Tijdvak 1
par 1.1 jagers en verzamelen
● Het leven bestond uit jagen en verzamelen omdat er nog geen landbouw was.
● De rol van de man was niet het grootst maar die van de vrouw.
● Ze geloofde in (natuur)goden.
Ze hadden geen vaste woonplaats omdat al het eten op een bepaald moment op
was op die plek daarom verplaatste ze regelmatig van woonplek. Ze hadden ook
weinig bezittingen omdat alles meegenomen moest worden
Domesticeren: het tam maken van dieren.
10.000 v.chr. was er een vruchtbare halve maan
● ontdekken dat we kunnen planten/landbouw werd ontdekt → minder jagen en
op één plek wonen.
● Minder wild waarop gejaagd kon worden
Landbouw revolutie
land in cultuur gebracht → natuurgrond als landbouwgrond gebruiken
sedentaire leefwijze → vaste woonplek
Kenmerken van een landbouwsamenleving
1. Vaste woonplek
2. Grotere groepen; sociale ongelijkheid
3. uitvindingen als een sikkel, ploeg, en aardewerk werden gedaan.
De eerste boeren kwamen in Nederland rond 5000 v.chr.
Ze kwamen als eerste in Drenthe en zuid Limburg omdat de rest van nederland voor
een groot deel onder water stond en in Drenthe en zuid Limburg was betere grond.
Par 1.2 dorpen en steden
De eerste dorpen en steden konden ontstaan doordat de landbouw zich zodanig
ontwikkelt dat er overschotten ontstonden zodat er meerdere mensen op een kleiner
stukje grond konden leven. Dit had als gevolg dat er een soort administratie
bijgehouden moest gaan worden, en hiervoor werd het schrift (geschreven taal)
uitgevonden tot die tijd werden er alleen verbaal afspraken gemaakt. Verder
ontstonden er godsdiensten met meerdere goden. Dat noem je polytheïsme.
Poly→ meer
Theïsme→ godsdienst
Dit ontstond doordat mensen verklaringen zochten voor dingen die ze niet snapte.
par 1.3
, Egypte, een van de eerste staten.
In egypte groeide diverse stadstaten aan elkaar wat resulteerde tot een van de
eerste staten. Het ontstaan van zo’n staat had een groot ambtenarenapparaat nodig
en een uitvoerige administratie.
tijdvak 2
(begin staat in je schrift )
Grieks-Romeinse cultuur
Ka: De klassieke vormentaal van de griekse-romeinse cultuur.
De romeinen namen veel over van Grieken.
Romanisering → Verspreiding Grieks-Romeinse cultuur
Grieks-Romeinse cultuur = klassieke cultuur
Griekse beeldhouwkunst
Kenmerken
- driedimensionaal
- anatomische correct
- naakt
- anatomisch perfect
Griekse beeldhouwkunst en architectuur was een voorbeeld voor latere generaties.
Romeinse architectuur
- mengeling van Griekse stijlen.
- Gebruik beton zorgt voor meer mogelijkheden:bogen en koepels.
Expansie romeinse rijk
500 v.chr. Rome komt in handen van de Senaat. Begin expansie:
-264 v.chr. Expansie buiten Italië (Carthago, Griekenland e.a.)
-58-50 v.chr. Caesar veroverde Gallië
-verovering Groot brittannië en Roemenië
-106 n chr. Romeinse Imperium op het grootst
Hoe kon Rome uitgroeien van stadstaat tot wereldrijk
Organisatietalent → Phalanx, Wegennet
tolerantie → behoud cultuur
Militaire kracht → beroepsleger,maar ook eerzucht
Ondergang Romeinse rijk
Het rijk werd In 285 in tweeën gedeeld:
par 1.1 jagers en verzamelen
● Het leven bestond uit jagen en verzamelen omdat er nog geen landbouw was.
● De rol van de man was niet het grootst maar die van de vrouw.
● Ze geloofde in (natuur)goden.
Ze hadden geen vaste woonplaats omdat al het eten op een bepaald moment op
was op die plek daarom verplaatste ze regelmatig van woonplek. Ze hadden ook
weinig bezittingen omdat alles meegenomen moest worden
Domesticeren: het tam maken van dieren.
10.000 v.chr. was er een vruchtbare halve maan
● ontdekken dat we kunnen planten/landbouw werd ontdekt → minder jagen en
op één plek wonen.
● Minder wild waarop gejaagd kon worden
Landbouw revolutie
land in cultuur gebracht → natuurgrond als landbouwgrond gebruiken
sedentaire leefwijze → vaste woonplek
Kenmerken van een landbouwsamenleving
1. Vaste woonplek
2. Grotere groepen; sociale ongelijkheid
3. uitvindingen als een sikkel, ploeg, en aardewerk werden gedaan.
De eerste boeren kwamen in Nederland rond 5000 v.chr.
Ze kwamen als eerste in Drenthe en zuid Limburg omdat de rest van nederland voor
een groot deel onder water stond en in Drenthe en zuid Limburg was betere grond.
Par 1.2 dorpen en steden
De eerste dorpen en steden konden ontstaan doordat de landbouw zich zodanig
ontwikkelt dat er overschotten ontstonden zodat er meerdere mensen op een kleiner
stukje grond konden leven. Dit had als gevolg dat er een soort administratie
bijgehouden moest gaan worden, en hiervoor werd het schrift (geschreven taal)
uitgevonden tot die tijd werden er alleen verbaal afspraken gemaakt. Verder
ontstonden er godsdiensten met meerdere goden. Dat noem je polytheïsme.
Poly→ meer
Theïsme→ godsdienst
Dit ontstond doordat mensen verklaringen zochten voor dingen die ze niet snapte.
par 1.3
, Egypte, een van de eerste staten.
In egypte groeide diverse stadstaten aan elkaar wat resulteerde tot een van de
eerste staten. Het ontstaan van zo’n staat had een groot ambtenarenapparaat nodig
en een uitvoerige administratie.
tijdvak 2
(begin staat in je schrift )
Grieks-Romeinse cultuur
Ka: De klassieke vormentaal van de griekse-romeinse cultuur.
De romeinen namen veel over van Grieken.
Romanisering → Verspreiding Grieks-Romeinse cultuur
Grieks-Romeinse cultuur = klassieke cultuur
Griekse beeldhouwkunst
Kenmerken
- driedimensionaal
- anatomische correct
- naakt
- anatomisch perfect
Griekse beeldhouwkunst en architectuur was een voorbeeld voor latere generaties.
Romeinse architectuur
- mengeling van Griekse stijlen.
- Gebruik beton zorgt voor meer mogelijkheden:bogen en koepels.
Expansie romeinse rijk
500 v.chr. Rome komt in handen van de Senaat. Begin expansie:
-264 v.chr. Expansie buiten Italië (Carthago, Griekenland e.a.)
-58-50 v.chr. Caesar veroverde Gallië
-verovering Groot brittannië en Roemenië
-106 n chr. Romeinse Imperium op het grootst
Hoe kon Rome uitgroeien van stadstaat tot wereldrijk
Organisatietalent → Phalanx, Wegennet
tolerantie → behoud cultuur
Militaire kracht → beroepsleger,maar ook eerzucht
Ondergang Romeinse rijk
Het rijk werd In 285 in tweeën gedeeld:
