1. Kan benoemen welke vragen, observaties en lichamelijke onderzoeken van
toepassing zijn in een gegeven situatie gericht op de volgende patronen:
Voedings- en stofwisselingspatroon
Vragen:
- Beschrijf uw normale dagelijkse eten (soort en hoeveelheid). Ook de
tussendoortjes.
- Hoe is uw eetlust?
- Hoeveel drinkt u onder normale omstandigheden dagelijks (soorten en
hoeveelheden)?
- Hoeveel neemt uw gewicht toe of af? Schommelt uw gewicht?
- Wat is uw lengte?
- Heeft u wel eens problemen met eten of voedsel?
- Heeft u slikklachten?
- Heeft u een dieet? En zo ja, waarvoor en wie heeft dit voorgeschreven?
- Heeft u weleens wondjes en genezen deze dan goed of slecht?
- Heeft u huidproblemen?
- Heeft u mondproblemen? Gebit/blaren of anders?
Observaties:
- Hoe ziet de huid eruit
- Is iemand zwaarlijvig of erg tenger
- Zitten er wondjes op de huid
Lichamelijk onderzoek:
- BMI berekenen
- Bloedonderzoek
- Bloeddruk meten
- Urinekweek
- Geur uit mond en ontlasting
Zelfbelevingspatroon
Vragen:
- Bent u doorgaans tevreden over uzelf?
- Ondergaat uw lichaam veranderingen? Zo ja, hoe ervaart u dat?
- Bent u wel eens: kwaad, geërgerd, angstig, ongerust, neerslachtig?
- Wat helpt in deze situaties?
- Wat maakt u gelukkig? Wat zijn goede ervaringen?
Observaties:
- Hoe iemand binnen komt lopen; lichaamshouding
- Non-verbale communicatie
Lichamelijk onderzoek:
- Neurologische testen
Rollen en relatiepatroon
Vragen:
- Hoe ziet uw familie en/of gezin eruit?
- Wat is uw rol in het gezin?
, - Vervult u nog andere rollen, bijvoorbeeld in een sportvereniging, kerk
enzovoort? Of heeft u de zorg van anderen (gehad)?
- Heeft u voldoende aansluiting in uw omgeving?
- Hoe voorziet u in uw levensbehoeften? (Financieel/praktisch)
Observaties:
- Non-verbale communicatie
Lichamelijk onderzoek:
- Neurologische onderzoeken/testen
Activiteitenpatroon
Vragen:
- Heeft u voldoende energie voor vereiste en gewenste activiteiten?
- In welke mate zorgt u voor lichaamsbeweging? Wat doet u? Hoe vaak?
- Wat doet u als vrijetijdsbesteding en hoe draagt u zorg voor ontspanning?
- Subjectief ervaren vermogen tot (gebruik onderstaande codes) (Carpenito,
2017):
Eten …
Mobiliteit in bed …
Verzorging uiterlijk …
Koken …
Boodschappen doen …
Wassen …
Kleden …
Algemene mobiliteit …
Huishouden …
Codes voor functieniveau: niveau 0: volledig vermogen tot persoonlijke zorg; niveau
1: heeft apparaten of hulpmiddelen nodig; niveau 2: heeft hulp of begeleiding van
anderen nodig; niveau 3: heeft hulp van anderen (en apparatuur en hulpmiddelen)
nodig; niveau 4: is volledig van anderen afhankelijk.
Observaties:
- Wel/niet verzorgde uitstraling
- Lichaamshouding/non-verbale communicatie
Lichamelijk onderzoek:
- Auscultatie van hart en longen
- Bloedonderzoek
2. Kan benoemen wat een risico-inschatting of vroeg-signalering is op het domein
voeding.
- Kan ondergewicht of overgewicht krijgen
- Uitdroging
- Ontwikkeling van hart- en vaatziekten
- Gewrichtsproblemen
3. Kan de onderstaande NANDA-diagnoses herkennen.
Overgewicht (code 00233):
, - Definitie: toestand waarin iemand een, voor leeftijd en geslacht, abnormale of
bovenmatige hoeveelheid lichaamsvet opbouwt.
Risico op overgewicht (code 00234):
- Definitie: verhoogde kans op het opbouwen van een voor leeftijd en geslacht
bovenmatige hoeveelheid lichaamsvet, met mogelijk schadelijke gevolgen voor
de gezondheid.
