Langetermijnontwikkeling opdracht week 1
Tempels
grieken
De vroegste tempels waren van hout, de kapitelen zijn ook een stuk hout tussen een
verticale paal en horizontale kolom.
600 bc: eerste stenen tempels: standaard plan: cella, altaarkamer, zit van god: verlaten
leegte met een afbeelding/ beeld? Van god. Kamer achteraan is schatkist. Grotere kamer is
compleet omringt door zuilen en peristielen (geen functie, wel tonen van ceremonieel en
geheime kamer)
Dak: houten constructie: simpel en licht.
Oorsprong zuil en constructie in boomstam of egyptisch rijk
Stillering: verschil met houten voorganger: de kop
3 type zuilen
Dorisch: zuil die in het midden wat dikker is en naar boven smaller wordt. Zonder basement.
Zuil opgebouwd uit trommelvormige delen, bijeengehouden door metalen spijkers. Boven de
zuilen was het hoofdgestel versierd met vierkante panelen waarin met verticale groeven
(triglieven) afgewisseld met andere panelen die blank of gebeeldhouwd konden zijn
(metopen).
Voorbeelden: Aegina (5 AC) Sunion (5 AC) Bassae (5 AC): gesculptuurde fries rondom de
binnenkant van de cella muur en een enkele korintische zuil binnenin.
Ioninsch: hoger en slanker, inclusief basement en daarop ligt kapitaal gekenmerkt door
krullen of voluten op de hoeken., architraaf en fries zonder triglief.
Voorbeelden: Erechtheion (5AC) op acropolis
Korintisch: de rijkste variant. Extra hoog en kapiteel van acanthusbladeren.
Voorbeelden: tempel van Olympische Zeus in Athene (170 BC). Extreem grote afmetingen.
Tempel van Apollo omgeven door een dubbele peristiel van 108 enorme ionische zuilen
zonder dak(te groot simpelweg)
Bij alle drie de zuilen werden de driehoekige frontons gebruikt voor figuur beeldhouwwerk.
Archaisch fase: (600-480 BC): tempel in dorisch of ionische stijl
Voorbeeld: tempel van Artemis met 20 meter hoge zuilen met beelden van echt formaat
figuren rond de base.
Partheon met een continu fries of sculpturen rond de buitenkant van de cella. Binnenin een
12 meter hoog standbeeld van godin Athena boven een zwembad of reflecterend water.
Klassieke fase: (480-400 BC): tempel met rankere zuilen. Drie treden die bol zijn om recht voor het
oog te lijken. Verschillende type zuilen worden gecombineerd.
Voorbeeld: Basilica, met platte kussenkapitelen en zeer geprononceerde uitdrukking heeft.
Hellenistische fase: (-400 BC): steeds vrijer omgaand met de verhoudingen. Drie types zuilen worden
door elkaar gebruikt. Ronde tempel wordt geintroduceerd.
Tempels
grieken
De vroegste tempels waren van hout, de kapitelen zijn ook een stuk hout tussen een
verticale paal en horizontale kolom.
600 bc: eerste stenen tempels: standaard plan: cella, altaarkamer, zit van god: verlaten
leegte met een afbeelding/ beeld? Van god. Kamer achteraan is schatkist. Grotere kamer is
compleet omringt door zuilen en peristielen (geen functie, wel tonen van ceremonieel en
geheime kamer)
Dak: houten constructie: simpel en licht.
Oorsprong zuil en constructie in boomstam of egyptisch rijk
Stillering: verschil met houten voorganger: de kop
3 type zuilen
Dorisch: zuil die in het midden wat dikker is en naar boven smaller wordt. Zonder basement.
Zuil opgebouwd uit trommelvormige delen, bijeengehouden door metalen spijkers. Boven de
zuilen was het hoofdgestel versierd met vierkante panelen waarin met verticale groeven
(triglieven) afgewisseld met andere panelen die blank of gebeeldhouwd konden zijn
(metopen).
Voorbeelden: Aegina (5 AC) Sunion (5 AC) Bassae (5 AC): gesculptuurde fries rondom de
binnenkant van de cella muur en een enkele korintische zuil binnenin.
Ioninsch: hoger en slanker, inclusief basement en daarop ligt kapitaal gekenmerkt door
krullen of voluten op de hoeken., architraaf en fries zonder triglief.
Voorbeelden: Erechtheion (5AC) op acropolis
Korintisch: de rijkste variant. Extra hoog en kapiteel van acanthusbladeren.
Voorbeelden: tempel van Olympische Zeus in Athene (170 BC). Extreem grote afmetingen.
Tempel van Apollo omgeven door een dubbele peristiel van 108 enorme ionische zuilen
zonder dak(te groot simpelweg)
Bij alle drie de zuilen werden de driehoekige frontons gebruikt voor figuur beeldhouwwerk.
Archaisch fase: (600-480 BC): tempel in dorisch of ionische stijl
Voorbeeld: tempel van Artemis met 20 meter hoge zuilen met beelden van echt formaat
figuren rond de base.
Partheon met een continu fries of sculpturen rond de buitenkant van de cella. Binnenin een
12 meter hoog standbeeld van godin Athena boven een zwembad of reflecterend water.
Klassieke fase: (480-400 BC): tempel met rankere zuilen. Drie treden die bol zijn om recht voor het
oog te lijken. Verschillende type zuilen worden gecombineerd.
Voorbeeld: Basilica, met platte kussenkapitelen en zeer geprononceerde uitdrukking heeft.
Hellenistische fase: (-400 BC): steeds vrijer omgaand met de verhoudingen. Drie types zuilen worden
door elkaar gebruikt. Ronde tempel wordt geintroduceerd.