhalen.
1
, Inleiding
Onlangs heeft u contact opgenomen met advocatenkantoor Van der Ploeg vanwege het
geschil met de gemeente Groenendaal over de toepassing van bestuursdwang. U bent het
er namelijk niet mee eens dat u de kosten voor het wegslepen van uw auto moest betalen
en hebt daarom bezwaar ingediend. Dit bezwaar is ongegrond verklaard. Ik schrijf u deze
adviesnotitie naar aanleiding van uw verzoek, omdat u wilt weten of het zinvol is om in
beroep te gaan. Het is dan ook mijn doel om u hierover te adviseren.
In deze adviesnotitie zal ik eerst de relevante feiten opsommen in het feitenrelaas. Daarna
bespreek ik in het juridisch kader welke wet- en regelgeving van toepassing is. Hierin wordt
antwoord gegeven op de rechtsvraag of de gemeente gerechtigd was om uw auto weg te
slepen. Daarnaast geef ik ook antwoord op de volgende deelvragen: wie is er aansprakelijk
voor de kosten en moet dat worden vermeld, wanneer zijn er bijzondere omstandigheden
aanwezig en wie moet dat aantonen en gelden er wettelijke regels over de plaatsing van
verkeersborden? Vervolgens pas ik de feiten toe op de wet- en regelgeving in de
overwegingen, waarin ik de eindconclusie trek dat uw bezwaargronden geen bijzondere
omstandigheden vormen en deze geen aanleiding zullen geven om af te zien van de kosten
van bestuursdwang. Tot slot geef ik een korte samenvatting en een duidelijk advies in het
slot.
Feitenrelaas
Om te beginnen is het belangrijk om na te gaan wat er precies gebeurd is. Op 30 maart
2019 is er bestuursdwang toegepast door de gemeente Groenendaal en is uw Volvo
weggesleept omstreeks 11:30 uur. U had kort hierna telefonisch contact gehad met de
afdeling Handhaving van de gemeente. Er werd aan u uitgelegd dat in verband met de
kermis van 31 maart tot en met 2 april een parkeerverbod gold van 30 maart 8:00 uur tot 3
april 8:00 uur op het Marktplein. Hierdoor was uw parkeervergunning op deze data niet
geldig. De kosten van de bestuursdwang bedroegen 341,20 euro. Nadat u deze kosten
betaald had, kon u de auto ophalen.
Vervolgens heeft u een bezwaarschrift ingediend bij de gemeente Groenendaal, omdat u het
niet eens bent met het feit dat u de kosten voor het wegslepen moest betalen. U verklaarde
dat er bijzondere omstandigheden meespelen, namelijk dat u geen verkeersborden had
gezien waardoor u niet wist dat er een parkeerverbod gold, dat u gewaarschuwd had
moeten worden, en dat u in een slechte financiële situatie verkeerd omdat uw winkel niet zo
goed draait.
Op 17 april 2019 ontving u een antwoord in een beslissing op bezwaar, waarin stond dat het
college van burgemeester en wethouders uw bezwaar ongegrond heeft verklaard. Zij meent
namelijk dat de verkeersborden die zijn geplaatst aan de wettelijke vereisten voldoen en dat
u onvoldoende gemotiveerd heeft dat er sprake was van bijzondere omstandigheden,
waardoor zij de kosten niet op u had mogen verhalen.
1
