Samenvatting Gespreksvoering Hoofdstuk 2 t/m 5

Silvie van der Struik, Gespreksvoering, hoofdstuk 2 tm 5


Hoofdstuk 2
Tot oplossing cliënt komen
 Hoe gaan we in het algemeen met de ander om?
 Welke technieken kiezen we?
 Wat verwachten de cliënt en hulpverlener van elkaar?
Hulpverlener moet hierbij een standpunt innemen, een persoonlijke keuze.

Gezindheid van naaste:
 Naaste: Problemen bagatelliseren in eigen belang
 Individu heeft recht op vrijheid en eigen verantwoordelijkheid bij
maken beslissingen
 Vriendschap en liefde kunnen lijden tot 'handicap' helpen van naaste
 De persoon blijft rekening houden met naasten en kan daardoor niet
vrijuit spreken

Gezindheid van hulpverlener
1. Diagnose-receptgesprek
hulpverlener neemt zelf het initiatief. Haar aanpak geeft de cliënt
minder ruimte om met eigen ideeën te komen. De hulpverlener
heeft een eigen visie op het probleem van de cliënt. Na het stellen
van een diagnose/ deze visie komt de hulpverlener met het recept
voor de oplossing. Hulpverlener benut psychologische kennis
maximaal en probeert zo een stimulerende situatie te creëren
(geraffineerde manipulator). De hulpverlener heeft andere belangen
dan cliënt. Gevaar van deze methode is het komen tot een
doelgericht en eenvoudige aanpak. En het hebben van beperkte
openheid en duidelijkheid tegenover de cliënt.
2. Samenwerkingsmodel
hulpverlener stimuleert de cliënt zelf tot een oplossing te komen en
zelf aan het denken te zetten. hulpverlener probeert een beter
inzicht te krijg in gevoels-,denk- en leefwereld van cliënt. De cliënt
wordt actief betrokken om hem iets te leren voor een volgende keer.
Cliënt speelt open kaart. De psycholoog kan zelf met meer afstand
oordelen over consequenties.



Hoofdstuk 3
Theorie van Rogers:
Rogers bekeek de mens in direct contact vanuit een afstandelijke,
wetenschappelijke benadering , wat overging in een meer betrokken,
persoonlijke manier van werken.
Zelfactualisering: fundamentele drijvende kracht in de persoon. Mensen
beschikken over het vermogen van zich zelf en de omgeving bewust te
zijn. Mensen hebben zelfactualisering nodig voor verbondenheid en
mensen ontwikkelen toekomst streven.
Experiencing: ontwikkelingsproces; belevings- en ervaringsproces van
persoon. Optimale vorm van experiencing vind plaats in gunstige

, Silvie van der Struik, Gespreksvoering, hoofdstuk 2 tm 5


omstandigheden voor persoon. Gunstige omstandigheden (unconditional
positive regard) is dat een persoon van jongs af aan positieve aandacht
krijgt, de persoon wordt zonder voorwaardes geaccepteerd. Er ontstaan
problemen wanneer de omgeving de persoon niet (meer) accepteert zoals
hij is, maar afhankelijk is van ander, beter gedrag van de persoon (=
conditional regard). Incongruence: verschil in 'zijn' en 'moeten zijn'.

Methode van Rogers:
3 voorwaarden
1. Onvoorwaardelijke positieve waardering
streven naar goede, helpende relatie met cliënt waarin de cliënt
zichzelf (weer) durft te zijn.
2. Echtheid
eerlijk zijn tegenover jezelf, zodat je de cliënt op een geschikte
manier jouw gevoelens en gedachten over kunt brengen
3. Empathie
inleven in de belevingswereld van de cliënt en ook laten merken dat
we het aanvoelen en begrijpen.

Kritiek op Rogers
 Te optimistisch
 over zelfverwezenlijking in een gunstige omgeving
 wat betreft de toepasbaarheid van zijn methode (vraagt een te hoog
intellectueel niveau van cliënt)
 'in een omgeving met onvoorwaardelijke acceptatie groeien mensen
vanzelf tot sociaal voelende en handelende burgers'. Client moet
inzien dat leven geven en nemen is.
 Te vaag
 Mens moet worden gezien als individu dat eigen denken en voelen
kan wijzigen en zo meer inzicht in beheersing van gedrag krijgen
 Te weinig gericht op doelbewust beïnvloeden van cognitieve proces.
Alternatieven voor leggen op verkeerde en verwarde denkgewoonte
 Manier van tot stand komen zelfactualisering, het gebeurd niet
vanzelf zoals Rogers dat stelt
Maar Rogers theorie is wel essentieel en word erkent.
 Noodzaak van goede relatie tussen cliënt en hulpverlener voor
effectieve hulpverlening
 Bied cliënt gelegenheid om oplossing te vinden voor eigen
problemen
 Maakt onderscheid tussen wat cliënt denkt, voelt en doet, en wat de
cliënt denkt te moeten of mogen denken, voelen en doen.

Cognitieve theorie over beleven Wexler
 Beleven als actief proces
Rogers: experiencing is voldoende om zich op te stellen voor
indrukken van binnen en buiten, =passief proces.
Wexler: waarnemen en beleven van informatie is een cognitief,
actief proces waarin mensen hun beleving creëren. Interpretatie is
persoonlijk.