Risico op instabiele bloedsuikerwaarde (code 00179):
- Definitie: verhoogde kans op variatie in bloedglucosewaarden buiten de
normaalwaarden, met mogelijk schadelijke gevolgen voor de gezondheid.
Sociaal isolement:
- Definitie: gevoel van alleen zijn dat volgens de betrokkene is opgelegd door
anderen en als negatief of bedreigend wordt ervaren.
Overbelasting van de mantelzorger (code 00061):
- Definitie: moeite bij het vervullen van of voldoen aan mantelzorgtaken,
mantelzorgverwachtingen en of -gedrag voor familie/belangrijke ander.
Risico op overbelasting van de mantelzorger (code 00062):
- Definitie: verhoogde kans op problemen bij het vervullen of voldoen aan
mantelzorgtaken, mantelzorgverwachtingen en of -gedrag voor
familie/belangrijke ander, met mogelijke schadelijke gevolgen voor de
gezondheid.
Mobiliteitstekort: lichamelijk (code 00085):
- Definitie: beperking in het vermogen zelfstandig doelgericht het hele lichaam
of een of meer ledematen te bewegen.
Mobiliteitstekort, rolstoel (code 00089):
- Definitie: beperking in het vermogen tot zelfstandig rolstoelgebruik in de
eigen omgeving.
Zelfstandigheidstekort in wassen (code 00108):
- Definitie: onvermogen om onafhankelijk van anderen reinigingsactiviteiten te
voltooien.
Zelfstandigheidstekort in kleden (code 00109):
- Definitie: onvermogen om onafhankelijk van anderen kleding aan- of uit te
trekken.
4. Kan benoemen hoe verpleegkundige zorgresultaten/doelen geformuleerd moeten
worden passend bij een NANDA diagnose uit de domeinen activiteit/rust en
Rollen /relaties.
Resultaat moet voldoen aan SMART
, - Specifiek: het resultaat moet waarneembaar gedrag of waarneembaar
resultaat beschrijven
- Meetbaar: meetbaarheid wordt meestal aangegeven in getallen.
Meetbaarheid kan ook zichtbaar gemaakt worden door het resultaat te
vergelijken met bestaande procedures, kwaliteitseisen en normen.
- Acceptabel: is het haalbaar voor de zorgvrager? Is het haarbaal voor jezelf? Is
er onvoldoende draagvlak om het resultaat te behalen?
- Realistisch: is de inspanning die geleverd moet worden niet te hoog of te
laag? Dus staan de inspanningen in verhouding tot het resultaat.
- Tijdgebonden: een goed resultaat bevat minimaal één datum. Vaak worden
meerdere data genoemd, zoals eind- en tussendata.
5. Kan benoemen hoe een verpleegkundige interventie/instructie geformuleerd moet
worden passend bij een NANDA diagnose uit de domeinen activiteit/rust en
Rollen/relaties.
6. Kan de aandachtspunten tijdens anamnese/opnamegesprek benoemen.
Opent het gesprek
- Voorstellen + functie, doel van het gesprek benoemen
- Vertel hoelang het gesprek gaat duren.
Gegevens verzamelen:
- Open en gesloten vragen
- Doorvragen
- Non-verbale communicatie
- Gevoelsreflectie
- Parafraseren en samenvatten
Gesprek afsluiten:
- Samenvatting geven
- Ruimte laten voor aanvulling
- Vragen hoe iemand het gesprek ervaren heeft
- Bedanken
7. Kan uitleggen wat de richtlijnen zijn voor een professionele rapportage.
Bij schrijven van een rapportage maak je gebruik van de SOAP:
- Subjectief: hetgeen hoe de patiënt iets ervaart
- Objectief: hetgeen wat gemeten is of gezien is door vpk
- Analyse: conclusie uit S en O
- Plan: hoe en wat je gaat doen na de analyse
8. Kan uitleggen wat de vitale parameters zijn en op welke wijze deze met elkaar
samenhangen.
- Temperatuur: zit tussen de 36,5 en 37,5 graden
- Pols/hartslag: 60-80 /min
- Ademhalingsfrequentie: 12-18 /min