INTERPRETEREN
De auteur vindt dat kwalitatief onderzoek te veel het idee gebruikt van ‘mind-world-
dualisme’ en dat het meer zou moeten focussen op constitutie.
Constitutie: relatie van gelijke vorming tussen een vorm van leven en zijn leden.
1 What is science?
oorzaken (causation) redenen (constitution)
feit dat men in aula zit is te danken aan feit waarom men in aula zit is te danken
enkele oorzaken zoals door fiets te enkele redenen zoals vak is verplicht,
nemen, te slapen, te eten, … vak maakt deel uit van opleiding, ...
Er zijn 4 niveau’s van interpreteren:
1. geen tabulla rasa
Als onderzoeker zijn we nooit een tabula rasa. Bij begin van onderzoek hebben we
altijd al enkele vooronderstellingen. Ervaringen uit het verleden neem je altijd mee.
3 manieren om om te gaan met vooronderstellingen:
» neutraliseren: bias
» minimaliseren: bracketing1
» erkennen en inzetten
Vb.: we doen klasobservatie direct een idee over een klas, een bepaald vak, …
2. “data2” = betekenissen
ondervraagden gaan zichzelf op bepaalde manier interpreteren voor ze antwoord
geven op vraag
3. analyse van de data
data moet verhoffen worden tot niveau van theorie a.d.h.v. interpretatie van de
1
tussen haakjes zetten
2
in kwalitatief onderzoek zijn data geen metingen, maar betekenissen
1
De auteur vindt dat kwalitatief onderzoek te veel het idee gebruikt van ‘mind-world-
dualisme’ en dat het meer zou moeten focussen op constitutie.
Constitutie: relatie van gelijke vorming tussen een vorm van leven en zijn leden.
1 What is science?
oorzaken (causation) redenen (constitution)
feit dat men in aula zit is te danken aan feit waarom men in aula zit is te danken
enkele oorzaken zoals door fiets te enkele redenen zoals vak is verplicht,
nemen, te slapen, te eten, … vak maakt deel uit van opleiding, ...
Er zijn 4 niveau’s van interpreteren:
1. geen tabulla rasa
Als onderzoeker zijn we nooit een tabula rasa. Bij begin van onderzoek hebben we
altijd al enkele vooronderstellingen. Ervaringen uit het verleden neem je altijd mee.
3 manieren om om te gaan met vooronderstellingen:
» neutraliseren: bias
» minimaliseren: bracketing1
» erkennen en inzetten
Vb.: we doen klasobservatie direct een idee over een klas, een bepaald vak, …
2. “data2” = betekenissen
ondervraagden gaan zichzelf op bepaalde manier interpreteren voor ze antwoord
geven op vraag
3. analyse van de data
data moet verhoffen worden tot niveau van theorie a.d.h.v. interpretatie van de
1
tussen haakjes zetten
2
in kwalitatief onderzoek zijn data geen metingen, maar betekenissen
1
